53
De 26e zondag na Trinitatis
De laatste tijd
Matth.24, 15-28: Wanneer gij dan de gruwel der verwoesting, waarvan door de
profeet Daniël gesproken is, op de heilige plaats ziet staan - wie het leest,
geve er acht op -laten dan wie in Judea zijn,
vluchten naar de bergen. Wie op het dak is, ga niet naar beneden om zijn
huisraad mede te nemen, en wie in het veld is, kere
niet terug om zijn kleed mede te nemen. Wee de zwangeren
en de zogenden in die dagen. Bid, dat uw vlucht niet
in de winter valle en niet op een sabbat. Want er zal
dan een grote verdrukking zijn, zoals er niet geweest is van het begin der
wereld tot nu toe en ook nooit meer wezen zal. En indien die dagen niet
ingekort werden, zou geen vlees behouden worden; doch ter wille van de
uitverkorenen zullen die dagen worden ingekort. Indien dan iemand tot u zegt:
Zie, hier is de Christus, of: Hier, gelooft het niet. Want er zullen valse
christussen en valse profeten opstaan en zij zullen grote tekenen en wonderen
doen, zodat zij, ware het mogelijk, ook de uitverkorenen zouden verleiden. Zie,
Ik heb het u voorzegd. Indien men dan tot u zegt: Zie, Hij is in de woestijn,
gaat er niet heen; zie, Hij is in de binnenkamer, gelooft het niet. Want gelijk
de bliksem komt van het oosten en licht tot het westen, zo zal de komst van de
Zoon des mensen zijn. Waar het aas is, daar zullen de gieren zich verzamelen.
(4 mei 1872)
Dit woord is het laatste evangelie, dat Ik aan u wil verklaren. Het
behandelt de laatste tijd van het jodendom, evenals
de laatste toestanden van de mensheid en tenslotte zelfs de laatste
gebeurtenissen aan het einde van de zichtbare wereld, die dan zal overgaan in
andere vormen op hogere trappen van ontwikkeling en wederom een nieuwe
kringloop zal beginnen.
Eens voorspelde Ik Mijn discipelen de ondergang van de tempel in Jeruzalem,
de eerste akte van het einde van de Joden als volk. Zij hadden destijds als
zodanig hun rol uitgespeeld en waren het verder niet waard om verbonden met
elkaar op deze aardbodem een rijk te vormen, nadat zij het grootste rijk, dat
ooit is gegeven, Mijn eeuwige geestelijke rijk wilden vernietigen. Zoals zij
van het begin af aan uitverkoren waren, door hun godsdienst en hun profeten dat
volk te zijn, in wiens midden Ik Mijn komst op uw aarde kon bewerkstelligen, zo
ondeugdelijk toonden zij zich later deze leer van Mij aan te nemen en verder te
verspreiden.
Slechts aan Mijn discipelen en enkele uitverkorenen van dit volk was het
gegeven het licht der waarheid te erkennen. De overigen versmaadden het en prefereerden
de duisternis en het vasthouden aan de dode letter, een eigenschap die zij,
ofschoon zij verspreid onder alle volkeren moeten leven, heden ten dage nog
niet afgelegd hebben.
De geschiedenis vertelt u duidelijk, dat alles wat Ik voorspelde werkelijk
uitgekomen is, en wel korte tijd na Mijn heengaan in Mijn rijk. Zo eindigde met
de tempel, die geestelijk weliswaar reeds lang verwoest was, ook de
geschiedenis van het volk, dat Ik uit velen had uitgekozen om drager en uitbreider van Mijn eeuwige waarheid te worden.
Ik voorspelde Mijn discipelen ook, hoe in het vervolg Mijn religie, Mijn
leer in strijd met het jodendom langzamerhand zal
toenemen en steeds voorwaarts schrijdend ook haar vereerders zal doen vermeerderen,
terwijl het jodendom met zijn cultus tot op de
huidige dag in plaats van vooruit te gaan, stil is blijven staan en de
aanhangers vandaag nog hun Messias verwachten met dezelfde wereldlijke ideeën
als meer dan duizend jaar geleden. De onjuistheid van hun voorstellingen
probeerde Ik hen reeds toentertijd duidelijk te maken; maar aan de
halsstarrigheid van de Joden had Ik de grootste tegenstander.
