Bid zonder ophouden

                  (hoofdstuk 36 van 53)

 

Ook vandaag de dag worden de Bijbelse geboden van Mozes nog letterlijk genomen. Het maakt namelijk een groot verschil om een wet naar het woord of de letter te onderhouden of om deze in geestelijke zin te verstaan en te volgen, zegt de Heer in dit hoofdstuk.

 

De Heer over de eigenschap van deemoedigheid: “Alleen diegene, die deze eigenschap van het kind bezit (de eenvoud en zuiverheid), zal door bidden en smeken de toegang tot Mijn rijk kunnen afdwingen; men moet altijd bidden zonder ophouden, hetgeen betekent dat men alles moet volbrengen met de blik gericht op Mij en op Mijn twee enige geboden“.

“De zin van het evangelie is er volledig op gericht de menselijke verwaandheid te matigen, dat men beter zou zijn dan de ander“.

 

We dienen het vernederen van de eigen natuur om het geestelijk standpunt te bereiken, dat de Heer als mens ons toonde als eeuwig voorbeeld. Daarom zei de Heer vervolgens: “Geloof niet dat jullie reeds beter zouden zijn, omdat Mijn woord eerder ten deel valt dan vele anderen en als het ware uit Mijn eigen mond verneemt hoe men het moet opvatten en in de praktijk brengen!“

 

“Bid zonder ophouden, opdat jullie steeds voldoende kracht overhouden om onder alle omstandigheden en gebeurtenissen niet te wankelen…“ “Wie zonder ophouden vraagt en bidt, die zal Ik verhoren, want ook bij hen zal, evenals bij de blinde, hun geloof helpen“.

 

De Heer doet verder in dit hoofdstuk een cruciale uitspraak dat Zijn lijden en kruisiging en dood op aarde in een mensenlichaam de grootste triomf, de grootste overwinning van  het geestelijke over de menselijke natuur zou zijn en blijven. Hij zei: “Wat Ik destijds als mens leed, zal nu de mensheid moeten lijden. Het wereldlijke moet bespot, veracht, gekruisigd worden, wil het geestelijke in de mens opstaan…“

 

In de opgetekende evangeliėn ligt de volheid van liefde, waarheid en levenswarmte verborgen, waarvoor volgens de Heer tot nu toe het geestelijk begrip bij het merendeel nog ontbrak. Daarover zei Hij verder: “Ik zend jullie deze verklaringen om de evangeliėn, die afgesloten zijn, met meer dan zeven zegels, voor jullie te openen en door deze boeken (de Nieuwe Openbaringen) de weg naar Mij en Mijn hemelen te bereiden“.

 

Vorige                                                          Volgende                             Voor de originele tekst, klik op: hoofdstuk 36