U F O ‘ S
Inbeelding of Realiteit?
Emanuel
Swedenborg, een wetenschapper van de 18e eeuw had regelmatig helderziende
vermogens en kwam terecht in diverse sferen – ook op diverse planeten [zie
boekwerk ‘Aardbollen’] – hij sprak met vele geesten [door ons buitenaardse
wezens genoemd] – Swedenborg sprak over deze ontmoetingen op een nogal droge
encyclopedische stijl zoals een vrije wetenschapper. Hij bezocht o.a. de
planeet Mercurius. In onze taal heeft dit te maken met het element
‘kwikzilver’, dat bliksemsnel is. Nu blijkt het thema UFO-activiteiten actueel
te zijn. Men vermoedt, dat buitenaardse wezens – zoals de UFO’S – de Maan en de
planeet Mars bezocht hebben.
Van
Lorber weten we, dat deze planeten geen ademende sfeer hebben, en dat
‘astronomen’ zuurstof moeten meenemen, wil men daar voor gedurende korte tijd
overleven.
Interessant
is hierbij ook, dat Swedenborg de Mercuriusbewoners beschrijft als wezens, die
hun informatie verzamelen uit andermans geheugen. (Hemelse
Arcana, n. 6811) - De bijzondere groep ‘de Mercurianers‘ hadden een grote
kennis van andere Zonnesystemen. De geesten van het kwik communiceren met een
enorme snelheid, dat ons verstand zeer ver te boven gaat. (Hemelse Arcana, n. 6812)
Zij hebben een zekere gewoonte van
het verkennen [de verkenners!] om er achter te komen, hoe andere mensenwezens
op een andere Heelal mogelijk leven en borduren daarop voort en breiden zo hun
kennis verder uit. Zij zijn de verzamelaars over van wat zij weten.
Swedenborg zegt daarover: ‘wat men
vaak in de geestelijke wereld doet, komt overeen met wat men in zijn aardse
leven deed!’ Eigenlijk pochen de
Mercuriusbewoners over hun kennis en zijn zij ver en over het algemeen meer
hooghartiger, dan andere beschavingen van andere Zonnestelsels. (Hemelse Arcana, n. 6813)
Toch lijkt hen al deze
kennis wat te beperken, meer nog dan bij de Aardebewoners, die een materiële
insteek hebben. De Mercuriussbewoners zien de Aardebewoners als te
materialistisch ‘primitieve’ gebonden wezens. De wezens van Mercurius houden
ervan om te reizen in het Heelal naar vele Zonnestelsels en de mogelijkheden
hiertoe zijn hun niet onthouden. Dit alles om zoveel mogelijk kennis te
verzamelen. Zij blijven niet lang op één plek, maar dwalen door het
Heelal om overal kennis te kunnen verwerven in de
sfeer van vele Zonnewerelden of Sterrenhemelen. (Hemelse Arcana, n.
6925-26)
Met deze kennis vormen
de Mercuriusbewoners als het ware een GLOBE. Want zij zijn in staat hun
gedachten te projecteren op iets – en het is er – en hun snelheid van
gedachten, is sneller, dan de snelheid van het licht. Dit kan wellicht geijkt
worden aan de ontegenzeggelijke snelheid van een UFO, die zomaar in de lucht
kan blijven hangen zonder ook maar neer te storten en zomaar uit het oog
verloren te zijn.
Natuurlijk
zijn er meer planeten, die in het zonnestelsel bewoond worden door het
menselijk ras. Mercuriusbewoners zijn er van op de hoogte, dat er in het Heelal
vele Aarden door menselijke wezens bewoond worden. (Hemelse
Arcana, n. 6927).
Tegenwoordig
is het niet mogelijk te ontkennen, dat UFO’S wel degelijk bestaan. Het is geen
fantasiegedachte. Er is zelfs bewijs geleverd door de NASA over de existentie
van Ufo’s. Deze niet geïdentificeerde objecten aan de hemel bestaan.
De
Bijbel en Jakob Lorber beschrijven echter nergens over hogere geëvolueerde
beschavingen die bevolkt worden door een soort humanoïden systeem en die door
middel van interstellaire reizen ons komen vereren met hun bezoekjes.
