Wat was mijn sleutel om de nieuwe openbaring te
aanvaarden?
ingezonden door J.P. uit Duitsland:
Ik was een streng Bijbelgelovig
christen en geboren in Zuid-Korea. Ik woon al 30 jaar in Duitsland en heb een
liefhebbende moeder. Iedereen die haar kende, mocht haar. Een voorbeeld: na
lange tijd in een staalbedrijf te hebben gewerkt, begon mijn oom zijn eigen
bedrijfje voor hetzelfde staalbedrijf. Hij vroeg mijn moeder of er iemand in de
buurt een baan zocht. Mijn moeder beval twee jongens aan. Later belde mijn oom
met mijn moeder. Ik heb gewoon iemand nodig. Wie zou ik kiezen? Wie is er meer
nodig? Mijn moeder zei: ; hoe kan ik de een verkiezen en de ander
teleurstellen? Neem beiden aan!’. Ze had echter geen idee hoe zo'n bedrijf
werkt, maar mijn oom nam ze allebei in dienst. Misschien zegende God zijn
welwillendheid zodat hij zelfs met twee bedrijven kon starten.
Mijn moeder had een gehandicapte
zoon en mijn oudere broer maakte zich altijd zorgen om hem. Aangezien mijn
broer twee keer zelfmoord probeerde te plegen vanwege een constant lijden, kan
men zich het lijden van onze familie wel voorstellen. Toen ze door een raam een
gebouw in aanbouw zag, zei ze met een zucht: als we zo'n gebouw
zouden hebben, dan zou mijn zoon levenslang goed te eten krijgen. Ze zocht
overal naar een oplossing. Ze ging ook naar een waarzegster en vroeg haar:
‘Raad me aan om in Jezus Christus te geloven voordat ik christen word!’ Toen
moest ik spontaan lachen om onze wonderlijke moeder.
Maar ik accepteerde welwillend dit
voorval van mijn moeder. Ze ging naar de Evangelische Kerk en kopieerde, op
advies van de pastoor, de Bijbel. Dat was toen een trend in Zuid-Korea. Ze zei:
dat kan niet, hoe kun je nu 5000 mensen te eten geven met 5 broden en 2 vissen?
Nadat ik Jezus Christus persoonlijk
als mijn Verlosser had aanvaard toen ik met haar bad, bad ze niet eens voor
haar man, mijn vader, maar alleen voor de 4 kinderen, 2 jongens en 2 meisjes.
Omdat ons gezin een voorouderlijk gezin is, waren er altijd voorouderlijke
offerceremonies. Ze ging naar de katholieke kerk omdat de kans dat de
voorouderverering daar vaker wordt bekeken dan in de protestantse kerk en ze
kreeg ook een doopnaam. Theologie maakt haar niet uit. Het gaat over haar
gehandicapte zoon en de trouw aan het gezin.
Ze stierf plotseling aan een
hersenbloeding op een ochtend nadat ze koffie had gedronken. Ze was 61 jaar.
Haar laatste woord aan de telefoon was. 'Ik heb je iets lekkers gestuurd. Je
geeft graag anderen iets. Maar eet jij ook?’ Mijn oudere zus huilde heel
verdrietig dat ze naar de oneindige hel was gegaan omdat ze niet trouw was aan
haar geloof en vanwege haar onzekerheid weer naar de waarzegster was gegaan en
daardoor God mishaagde. (Gebaseerd op een Bijbelvers).
Een stille vraag kwam bij me op, hoe
een liefdevolle God zo wreed kan zijn tegen mijn liefhebbende moeder. Vanwege
Zijn gerechtigheid? Later hoorde ik een zin van een ouderling van een vrije
kerk: ‘Misschien zullen we ooit allemaal gered worden omdat er geschreven
staat: Op een dag zal iedereen voor Jezus knielen.’ Hij trok zijn woorden toen
snel weer terug omdat hij niet aangevallen wilde worden. Ik dacht toen dat hij
het bij het verkeerde eind had. Vanwege ons grote leeftijdsverschil en de deugd
van de Aziaten en respect ervoor aarzelde ik met hem een woordenwisseling te
beginnen.
Na mijn ziekte en daarna in een
revalidatiekliniek kwam ik weer thuis en las de zin: ‘God is liefde en
wijsheid!’ Dat maakte mijn geest helder. Ik had altijd al de vraag hoe ik die
twee dingen in harmonie kon brengen, omdat de Bijbel deze twee dingen op
dezelfde manier weergeeft: redding is mogelijk door genade, dat wil zeggen, uit
het geloof alleen, en de redding komt ook uit de werken, omdat het geloof alleen
op zich waardeloos is.
Een Engelse professor heeft deze zin
gedicteerd in een wetenschappelijk artikel; ‘God is liefde en wijsheid’ en
beide resulteren samen in bruikbaarheid. In deze formule laten veel dingen zich
vanzelf samenvatten. Het citaat vermeldde ook de naam ‘Emanuel Swedenborg’.
Dientengevolge kon ik Jakob Lorber,
Gottfried Mayerhoffer, Bertha Dudde, Anita Wolf, de Mexicaanse Openbaring en
andere profetische geschriften en personen als het ware Woord van God en ware
profetie accepteren. Ik was overgelukkig en liet een gevecht los met de ene
waarheid tegen de andere. Ik ben er helemaal niet klaar voor en heb bewondering
voor degene die de geschriften van een profeet volledig heeft gelezen. Het
kostte me dan ook 10 jaar om de geschriften van Jakob Lorber compleet te lezen.
