Wijsheid van de goddelijke natuur
De vlinder
Een
man zat op een zonnige middag, in alle rust, te genieten in zijn tuin. Zijn oog
viel op een cocon wat net wat beweging in kwam. Er verscheen een gaatje in de cocon
en een vlinder probeerde met veel moeite door de kleine opening heen zijn weg
naar buiten vinden. Tot verwondering van de man was de geboorte van de vlinder
een niet zo gemakkelijk proces.
De
vlinder was anderhalf uur bezig om te proberen uit de nauwe opening te komen.
Hij raakte daardoor vrijwel uitgeput en deed plotseling helemaal niets meer. De
man had medelijden met de arme vlinder en liep zijn keuken in, op zoek naar een
schaar. Toen hij terugkwam met de schaar zat de vlinder nog altijd in de cocon,
wachtend op wat nieuwe energie. De man knipte de rest van de cocon weg en nu
kon de vlinder zich moeiteloos bevrijden.
Met
een schok stelde de man echter vast dat de vlinder een gezwollen lijf en
verschrompelde vleugels had. Hij zag hoe de kreupele vlinder over de grond
strompelde en hij wachtte vergeefs op het spreiden van de vleugels. Wat bleek?
In zijn medelijden had de man niet beseft dat
het nauwe gaatje de goddelijke wijsheid van de natuur voorstelde. De
vlinder wordt namelijk gedwongen zich door een klein gaatje te wurmen omdat
daardoor de levenssappen vanuit het lijf in de vleugels worden geperst. Het
moeilijke geboorteproces was precies wat nodig was voor de vlinder. Bron: https://landelijkexpertisecentrumsterven.nl/de-geboorte-van-een-vlinder/
In het boek van Saturnus, door Jakob Lorber ontvangen, wordt de vlinder daar uitvoerig
beschreven tot in de kleinste details. Iets hiervan willen we graag – naar
aanleiding van bovenstaande tekst publiceren. Het gaat echter op de planeet Saturnus er geheel anders aan toe, dan op onze aarde. Op Saturnus betreft het een ‘reuzenvlinder!’
De
Heer: ‘Evenals de vlinders op aarde de mooiste kleuren en veelzijdige
beschilderde kleurschakeringen op hun vleugels hebben, zo is dat nog meer het
geval op deze planeet [Saturnus]. Een vlinder, bekend onder de naam Com,
is de grootste en mooiste van alle vlinders in dit wereldlichaam. Als hij zijn
vleugels heeft uitgestrekt, moet hij bijna een kwart van de grond bedekken.
Zijn
lichaam is niet zelden lang met twintig vadem [een reuzengestalte van enkele tientallen meters hoog] en bijna één
vadem in diameter. Zijn voeten zijn
sterker dan die van een olifant op aarde. Elke voet heeft zes schakels en
is zo opgesteld dat deze in geval van nood aanzienlijk kan worden verlengd.
Zijn voelhoorns zien er bijna uit alsof er twee hoge populieren op zijn hoofd
staan; alleen de takken links en rechts worden regelmatig verdeeld, ongeveer
zoals de naalden op een dennentak. Zijn
slurf is langer en sterker dan die van een olifant op aarde. En dus lijkt
deze vlinder op zijn lichaam als een extreem robuust dier, wat hij toch niet in
het minst is. Dit dier is extreem
verlegen en het is erg belangrijk om er ergens een te vangen. Deze
moeilijkheid wordt verergerd door de snelle vlucht.’
[Opm. Op de planeet Saturnus leven de mensen in reuzenbomen, want zijzelf zijn
ook zeer groot en hebben veel ruimte nodig!
[Sa.01_018,06]
Reuzenvlinder in
Suriname
‘Jonge
meisjes zijn meestal het meest bedreven in het vangen van dit dier omdat ze
gemakkelijker in de open lucht te houden zijn dan het mannelijk geslacht. Voor
dit doel gebruiken zulke meisjes vaak een kunstmatig paar vleugels en vliegen ze vaak met grote haast naar
onze vlinder. Als ze hem in de lucht vangen, is het een formeel feest onder
hen; omdat alles van deze vlinder wordt gebruikt om haar kleding te versieren,
want op bijna geen enkele planeet houdt het vrouwelijke geslacht, vooral in de
jonge jaren, zoveel op een delicaat kleed als op deze. Maar om te zien waarom
deze vlinder zo'n grote waarde heeft, zal het waarschijnlijk nodig zijn om je
zijn pracht een beetje te laten zien. Maar tegelijkertijd zal het behoorlijk
moeilijk zijn om een goed beeld te krijgen van de bijna
bovennatuurlijke schoonheid van dit dier. De vleugels zijn volledig vierkant en
hebben aan beide uiteinden een taps toelopende punt aan de uiteinden naar het
hoofd toe, dat ongeveer anderhalve vadem lang is en vrij veel lijkt op een zeer
breed zwaard.’ [Sa.01_018,07]
[Opm. : Blijkbaar kunnen
Saturnusbewoners – in tegenstelling tot de mensen op
aarde – wel in de lucht vliegen met hun lichamen!]