Psalm
115: 16: “De hemel is de hemel van de HEERE, maar de
Aarde heeft Hij aan de mensenkinderen gegeven.” De Aarde is het middelpunt van het heelal op het gebied
van intelligent leven. In Efeziërs 6:12 worden we er ernstig voor gewaarschuwd.
Wij
moeten de wapenrusting Gods opnemen ‘want wij hebben de
strijd niet tegen vlees en bloed, maar tegen de overheden, tegen de machten,
tegen de wereldbeheersers van de duisternis van dit tijdperk, tegen de
geestelijke machten van het kwaad in de hemelse gewesten‘.
De enorme aandacht en interesse voor het occulte en het paranormale in het
algemeen en ufo’s in het bijzonder, is een kenmerk van de eindtijd. Het maakt
deel uit van de grote misleiding en de voorbereiding voor de antichrist zoals
die beschreven staat in de Bijbel. De vele films over deze thematiek zijn er
al, en misschien daarvan een klein, maar wel belangrijk onderdeel.
DE PROFEET EZECHIEL
En ik zag en zie,
een stormwind kwam uit het noorden, een zware wolk met flikkerend vuur en
omgeven door een glans; daarbinnen, midden in het vuur, was wat er uitzag als
blinkend metaal. En in het midden daarvan was wat geleek op vier wezens; en dit
was hun voorkomen: zij hadden de gedaante van een mens, (Hfdst.1:4,5)
Efeze 2:1-3 spreekt over “de
machten der luchten”, maar wat hij
daarmee bedoelt, zeker zijn dat geen Ufo’s
en Aliëns!
De luchtvoertuigen maakten immers
ook geluid, wat omschreven wordt als het geluid van vele wateren, of als het
geraas van raderen, of als een sterke wind.
In Exodus 21:6, 22:8-9, 22:28 is er
eveneens sprake van ‘goden’ in meervoud, zie ook Johannes 14:2. Jesaja
31:4-5 spreekt van “vliegende vogels”. Deze uitspraak geldt hier volgens de
geestelijke wetten in analoge afstemmingen.
Zacharias 5:5-11 en 6:1-8 spreken
niet over Ufo-verschijnselen en zulke interpretaties zijn werelds gedacht.
Toen Ezechiël bij Chebar naast
Nippur stond, kwam er een grote wolk en veel wind. Uit de wolk verschenen
gloeiende creaturen, die op mensen geleken, met handen en benen en met vier
gezichten en voer vleugels. Er kwam groot geluid uit hun vleugels. [notabene: dit heeft echter niets met Ufo’s te maken!]
Psalm 18 wordt hiermee foutief in
verband gebracht: vers 10 (18-11) En Hij voer op een cherub, en vloog; ja, Hij
vloog zeer snel op de vleugelen van de wind.
Lorber spreekt over de ‘vijand uit
de luchten’ en de ‘lichten’. Ook daar wordt iets geheel anders mee bedoeld dan
de gebruikelijke mening. Want dit is
zeker niet met ufos in verbinding te brengen.
Ufo-specialisten steunen hun mening op de volgende
doorgeving van de Bijbel en geloven, dat buitenaardse mensen in de warboel van
de huidige mensheid binnenkort zullen ingrijpen.
Jakob Lorber: "Nu komt de tijd,
waar Ik de bewoners van de grotere planeten het zicht op de Aarde zal openen en
hen duidelijk zal maken het standpunt van diegenen, die Mij zijn gaan zoeken en
op deze Aarde gekomen zijn. Dan zal wel een ieder enorm bewogen worden, en deze
gebeurtenis zal zich uitstrekken van Venus tot zelfs Urka. En dan zal het zo
gebeuren, dat de ‚krachten van de hemelen bewogen zullen worden‘ en er zal dan
een machtige stem van alle kanten aan de bewoners der Aarde gehoord
worden..." (jl.wchr.069) – Kurt Eggenstein - Anderen interpreteren deze
berichtgeving dusdanig, dat de bewoners van andere hemellichamen de Aardemensen
een geestelijke hulp ten deel zal vallen.
