Gelijkenissen (week 10 van 52)

 

Een gelijkenis is iets wat op een soortgelijk iets lijkt, een identieke verhouding. Dit was volgens Jezus in de Bijbelse tijd gebruikelijker dan nu. De Bijbel is er bekend mee: ´Het hemelrijk is gelijk een wijngaard´.

 

De fysieke wijngaard kent drie gesteldheden zoals aarde, water, en licht. Deze moeten samenwerken om op een hogere trap wat geestelijks voort te brengen. Alle dingen in de goddelijke schepping gaan steeds opstijgend en ondergaan allerlei trappen. In de geschriften van Mayerhofer staat: ´Zoals de onderste, in de vaste materie gebonden geest eerst tot aan de hoogste trede die op aarde mogelijk is, tot aan het mens-zijn omhoog steeg, zo moet hij (de mens) in het geestenrijk weer als een eenvoudige mensenziel beginnen om tot hoogste engelgeest, ja tot Mijzelf op te stijgen.´

 

De Heer zegt dus dat in dit opzicht het hemelrijk met een wijngaard overeenkomt. Hij, de Schepper van alles is de hemelse Heer van de geestelijke wijngaard en zoekt alle verloren mensen terug te vinden. Want zegt Hij verder: ´Zij die er niet van wisten wat hun taak op deze aarde was en wat hun doel verder in de geestelijke wereld zal zijn.´

 

De tijden van het geloof waren de eerste beginselen van een goddelijke leer en komen overeen met de kinderleeftijd. De Heer zegt hierover: ´Nu kom Ik terug in de periode van de ´ouderdom´ van de mensheid, waarin zij rijp is om spoedig een geestelijke verandering tegemoet gaan…´ en ….´jullie, Mijn kinderen, zijn met de gehele mensheid vanaf nu de periode van de ´hoge ouderdom´ binnengetreden.

 

´De tijd van de ontknoping in geestelijk opzicht nadert. Vandaar de onrust in de gemoederen, omdat zij (de mensen) een vaag vermoeden hebben van de spoedige verandering in de wereldlijke en geestelijke dingen! Vandaar de haast om nog voor die tijd het slechte uit te bannen.´

Verder zegt de Heer dat de vlijtige werkers in Zijn wijngaard er veel bij toedragen om in de levensavond van de vergrijsde mensheid nog zoveel mogelijk geestelijks op de verstarde liefdeloze wereld te veroveren. (bron, hfdst. 10)

 

Origineel hoofdstuk10