‘De
kleur van het bovenste deel van de vleugels lijkt op het oppervlak van
gepolijst roségoudkleurig. In plaats daarvan hangt of plakt aan dit gouden oppervlak
een groot aantal van de mooiste veren, die alle mogelijke kleuren bevatten,.
Deze kleuren spelen in een gepolijste metallic glans op en veranderen bij de
minste draai zodat je alle denkbare kleuren op één punt in de verschillende
wendingen kunt zien. Deze veren worden zo op het vleugeloppervlak geplaatst dat
ze de mooiste tekeningen en vormen opleveren. De tekeningen en vormen zijn niet
zo constant als op de vleugels van jullie vlinders [op onze aarde!]; in plaats daarvan is de opstelling zodanig dat
met de verschillende uitdrukkingen te allen tijde compleet andere, prachtige
vormen ontstaan waardoor de kleuren worden veranderd. De randen van de vleugels
zijn versierd met veren zoals de pauwen op hun staart; alleen zijn ze groter en
veel levendiger in hun kleuren.’
‘Het
onderste oppervlak van de vleugels lijkt op een gepolijst gouden oppervlak, dus
zou het zich graag met een fijne, groene kleur willen bedekken. De voeten van
dit dier zijn ook bedekt met de mooiste veren; net als de rest van het lichaam.
De voelhoorns zijn het mooiste van dit dier. De hoofdsteel is extreem licht en
ziet er perfect uit als doorschijnend goud. Als je het je kunt voorstellen,
speelt het ook bij elke draai in verschillende kleuren, ongeveer alsof het een
geslepen diamantstaaf is met dezelfde veren aan beide zijden die de randen van
de vleugels sieren. De slurf heeft een oogverblindende witte kleur en is
spaarzaam ingetogen met linten die een regenboog van kleuren overtreffen.’
[Sa.01_018,08]
‘Maar de mooiste zijn de
ogen van het dier.
Door de glans van de spiegel wil je hier zo weinig naar kunnen kijken als de
zon opkomt of ondergaat. Maar wanneer het dier wordt gedood, verdwijnt deze
pracht van het oog. Daarom worden zijn ogen niet van grote waarde gehouden,
maar toch zorgvuldig losgelaten en ontdaan van hun vocht. Door vakkundig
gebruik maken vrouwen vervolgens een soort huisbuidel of tas, die vanwege het
vrij transparante en langdurige karakter ongeveer de plaats vertegenwoordigt
van de zogenaamde "Ridiküls" voor de elegante
vrouwen van deze planeet. [Saturnus]. Niets wordt van
dit dier weggegooid behalve het naakte innerlijke lichaam; al het andere wordt
gebruikt voor sieraden van de meest bijzondere soort.’ [Sa.01_018,09]
‘Maar
waarom hebben deze sieraden zo'n buitengewone waarde? Er zijn drie redenen. De
eerste is omdat dit dier zeldzaam en extreem moeilijk te verkrijgen is vanwege
zijn zeldzaamheid; ten tweede, omdat al deze veren zeer permanent zijn, ja, de Saturnusvrouwen beschouwen ze als onverwoestbaar; en ten derde,
omdat deze veren van de grootste lichtheid zijn en van een constant uniform
blijvende pracht!’ [Sa.01_018,10]
[Opm. op de planeet Saturnus leven ook mensen, zoals wij, alleen onder andere
omstandigheden en natuurwetten, die ons niet bekend zijn!]
‘Er
is ook een vogelsoort, waarvan de veren vergelijkbaar zijn met deze
vlinderveren. Deze vogelveren worden door sommige speculanten van Saturnus vaak als echte goederen verkocht. Alleen al daar
zijn zeer goed opgeleide experts op het gebied van sieradenveren die de echte
van de verkeerde onderscheiden, net zoals de juweliers in jullie bedrijf valse
edelstenen van de echte maken. Maar wee zo'n smokkelaar als hij in handen valt
van vrouwen die bedrogen zijn met valse veren. Daar wordt hij bekrast met de
verkeerde veren, die ze eerder op de zeer dichte kielen hebben geslepen, zodat
hij in de toekomst alle verlangen verliest om iemand met de verkeerde goederen
te verraden; Ook koopt niemand ooit iets meer van zo’n toegetakelde handelaar.’ [Sa.01_018,11]
‘Zie,
dit is nu onze beroemde vlinder; en
je hebt gehoord hoe het wordt gevangen en gebruikt. Het is bijna niet nodig om
te vermelden hoe de Saturnusvrouwen deze sieraden
gebruiken. Maar terloops valt op dat sommigen zich ijdel bijna geheel met deze
vlindervleugels bedekken, zodat men ze uiteindelijk zelf als zulke vlinders zou
kunnen beschouwen. Dat is genoeg, want het is niet nodig om meer te leren over wat
Ik niet zo leuk vind in Saturnus dan zoals op de
aarde.’ [Sa.01_018,12]
Grote storm op Saturnus
‘Maar
dat er een bijna ontelbaar aantal van zulke dieren bestaat in alle kleuren,
soorten, geslachten en maten, behalve deze vlinder, is heel gemakkelijk te
ontnemen wanneer je naar de diversiteit van deze planeet kijkt met alles erop
en eraan, en je dit voorstelt.’ [Sa.01_018,13]
[Ook op de planeet
Neptunus met de feitelijke naam is MIRON treffen we rupsen, vlinders en
insecten aan, maar niet in periodieke zin zoals op onze aarde.]
