In de Sovjet Unie
werden in de negentiger jaren metingen gedaan met speciale detectoren aan
menselijke energievelden. Dit gebeurde bij pas overleden mensen die pas enkele
dagen dood waren. Op een afstand van vier meter deed men merkwaardige
ontdekkingen. Er werden notities gemaakt over een klinisch dode man die al
hersendood was. Toch reageerden de detectoren in een afstand van vier meter op
pulserende elektronische krachtvelden. Dit zou dan betekenen, dat de gestorvene
nog energie afgeeft. Helderzienden of sensibele personen zagen toen, dat van
een gestorvene drie dagen erna de ŽenergiespiralenŽ de dode verlieten.
Veel
mensen zien als laatste daad van naastenliefde, dat zij na hun sterven hun
gezonde organen willen afstaan om andere mensen een kans te geven en om hun
leven te behouden. Jammer genoeg weten veel mensen niet, dat
het sterven een in fasen verlopend proces is. Het leven is, tot het tijdstip
van de hersendood, zeker nog niet beëindigd. Dit is echter wel het tijdstip,
waarop de organen ontnomen moeten worden, willen ze voor een ziek iemand nog
nuttig zijn. Tot het tijdstip dat iemand hersendood is, is het hart echter nog
niet ŽdoodŽ. Want dat wordt immers kunstmatig in het leven gehouden en het
lichaam is dan nog warm. Een arts, die hierover werd geïnterviewd, antwoordde:
ŽNatuurlijk is het lichaam nog warm en de organen leven nog en de circulatie is
in tact! Van een dood koud lichaam kunnen wij geen organen gebruiken, wel van
een warm lichaam!Ž
UpToDate 2024-2025