Wegen van
de Heer ondoorgrondelijk
Nr. |
Thema |
1 |
[Bisschop Martinus-01_073,04] Ik zeg je dat de wegen van de Heer heel merkwaardig zijn; het
aantal wegen is oneindig. En iedere weg die de Heer met een mens inslaat, is een
nieuwe, en zelfs voor de diepzinnigste cherubijn een ondoorgrondelijk wonder
en dus heilig in elke nog zo vreemd aandoende verschijningsvorm. |
2 |
[GEJ.10_188,06] Maar Ik zal Mijn leer toch wel
helemaal zuiver weten te bewaren tot aan het einde der tijden. Wee echter
mettertijd alle antichristenen! Ze zullen hun kwade praktijken niet veel
langer bedrijven dan de Joden sinds de tijd van Mozes [ca. 1500 jaar na Adam]
tot aan Mij toe met Mij hebben gedaan, en
Ik zal hen bezoeken met een wereldgericht dat nog erger zal zijn dan dat ten
tijde van Noach, Sodom en Gomorra, en nog veel andere steden en volkeren
meer tot in deze tijd. |
3 |
[GEJ.10_115,10] In die tijd zal Ik een grote schifting over de hele aardbodem laten
gaan, en alleen de goeden en reinen zullen behouden worden. |
4 |
[GEJ.03_011,05] Maar als de ziel zichzelf eenmaal
niet meer kent en tenslotte geheel vergeet wat en hoe zij is, dan houdt alles
op! Voor God blijft er dan niets over dan de aardbodem opnieuw bloot te stellen
aan de oude mensen verdelgingshandeling, nu eens in sterkere, dan weer in
minder sterke mate, afhankelijk van de stand van zaken bij de mensen of ze
nog iets of helemaal niets meer van hun geest en hun ziel afweten. |
|
|
5 |
[GEJ.11_039,04]
…
Weten
jullie niet dat er een grens is, waar de mens niet overheen mag gaan, als hij
niet geheel en al aan de geestelijke dood ten prooi wil vallen, en dat, als
die grens bereikt is, Gods barmhartigheid
de lichamen moet vernietigen, opdat de zielen door het misbruik van de
lichamen niet geheel en al in het verderf gestort worden?! Maar jullie
zijn allemaal dicht bij die grens gekomen! |
6 |
[HiG.01_40.09.27,23 – S.137] Zie, er hangt niets zomaar, wat jullie ook maar steeds willen
bekijken, ja zelfs de beweging van een zonstofje hangt niet af van een
zogenaamd blind toeval – maar dit alles is door Mij al van eewigheid af op
het allernauwkeurigste berekend en afgemeten. En was het een mens of
zelfs een engelgeest mogelijk wat dat betreft daarin een wijziging te maken,
en werkte Mijn eeuwige zorg maar een moment niet mee, dan zouden jullie
meemaken, welke verwoestingen uit de wanordelijke wending van slechts een
zonstofje daaruit zou ontwikkelen. |
7 |
[HiG.03_64.04.07,11 – S.378] Nu jullie dit weten,
dan zullen jullie wel inzien, dat dat zekere aardbeven en de duisternis bij
Mijn kruisigingsdood, de geopende graven in het dal van Josafat, Mijn hemelvaart zich afgespeeld heeft op
twee tegenovergestelde bergen, zoals ook de zekere uitzending van de
Heilige Geest, dat was – tot aan het allergrootste deel van de toenmalige
fantasie van Mijn uiteenlopende toehoorders en vereerders zo en moest zelfs ook zo zijn, doordat de betrouwbaarste van
alle Evangelisten [Johannes] die toch bij elke belangrijkste gelegenheid
aanwezig moest zijn, van dit allemaal geen
vermelding doet, vooral geen vermelding doet [noch over de
Hemelvaart noch overPpinksteren]; ook Lukas maakte zelf niet bekend, of hij bij
de uitstorting nu zelf persoonlijk aanwezig was of niet. |
8 |
7.GEJ
18: De zeven oergeesten van God: liefde, wijsheid, wilsmacht, ordening,
ernst, geduld en barmhartigheid. |
9 |
11.GEJ
76,1-5 verklaring van het lichaam van Jezus op de paasochtend tot Zijn
zielenkleed. |
10 |
[GEJ.09_094,11]
Ik zei: 'De Aarde behoort Mij overal toe, en Ik weet op welke plaats Mijn [persoonlijk-zichtbare] wederkomst [in een materieel hulplichaam] het nuttigst zal zijn voor de hele Aarde! In die tijd zullen de
mensen echter van het ene einde der aarde naar het andere met elkaar in
verbinding kunnen treden, en wel zo snel
als een bliksem uit een wolk schiet" … Dan zal ook het bericht van Mijn