·
De natuurlijke kleuren
op Saturnus en Neptunus
‘De
wet van zulke overgangen strekt zich ook uit tot de viervoetige, grotere en de
grootste landdieren. Het rijk van de amfibieën, van alle insecten en ook van
alle vogels is aan de wet van deze overgangen onderworpen. Echter niet op de
manier zoals bij jullie op aarde de rupsen en insecten; want bij jullie
ontstaat er uit dezelfde rups ook steeds dezelfde vlinder en uit dezelfde worm
hetzelfde insect.
Op onze planeet Miron gebeurt dat evenwel allemaal al naargelang de omstandigheden
van de dingen en tijd; daarom kan niemand daar ook bepalen, wat er hier of daar
tevoorschijn zal komen.’ [NZ.01_054,10]
‘Om
deze reden leggen de bewoners van deze planeet zich ook helemaal niet sterk toe
op de natuurwetenschap, met name wat de planten- en lagere dierenwereld
betreft. Maar ze doen wel hun waarnemingen, waar de natuur vormbestendig begint
te worden.’ [NZ.01_054,11]
‘Zo
gebeurt het op Miron herhaaldelijk, dat de een of
andere vogel, vlinder of ander vliegend
insect zijn eieren legt, en dat uit deze eieren, die gewoonlijk in de warme
aarde gelegd worden, in plaats van een soortgelijk of ander dier een nieuw
soort plant tevoorschijn komt, die een tijdje bestaat en dan weer volkomen
afsterft. Uit de molm van deze uitgestorven planten, en niet zelden ook uit hun
zaden, ontstaan dan in plaats van soortgelijke planten weer nieuwe dieren; soms
kan men zelfs in behoorlijk grote en stevige zaadschillen of hulzen, wanneer
men die openmaakt, reeds een tamelijk goed gevormd diertje aantreffen, dat een
vorm heeft die lijkt op een reeds eerder gezien dier of van een geheel nieuw,
nog nooit gezien dier.’ [NZ.01_054,12]
De
Heer: ‘Zo zien de bewoners van deze planeet ook de zon zelf in een groenwit
licht. De reden daarvan is gelegen in de
uitgestrekte atmosferische luchtregio alsook in de bijzondere zuiverheid
daarvan. Om deze reden vertonen ook ver
verwijderde delen van het land zich niet zo blauw als bij jullie, maar groen;
de oorzaak is ook hier het licht en voor het merendeel, zoals gezegd, de
atmosferische lucht. Daar tegenover zijn de bladeren van de bomen, de struiken,
de planten en ook het gras blauw; het is dus precies omgekeerd als gewoonlijk
bij jullie op aarde. Weliswaar hebben we ook op Saturnus
overwegend de kleur blauw aangetroffen; maar daar is deze kleur nog lang niet
zo intensief en levendig als hier.’
‘Nu
zouden sommigen kunnen vragen: Hoe is dat toch mogelijk? Dat is heel goed
mogelijk en kan door hen, die diepere kennis van de lichtbreking hebben, heel
gemakkelijk begrepen worden. De groene kleur van het licht is de meest intense
en dus ook de krachtigste; daarom doordringt deze kleur ook vrijwel de gehele
plantenwereld op de planeten, die dichter bij de zon liggen, en weerkaatst ze
in de bladeren en groene takken van de planten. Alle overige kleuren zijn dus
ook minder intens en kunnen dus alleen teerdere voorwerpen doordringen. De
kleur blauw is echter het minst intens, vandaar dat die ook het minst verbruikt
wordt en de lucht daar steeds mee gevuld kan zijn; om die reden vertonen op jullie planeet veraf gelegen voorwerpen zich
ook altijd blauw gekleurd.
De planeet Miron
= Neptunus met haar ring
‘Op
onze planeet Miron echter is vanwege de grote afstand
en ook vanwege de grote rijkdom aan lucht precies het tegenovergestelde het
geval. De kleur groen is op deze grote afstand van het stralende lichaam, dat
de zon is, noodzakelijkerwijze minder in intensiteit geworden; want jullie
kunnen aannemen, dat op de hele planeet Miron niet
zoveel zonnestralen vallen als alleen al op het Afrika van jullie aarde. Als
deze weinige zonnestralen nu op het uitgestrekte oppervlak van de luchtregio
van Miron vallen, worden deze, aangezien het
weldadigste zijn, onmiddellijk opgenomen. Alleen de blauwe straal, die veel
minder levenwekkend is, wordt door de zuivere lucht doorgelaten en valt op de
planten - om welke reden, zoals reeds opgemerkt, de planten, met uitzondering
van de bloemen, zich dan ook voor het overgrote deel in de mooiste blauwe
kleuring vertonen!’ [Natuurlijke Zon = NZ, hfdst.54:4-6]
UpToDate 2023-22024