Alles in Mijn schepping schrijdt voorwaarts. Alles verandert en vervolmaakt
zich in de verandering. Alleen de Joden wilden geen vernieuwing, geen
verandering en dus moesten zij hun huidige lot aan zichzelf toeschrijven,
terwijl zij als de minsten op aarde alleen de Mammon huldigen en door alle
volken veracht zijn. Zo straft zich, wie naar het materiële en niet naar het
geestelijke streeft; want Mijn rijk, ofschoon het zichtbaar materie schijnt te
zijn, is toch alleen maar geest en geen materie.
Wat de Joden ten tijde van de verwoesting van Jeruzalem overkwam, dat zal
zich ook als einde van de nu levende mensheid herhalen; want de gruwelen van
oorlog en verwoesting zullen weer optreden, alleen in andere vormen. En zoals
in die tijd slechts de weinigen, die in Mij geloofden of een beter lot hadden,
of al was het wel hard het gemakkelijker konden dragen, omdat zij in geloof en
in vertrouwen op Mij niet wankelden, zo zal het ook in die tijd zijn, die aan
Mijn wederkomst voorafgaat. Ook dan zullen trouwen geloof op aarde verdwenen
zijn, daar de mensheid of tenminste het grootste deel van de mensen de materie,
de wereld en haar genot aanhangen, zoals u het nu reeds overal kunt
constateren.
Zo moet de zuivering en loutering van het geestelijke rijk der zielen
geschieden, zoals Ik het in het evangelie van de vijgeboom
vertelde. Wanneer zijn bladeren beginnen te groeien en stevig worden, dan is
dat het begin van de zomer, het begin van de periode van ontwikkeling en
vruchtvorming, die ons geestelijk aan de scheidings-
en proeftijd herinnert, waarin rekenschap gevraagd zal worden over het aan de
mensen toevertrouwde geestelijke goed.
De natuurrampen, de ongelukken en ziekten, die aan deze tijd voorafgaan
zijn de laatste pogingen om nog te redden wat er te redden valt, opdat niet
iedereen in het slijk van het egoïsme verstikt. Alleen door ongeluk en wrange
tegenslagen zal het trotse mensenhart murw worden.
De waarheid moet zich net als de werkelijkheid naakt tonen, opdat geen
illusie haar verschoont. Alleen zo werkt zij genezend. En wanneer de materiële
wereld zich in haar eigenlijke gewaad van vergankelijkheid en bedrog toont,
wanneer zij de mens met hoon terugstoot en hem, die haar wilde liefkozen, met
verachting de rug toekeert, dan pas - helaas meestal te laat - begint het
geestelijke zijn invloed uit te oefenen, dan pas ontwaken betere gedachten en
zuiverder gevoelens. Zo moet Ik als liefhebbende Vader de mens leiden, opdat
hij de juiste waarde van de dingen leert kennen en Hem vindt, die de
onafgebroken rust is.
Dat tegen deze zich toenemende pogingen om de mens in het nauw te drijven
met alle mogelijke middelen gewerkt wordt, dat spot, wraak en vervolging de gelovigen
treffen, dat valse, maar ook ware profeten het volk proberen te onderwijzen,
dat tenslotte bij de meesten een volledige verwarring van begrippen zal
optreden - dat spreekt vanzelf. Al Mijn vermaningen zullen, evenals voor de
zondvloed, bij velen vruchteloos blijven en slechts weinigen zullen zich
bekeren. Wanneer de gebeurtenissen elkaar echter snel zullen opvolgen, dan zal
toch het merendeel geestelijk gered worden en zij zullen Mij danken, dat Ik hen
door zulke strenge middelen aan het algemene verderf heb onttrokken.
