Een goede regel om het
Oude en het Nieuwe Woord met vrucht te lezen
De tekst bespreekt het belang van een juiste aanpak bij het lezen van
geestelijke boeken, vooral de Heilige Schrift. De Heer legt uit dat enkel veel lezen,
zonder ordening en toepassing van de kennis, leidt tot chaos in het geheugen en
ineffectiviteit. Het vergelijken van geestelijk leren met het bouwen, benadrukt
de noodzaak om geleerde wijsheid praktisch toe te passen in het leven. In
plaats van grote hoeveelheden ongesorteerd materiaal te verzamelen, stelt Hij
voor om langzaam en ordelijk te werken, zodat men werkelijk iets waardevols kan
opbouwen en de geest kan voeden en huisvesten in een "respectabele
woning" van begrip en toepassing.
De Heer zegt daarom in dit hoofdstuk: ´Je kunt de Heilige Schrift, evenals
dit Nieuwe Woord duizend maal achter elkaar lezen en toch zul je dan zonder
deze regel niet vooruitkomen. Als zo iemand in zijn hele leven een paar duizend
boeken heeft doorgelezen, wat heeft hij dan tenslotte niet een chaos in zijn
geheugen! En als het goed gaat, dan zal het met al zijn belezenheid
ternauwernood tot hem doordringen, dat hij nu pas inziet dat hij niets weet. Er
zijn mensen die het Oude en Nieuwe Testament letterlijk uit hun hoofd kennen;
als men ze echter naar de innerlijke betekenis van slechts één vers vraagt,
blijken ze daar evenveel van te weten als degenen, die geen enkel vers uit hun
hoofd kennen en dikwijls nauwelijks weten dat er een Heilige Schrift bestaat.
Wat heeft dit prachtige materiaal hun dan voor nut?
Hieruit volgt echter, dat overal waar je iets nuttigs wilt tot stand
brengen er een ordening geschapen moet worden, zonder welke je doornen.
distels, groente en knollen door elkaar heen verbouwt. wat nooit voor iemand
nuttig kan zijn. Zie, uit deze gelijkenis kun je al enigszins de gevolgtrekking
maken hoe weinig nut een grote belezenheid voor iemand heeft, als hij daarmee
niet in de juiste volgorde werkt.
Tenslotte wordt hier gezegd: In goed verstaanbare taal en heel duidelijk
gezegd bestaat deze ordening daarin, dat ieder na het gelezene
dadelijk er naar handelt en zijn leven daarnaar inricht; het gelezene zal hem dan van nut zijn, in het tegenovergestelde
geval echter schaden, want een ieder moet niet alleen luisteren naar het woord,
maar hij moet er ook naar handelen.´
Volgende Voor de originele tekst, klik op:
hfdst.1.htm