Dat andere wereldlichamen door mensen bewoond zijn,
daarover bestaat volgens de meervoudige verklaringen van de Nieuwe Openbaringen
geen twijfel. Het Woord van het Evangelie hierover: "Ik heb zelfs nog veel
schapen, die niet uit deze schaapstal zijn, heeft Jezus in werkelijkheid
volgens de uitleg van de Nieuwe Openbaring nog veel preciezer uitgesproken;
blijkbaar is later een verminking ingeslopen. De volledige tekst luidt: ‚Ik heb
nog vele kudden, die niet in de schaapstal van de Aarde wonen, maar die daar
leven volgens hun aard op talloze vele andere Aarde- en wereldlichamen. En die
moeten allemaal in de schaapstal van het eeuwige leven geleid worden." (jl.gso1.061,09)
Als de tegenstrever zich
als een ‚lichtengel‘ kan voordoen, dan is hij ook in staat zich in willekeurige
verschijningsvormen te manifesteren. Met inbegrip van tal van ufo-objecten. In
de N. Openbaringen en de Bijbel staan geen woord beschreven over ufo’s.
Eveneens ook niet over de materiële verbindingen van de sterbewoners met andere
sterren of planeten. Er gebeurt tussen hemel en aarde sommige dingen, die niet
van God zijn, maar van de tegenstrever zijn, die zijn positie heeft ingenomen.
Maar alles wat niet van God komt, moet niet zomaar worden onderschat of
gerelativeerd worden.
De vliegende objecten
verschijnen in veelvuldige en flikkerende lichten, en zweven bewegingsloos,
soms met meerdere ufo-formaties tegelijk, als oplichtende schijven in diverse
kleuren als cirkelachtige objecten met een gebogen achtervorm.
Ufo-objecten zijn in staat
om zich naar believen te vormen, maar ze zijn ook in staat zich te
dematerialiseren. Het gaat hier niet echt om materiële fenomenen, maar
verschijnselen uit de lagere geestenwereld. Het betreft hier de wereld der
geesten en dat is voor onze begrippen de wereld van de ether. Ether is de
‚pre-existerende antimaterie‘. Het is echter nog lang geen puur geestelijk
iets, maar het heeft meer de gelijkende substantie van de ziel.
Hooggevoelige mensen
kunnen vaak halfetherische wezens zien, zoals kobolden, kabouters of andere
etherische gestaltes. Ook Ufo-verschijnselen behoren daartoe, ofschoon uit een niet
aardedimensie. De verschijnselen over Fátima in Portugal van 1915-1917 waren
blijkbaar demonische tekenen. In de grot van Kis zag Faustus merkwaardige
beschilderde portretten aan de grotwanden en hij vroeg Jezus, wie zulke
beschilderingen had gemaakt. Daarop antwoordde Jezus de opperrechter Faustus,
dat dit ook deels de werken waren van Zijn tegenstrever. [GJE2-4 en 6].
In 1869 beschreef
Catharina Adelma Vay reeds in het boek ‚Geest, Kracht en Stof‘ dat de demonen
geprobeerd hebben via elektrische lichtfenomenen om niet-gevallen geesten
daarop opmerkzaam te maken en om hun nieuwsgierigheid te wekken.
Het boek van Hans Malik
‚der Baumeister seiner Welt‘, beschrijft: ‚De demonen ontwikkelden in de
atmosferen tot aan de grenzen van hun Rijken de onderwerelden, elektrische
lichtverschijnselen en een spel met kleurenvariaties.
Midden in de elektrische
lichteffecten bevinden zich de demonen als bewegende oorzaak achter deze
verschijnselen.
In het Bijbelboek Judas in
de 6e tekst staat beschreven, dat ook engelen, die hun hemelse staat
niet in acht nemen, daarop hun plaats moeten verlaten. De Heer heeft hen
onthouden tot de dag van het grote gericht, om te worden verbannen naar de
eeuwige duisternis. Eveneens Petrus 2 en 4 beschrijven: ‘de engelen, die gezondigd
hebben!’ Dit proces is tot vandaag nog niet afgesloten en zal volgens Jakob
Lorber ook nog eeuwigheden duren.