Wanneer al deze ongelukkige gebeurtenissen over de mensheid zullen
losbreken, zoals eens bij de Joden de verwoesting van de tempel en Jeruzalem -
wie is daar dan schuldig aan? Ben Ik een wraakzuchtige God, die het bloed en de
ellende van zo vele duizenden wil? Of zijn zij het niet veelmeer zelf, die
alles naar hun zin zouden willen buigen en zelfs de grote wetten van de
materiële - en de geestelijke wereld omver zouden willen stoten, indien het
maar mogelijk zou zijn?!
Zie, Ik laat het hier opschrijven, opdat de hele wereld het moge weten!
Zoals Ik eens het verval van het joodse volk voorspelde, en dat ook werkelijk
gebeurde, zo hebt u hier in 53 predikingen genoeg
vermaningen en voorspellingen, waarin Ik u duidelijk heb gezegd wat komen zal,
hoe en wanneer het moet geschieden, om Mijn verdwaalde kinderen op de rechte
weg te brengen. Reeds in die tijd zei Ik tegen Mijn discipelen: "Het
evangelie van het rijk Gods zal verkondigd worden in de hele wereld!", en
dit evangelie is dit werk, dat Ik u hier als teken van Mijn liefde en genade
toevertrouw.
De tijd van gruwel en verwoesting is meer geestelijk dan materieel te
verstaan; want wat in het evangelie staat, zoals bijvoorbeeld: "Wie op het
dak is, ga niet naar beneden!" enz., dit alles wil zeggen: Laat het
wereldlijke varen en houdt u aan het onvergankelijke geestelijke! Daar is het
anker, dat uw levensschip in de stormen van materieel ongeluk en geestelijke
nood kan vasthouden! Zonder dit anker vindt u geen rust, geen vrede!
Verzamelt u daarom rondom Mij en houdt u vast aan Mij en Mijn leer! Want er
staat geschreven: "Hemel en aarde zullen vergaan!" Ja, hemel en aarde
zullen vergaan, zij zullen zich in andere elementen oplossen, en uit hen zullen
andere vormen en andere werelden voortkomen. De hele schepping zal hetzelfde
proces doormaken, dat ook het joodse
volk, dat met zijn tradities en met zijn religie de basis van Mijn leer was,
moest doormaken.
Ik heb bij de schepping in alles, ook in het geringste atoom, Mijn geest
gelegd om de materie geschikt te maken zich tot iets groters
en hogers te ontwikkelen. Evenzo was het joodse volk het geschikte element
waarin Ik Mijn komst op aarde kon bewerkstelligen en - net als in de gehele
zichtbare schepping - Mijn groot geesteswerk kon voleindigen. Echter, zoals het
joodse volk na zijn opdracht ophield een volk te zijn, en zoals de mensheid na
haar loutering zal ophouden drager van alle egoïstische eigenschappen te zijn,
omdat er voor iets beters plaats gemaakt moet worden, evenzo zal de hele schepping,
die tot nu toe nog de basis van Mijn liefde tot alle geschapen wezens is, eens
moeten ophouden de uitdrukking van Mijn goddelijke gedachten te zijn.
Wanneer de wezens van de schepping, rijp voor de vergeestelijking op het
punt aangekomen zullen zijn, waar ook de fijnste materie nog als grof moet
voorkomen, dan is deze met zovele wonderen en schoonheden uitgeruste wereld
een te grove drager voor het zuiver geestelijke, en de hele schepping moet dan
als woonoord in overeenstemming met haar bewoners worden ingericht, waarvoor
haar oplossing nodig is. Tegen deze tijd zal de Mensenzoon in alle heerlijkheid
verschijnen zoals Ik eens zei - omdat ook de geschapen wezens in een
geestelijke gemoedstoestand zullen verkeren, om deze glans en deze heerlijkheid
te kunnen verdragen. Dan zullen de hoogste geesten en engelen de uitverkorenen
verzamelen uit alle vier windstreken, van het ene uiterste van de hemel tot het
andere.
Ja, zo zal het nog vaak gebeuren, steeds op hogere trappen en verbonden met
grotere zaligheden. Ik kan Mij aan Mijn geesten steeds alleen maar zo laten
zien, zoals zij Mij kunnen begrijpen. Daar Ik echter oneindig ben, zijn ook de
opvattingen van Mij oneindig, en Mijn rijk zou niet oneindig zijn, wanneer geen
constante stijging van de geestelijke potenties mogelijk was.