persoonlijke wederkomst gemakkelijk binnen zeer korte tijd over de hele aarde
verspreid kunnen worden, en dus ook naar
Azië. |
11 |
[HiG.03_49.04.06,09 – S.473,9] Alvorens Ik echter
kan terugkomen als de Heer en Schepper van al het leven, dan moet de aardebodem van al het onkruid
helemaal zuiver gereinigd worden; |
12 |
[HiG.03_49.04.06,104 – S.491,99] Maar dat zeg ik jullie nu ook, dat er voor Mijn aankomst op deze Aarde nog zeer veel
onkruid en dor gras en heel wat ondeugdelijk en onvruchtbaar kreupelhout met
de grootste gerechtsscherpte verdelgd zal worden; want waar er twee zijn,
daarvan zal er een aangenomen
worden en de andere zal afgescheiden
worden – dus een enorme schifting tot over de helft! |
13 |
3.HiG S.146 – 152 van
27.3.1842: Stopzetting van alle tegenspraak in de Paasberichten der vier
Evangelien. |
14 |
[HiG.03_42.03.28,23 – S.152,23] Ik zeg jullie ook,
tot nu toe hebben jullie het Woord alleen
maar gelezen, en al jullie daden was een gedreven daad door de zekere
goddelijke magische kracht van het Woord. Wordt echter in de toekomst geen gedrevene meer, maar vrijwillige daders van Mijn Woord en jullie zullen je
onmiddellijk aan geen enkele tegenspraak meer stoten! |
15 |
[HGt.01_011,11] En de engel trad aan de linker
kant van Adam, en Eva met de vrucht op de rechter arm, plaatste zich aan de
rechter kant van Adam, zodat haar hart onbelast bleef van elke last en zij mocht voortaan de mens op alle wegen
toegewijd blijven. [HGt.01_011,12] En zo wandelden zij voorbeeldig
over de gehele Aarde, om alle gebieden te onderzoeken en woningen te
benoemen voor hun vroegere nageslacht en voor dezen brood te zaaien door de macht
en kracht, die hen was verleend door de liefde en door de grote genade der
erbarming. [HGt.01_011,13] Want de Aarde en alles, wat op haar was, was
onderdanig aan de wil van Adam, en de zee
en al het water gehoorzaamde hem getrouw, zelfs de zachtste wenken van
Adam en aan hem waren ook onderdanig de oppervlakte der Aarde tot aan de
diepste grond; deze boden hem vol
eerbied de voeten van Zijn Heer om naar
believen met vaste
tred daarop te wandelen [ADAM en EVA konden
erg snel zich
op het zeewater bewegen zoals de
Nubiers onder Oubratouvishar] en hem
waren onderdaning alle winden, en alle dieren van de wateren en zij
gehoorzaamden aan zijn stem, ook die van het vaste land en van de lucht. |
16 |
[GEJ.04_210,09]
Meteen riep de aanvoerder ongeveer zestig van zijn pikzwarte metgezellen en
vroeg Mij of dat er genoeg waren. Ik bevestigde dat en de zestig, zowel mannen als vrouwen, gingen
naar de zee en liepen daarover net zo
verder als eerst op het droge. Tenslotte
maakten zij enige glijbewegingen en schoten met zo'n snelheid her en der over
het tamelijk rustige oppervlak, dat geen zwaluw in zijn snelste duikvlucht
hen ingehaald zou hebben. Binnen enkele ogenblikken waren zij reeds zo ver
van ons verwijderd, dat wij ze niet meer konden zien, en een paar ogenblikken
later kwamen zij weer orkaanachtig tot heel dicht bij de oever gestoven. [GEJ.04_210,10]
Cyrenius' haren rezen gewoonweg te berge toen de zestig, alsof ze vlogen, op de oever toeschoten; zij kwamen echter toch maar tot vijftig
pas van de oever en bleven daar plotseling staan. Alleen de aanvoerder ging
over land heel rustig ademhalend naar Mij toe en vroeg Mij, of zij nog een paar voorstellingen op het
water ten beste moesten geven. |
17 |
GEJ.10_193,10] ….ontdekte de jullie bekende twaalf
sterrenbeelden en gaf daar namen aan overeenkomstig in Egypte van maand
tot maand optredende, geheel natuurlijke verschijnselen waaronder ook
vier menselijke namen voorkwamen: de waterman, de tweelingen, de boogschutter
en de maagd -en noemde die sterrenbeelden samen de 'dierenriem'. |
18 |
3.GEJ 102 –
105: Verklaring van de namen der 12 dierenriemtekens |
bron: Jakob-Lorber-Bulletin-International,
05-2016, nr.7: www.zelfbeschouwing.info
UpToDate 2022