Het feit om dit tenslotte
in aanmerking te nemen, bestaat als een verhoogd risico. Want het universum zit
vol met gifspuwende geesten. Efeze 6:12.
Die trouwe knechten zijn van Mijn tegenstrever, om de mensen te
bederven.
Demonen zijn niet
bewoners van andere sterrenwerelden. Het geestelijk oog kan een geestelijke
energievonk beslist ook in een vorm geconstrueerd worden.
En kracht van de wil
geheel naar willekeurige vormen aannemen: ‚Bisschop Martin 191-200. Over de
lichtwezens schrijft Lorber: ‚wie in zulke lichten en vuur wil existeren, die
moet tevoren zelf al dat gelijke licht en vuur in zich hebben’.
De zonnemensen worden
volgens Max Seltmann als lichtwezens aangesproken. [Heimgefunden, blz. 137,
143] – zie verder ook Exodus 20:5, 34:7, Lev. 14:18 en Deut. 5:9.In het
GJE10-195:7-11 wordt gesproken over de zogenaamde buitenaardse. De beelden die
wij van Ufo’s krijgen te zien zijn weliswaar waar, maar zijn deze beelden realistisch
of hebben ze in alle werkelijkheid de schijn van de echtheid?
Op de Maan zijn
voetafdrukken gevonden van 13,5 cm. Volgens de wetenschap komt dat overeen met
een kind van 6 jaar en 95 cm. lengte. In GJE7-58:20-24 betekent dat voor de
Maanbewoners, dat het kan gaan om een klein, grijs mensachtig wezen, die
vanwege zijn geringe grootte meer in de zin van een kobold kan worden geduid,
dan van een menswezen.
Zie ook Aarde en Maan,
hfdst. 2. Hier gaat het over halfmateriële wezens, die men volstrekt met een
‘kindervoet’ kan aantreffen. De Maanbewoners van de Aarde afgekeerde zijde zijn geen fysieke mensen, maar half materieel
[Aarde en Maan-1] De Maanbewoners ademen een gasvormige etherstof in [Aarde en
Maan-2]
De mensen op de Aarde
worden door deze raadselachtige Ufofenomenen van de wijs gebracht. [Zie 2
Thess.2:9-12, 1 Tim.4:1-2] en 2 Tim.4:3]
Wie zich subtiel met de
werken van Jakob Lorber bezighoudt, die kan gemakkelijk inzien, dat talrijke
hemellichamen er veelvoudig zijn omhuld met verschillende gesteldheden, elk met
haar eigen omhulling of sfeer. Bijgevolg ontstaan juist dan enorme trapsgewijs
grote veelvouden der bewoners van andere sferen met hun verschillende
situaties.
De wetenschappelijke mening, die vroeger met zo’n
verklaring op geen enkele wijze overeenkwam, is echter sinds enkele jaren wel
fundamenteel veranderd. Volgens de
verklaring van de wetenschappelijke leider van de NASA, Dr. Ernst Stahlinger, existeren in het wereldruim talloze
wereldlichamen met goede intelligenties. In dat opzicht, zo verklaart de
astronoom Stahlinger, hebben de laatste tijd - vergeleken met vroegere
voorstellingen, er zich veel fundamentele veranderingen voorgedaan. [bron: 266]
In zover sommige berichtgevingen van de Nieuwe
Openbaringen met de wetenschappelijke kennis niet overeenkomen, zoals het
voorgaande geval laat zien, is er geen reden, om aan het waarheidsgehalte van
de Nieuwe Openbaring te twijfelen. De wetenschappelijke kennis neemt weliswaar
toe maar heeft vaak een fundamenteel meningsverschil.
[bronnen: http:www.j-lorber.de/ke/6/n-apokal.htm#Ist
met hulp van buitenaardsen,.. – Internetrecherches – aangegeven bronnen van
Jakob Lorber en Swedenborg. Verdere bronnen, zie onder http://www.j-lorber.de] van G.
Gutemann.
UpToDate 2024-2025