In die tijd voorzegde Ik Mijn discipelen dit alles in beelden, niet alleen
opdat zij het zouden weten, maar opdat daarmee bewezen werd, dat Mijn woorden
nooit vergankelijk zijn en steeds waar zullen blijven!
Geloof maar niet, dat Ik alleen voor u op de wereld kwam, dat Ik alles
duldde vanwege de kleine aarde en haar bewoners, neen, Mijn daden zijn daden
van oneindigheid! Ook de Bijbel, waarin voor een deel Mijn woorden geschreven
staan, die Ik gedurende Mijn aardse jaren sprak, is niet voor u alleen, zij
behoort de hele schepping toe.
En wanneer miljoenen werelden tot nu toe nog niets van Mijn bestaan weten,
dan zal toch de tijd komen, waar ook deze woorden van God tot hen doordringen
en door hen begrepen worden overeenkomstig hun geestelijke vorming. Dan zal
bij de geestelijk volmaakt wedergeborenen de harde schors van letters en de
woordelijke opvatting verdwijnen, en zal de zuivere en diepe zin van de woorden
Gods, de woorden van een liefhebbende Vader, duidelijk en helder schijnend voor
de hele schepping begrijpelijk zijn en allen toeroepen: "Heb elkander
lief, O, heb allen elkander lief!" Want uit liefde heb Ik de wereld
geschapen, uit liefde heb Ik de grootste daad van deemoed op uw aarde
volbracht, uit liefde heb Ik de mensheid gelouterd door kwellingen en lijden,
opdat Mijn woorden, die Ik eens sprak en in dit evangelie verklaarde, steeds
waar blijven! Zij hebben geen ander doel, dan Mijn kinderen werkelijk tot dat
te maken, dat velen slechts in naam waren.
Zo zal na de gruwel der verwoesting, zoals na onweer, regen en storm, voor
iedereen de genadezon weer in haar volle glans schijnen! Wanneer de geestelijke
lucht van alle slechte giftige stoffen gezuiverd zal zijn, dan bereidt zich
alles tot een nieuw en werkzaam leven voor, zoals de verfriste aarde na een
onweersbui. Amen.
Nu zijn dus deze 53 predikingen voltooid, en u
hebt een schat voor u, die u, al waardeert u hem ook, toch niet helemaal kunt
begrijpen; want in Mijn woorden liggen oneindigheden. Individueel genomen bent
ook u oneindig verschillend, vandaar dat het geestelijk bevattingsvermogen,
hoewel het ook reeds geestelijk is, telkens toch nog een hogere graad toelaat.
Het woord is als een mosterdzaad, dat al groeiend steeds nieuwe dingen
voortbrengt en waarbij zich uit het ene wonder het andere ontwikkelt. Zo is ook
dit boek bestemd om u wonder na wonder te laten zien, hoe meer uw inzicht
vooruitgaat.
Neem daarom op zondag de betreffende prediking ter hand, lees haar en viert
u tenminste tussen vele duizenden mensen na de materiële arbeid de zon - of
rustdag op een manier, die Mij en u waardig is!
Zo zal rust en tevredenheid in uw hart stromen en u zult menigmaal beleven,
hoe juist de een of andere prediking uit Mijn mond precies bij de
omstandigheden aansluit en geschikt is het geestelijke evenwicht in u weer te
herstellen, wat u waarschijnlijk op een andere manier niet zou bereiken.
De mens moet een troost hebben! De wereld met haar omstandigheden, de
verwikkelingen in het maatschappelijk - en familieleven beroven hem vaak in een
ogenblik van reeds lang gekoesterde verwachtingen en laten hem in ontgoocheling
achter. Waar zal nu de mens, door alle mogelijk leed en conflicten vervolgd,
een betere troost vinden, dan in de woorden die uit Mijn mond kwamen?
