Water op de Zon?
Ingezonden door Helmut Nadlinger, Oostenrijk
In het kort wat tekst over de Zon; dit bericht
past deze keer bij de inhoud van het Lorber-bulletin. Zogezegd, het antwoord op
de moeilijk te bevatten vraag: ‘hoe kan de substantie van de Zon op jullie
bodem ‚water‘ bevatten, zoals Lorber dat
beweerd?
Sinds meer dan 20 jaar ligt er in mijn
exemplaar ‘DE NATUURLIJKE ZON’ een
briefje bij ingesloten, die ik destijds erin moet hebben gelegd. In het jaar
1995 las ik op Teletext een kopstuk in de krant, dat mij compleet onder
sterkstroom heeft gezet. Elk nieuws daarna heeft niet meer bevestigd, dat er op
de Zon daadwerkelijk water beschikbaar is en zelfs wetenschappelijk aangetoond! Hoe kan het dan zijn, dat er op de gloeiende
hete Zon met een aangenomen temperatuur van 2900 tot 5700 graden zelfs water
kan of moet existeren? Het is niet
verrassend, dat men sindsdien daar nauwelijks iets over heeft gehoord, maar
toch bestaat er een gangbare Zontheorie en een schijnbare dodelijke
elektrostoot. Hier schuilt men zich aan de kant van de
wereldruimte-onderzoekers liever in een stilzwijgen, omdat men niet graag een
nieuwe theorie wil ontwikkelen; het heet toch onder de noemer, dat de hedendaagse
onjuiste bewering geproclameerd wordt als een ‘gezekerd weten’!
En wat betekent iedere aangevoerde kopstukken in
de teletekst? Woordelijk dit: blz. 652,
donderdag 1.06.95 – Oostenrijkse Televisie 1 – 16:20 uur – WETENSCHAP: WATER OP DE ZON: ‘US-onderzoekers hebben water op de Zon ontdekt’.
In het tijdschrift "Science" las ik
een gepubliceerde studie , op grond van, dat er water als wolken over de
Zonvlekken zweeft. Hun temperaturen liggen met 2900 graden ver onder die van
het overige deel der Zon, waar temperaturen van 5700 graden heersen. Met behulp
van een speciale telescoop zijn de zeer dichte, onregelmatig gevormde wolken
vastgesteld, zegt een chemicus van het onderzoeksteam.
Goede
vrienden van de Openbaringen van Jezus via Jakob Lorber, de Heer spreekt in het
negende hoofdstuk /14 over de "verschillende, grote watercirkels, die van
de pool tot aan de aquator bij de zevende keer het vaste Aarderijk in zekere
zin van elkaar scheidt. Zo’n watercirkel heeft al die tijd een breedte van
meerdere duizenden mijlen en tegen het midden ervan niet zelden een diepte van
tien tot twintig mijlen’.
[bron: de natuurlijke Zon, hfdst.9:14]
Omdat
ik de Latijnse taal niet machtig ben, kan ik hier slechts zeggen: de wijzen hebben maar weinig nodig…
UpToDate 2023-2024