Zie, Mijn kinderen, iedere dag heeft zijn zorgen, iedere week brengt u -
tenminste uiterlijk - meer bittere dingen dan aangename! Waar zal het door
uiterlijke invloeden halfgeknakte bloempje van vertrouwen en liefde tot Mij een
betere steun en een sterkere voedingsstof vinden dan weer in Mijn woord, door
de vertroostingen van uw liefhebbende Vader, die ze reeds meer dan duizend jaar
geleden voor u bestemd had?
Zij liggen in het boek van de Bijbel voor u; maar kortzichtig als u bent,
herkent u niet wat uit haar woorden aan het licht komt. Daarom ben Ik gekomen
om u te helpen deze sluier op te lichten. Ik zeg u: Arme kinderen, wat kijkt u
vaak troosteloos in de verte, naar de oneindige blauwe hemel omhoog, terwijl de
hemel met zijn glans en zijn licht toch zo dichtbij ligt? Neem deze predikingen ter hand, lees vooraf het daar aangegeven
evangelie in de Bijbel, verdiep u in de zin van de aangehaalde tekst en u zult
spoedig gewaar worden, welke helderheid en welke warmte u uit deze woorden van
vaderlijke liefde tegemoet zullen stralen! Voelt u zich meer dan eens getroffen
en schrikt u zelfs van uw innerlijk, wanneer u gewaar wordt, hoe ver u nog
verwijderd bent van wat u meende allang te zijn, troost u er dan mee, dat
iedere fout verbeterd kan worden, wanneer men haar kent! Heeft de prediking u
de fout doen inzien, dank Mij dan, dat Ik u liet zien wat bij u ontbreekt! Het
ligt dan alleen in uw handen om deze fout, die u vroeger niet eens voor een
fout hebt gehouden, zorgvuldig te verwijderen.
Steeds zullen u deze hier opgeschreven woorden rust en troost brengen, ook
al is het niet direct. Zij zullen u vaak een stootje geven en u als leidraad
dienen, hoe beiden verworven kunnen worden.
Zo zullen deze predikingen lijken op treden die u
geleidelijk aan Mij, Mijn woorden en uzelf steeds meer doen kennen en uw
inzicht leren verruimen, want om alles wat Mijn twee enige geboden van de
liefde bevatten te verklaren, zouden aeonen van
tijden niet toereikend zijn.
En nu jij, Mijn beste schrijver, die met volharding dit werk tot een eind
gebracht hebt en dat niet altijd onder de meest gunstige omstandigheden, daar
je uiterlijk en innerlijk menige storm uit het spoor brachten, - troost je! Als
Ik je ook al bitterheden stuurde, dan was dat omdat alleen door strengheid de
beste genezing bereikt kan worden.
Jij zult genezen worden, en door hetgeen Ik door jouw
stift liet schrijven voor anderen, zullen ook zij naar hun genezing en
zelfkennis toegroeien. Daarmee heb je twee dingen in hetzelfde werk vervuld. Je
hebt het weliswaar onder bittere omstandigheden geschreven, maar daaruit zal
zegen voor je groeien; want je hebt aan anderen verheven goddelijke dingen
gegeven, wat eveneens voor hen zegen, rust en vrede in woelige ogenblikken zal
brengen. Zo heb je je opgave volbracht.
Het nu levende en toekomstige geslacht zal in dit boek de sleutel vinden
zijn opdracht en zijn bestemming beter te begrijpen, waartoe Ik iedereen en
overal Mijn Vaderlijke zegen zal geven. Amen.
In dit boek (ontvangen in 1875) lezen wij: "...wanneer de mensheid
door eigen toedoen zich veel rampspoeden op de hals heeft gehaald, murw is
geworden en in staat betere beleringen aan te nemen,
dan ligt het materiaal reeds klaar, waarmee de oude, lang vergeten, ontredderde
boom van het leven van de mens weer opgebouwd zal worden, en niet tijdelijk,
maar voor altijd!"
Ons wordt inzicht gegeven in de grote kosmische samenhang en wetmatigheden
voor alle geestelijke (dus energetische) natuur, terwijl de opdracht van de
mens op deze aarde voor onze tijd wordt belicht.