De geschriften van Bertha Dudde zijn
veel gemakkelijker te lezen. Ze vullen elkaar allemaal aan. Het kleine verschil
zal na verloop van tijd wel duidelijk zijn en gecorrigeerd worden. Steeds weer
heb je geduld nodig.
Mijn jongere en gewetensvolle zus
vroeg ooit aan iemand met een profetische gave in de kerk iets over mij omdat
ze zich zorgen over mij maakte. Ze stond open voor geestelijke werkingen. Ze
vertelde me wat haar was verteld: 'Maak je geen zorgen over je broer. Hij bidt
niet veel, maar zijn gebed bereikt tenminste de hemel en God is van plan hem
meer te gebruiken dan jij. Toen zei ik: zoiets heeft men toch niet nodig? Dat
is niets anders dan een verkapte wereldlijke waarzeggerij. Zo verstokt was ik.
Buiten de Bijbel was er destijds niets voor mij.
‘Later hoorde ik dat mijn jongere
zus tijdens een bezoek aan de geestelijke wereld, zoals ik al vermoedde, onze
liefhebbende moeder in het koninkrijk der hemelen zag. Halleluja !!!’
Ik zou graag een van de vele redenen
willen uiteenzetten waarom ik het schrijven van Jakob Lorber en andere
schrijvers als Gods woord accepteer: Na de klagende roep tot God had ik eenmaal
een klinkende en vredige, liefdevolle stem die ik nog nooit eerder had gehoord
uit de buikstreek, en ik dacht, hoe kun je een stem uit de buikstreek horen? In
de toenmalige situatie was het een passend woord dat iedereen wel kon zeggen:
‘Begrijp eerst de ander in plaats van begrepen te willen worden!’
Sindsdien is het mijn grootste wens
om de stem van de Vader te horen en altijd bij Hem te zijn. Voor mij was het
duidelijk, dat dit de stem van de Vader was. Omdat Jakob Lorber voortdurend
zo'n stem hoorde, kon hij niets anders doen dan het voor de anderen op te schrijven
en daarbij dankbaar en gelukkig te zijn.
Ik wacht vol verlangen om mijn
moeder weer te zien. Ik heb net zoveel goede ervaringen als ieder ander met
zijn moeder. Ze was streng voor mij vanwege de gehandicapte broer. Op school
was er eens een enquête om de eigen vader en moeder te beoordelen. 100 was het
hoogste. Ik als kind gaf meteen 100 punten voor mijn vader, maar mama heeft me
gisteren een pak slaag gegeven, daarom zij 95 punten. In onze woonkamer staat
er altijd nog een wandelstok. Toen kreeg ik het te doen met mijn geweten en
vroeg meteen weer naar dat briefje en
corrigeerde het van 95 naar 100 punten. Liefde is de sleutel tot de Bijbel en
de nieuwe Openbaring. Dat is de uitgebreide kern van de zaak.
Uit persoonlijke ervaring zeg ik het
volgende: wie eerlijk is en in zijn hart vraagt, zal een antwoord van Jezus
Christus krijgen.
J.P. (Opgedragen aan de ijverige en
stil werkende wijngaardwerkers als voorbeeldcasus, mits de lezer dit artikel
nuttig vindt]
Eeuwige
verdoemenis - Niet-zijn - Onverlost zijn
BD. Nr. 1137, 15 Oktober 1939
Onscheidbaar is de
Schepper van hemel en aarde verbonden met al Zijn schepselen. Zonder het doen
toekomen van Zijn kracht is niets levensvatbaar en dus moet deze kracht aan elk
scheppingswerk worden gegeven om het te behouden. Zo staan alle wezens in
voortdurende verbinding met het hoogste Wezen en kan derhalve het wezen toch
een niet door God gewilde weg gaan, zonder echter zich helemaal van zijn
Schepper en Maker te kunnen scheiden. Het zal altijd een beroep moeten doen op
Diens verschaffen van kracht, ofschoon het zich in de verblindheid van zijn
denken, in het laatste stadium van zijn ontwikkeling, onafhankelijk waant van
elke boven hem staande macht. Het niet willen erkennen van een macht schakelt
het aanwezig zijn van zo'n macht niet uit.
Als dus het wezen zich wil scheiden van zijn Schepper, gebeurt dit alleen in
zijn eigen denken, doordat het zijn wil bewust afkeert van de goddelijke wil,
maar nooit kan het zich door zulk denken losmaken van zijn Schepper, want dit
zou hetzelfde betekenen als "niet-zijn". Een scheiden is bijgevolg
niet mogelijk en het zich bewust van God afkeren heeft alleen tot gevolg, dat
dit wezen niet naar de vrijwording van zijn geest streeft, maar dat het
verkiest om in onverloste toestand te blijven, dus dat het zich als het ware
terugplaatst in de gekluisterde vorm, die het al had overwonnen en het zo de
kloof tussen de Schepper en zichzelf eindeloos vergroot, in plaats van die te
verkleinen. En deze teruggang is hetzelfde als een eeuwige verdoeming, want
voor het wezen zijn het eindeloze tijden in onuitsprekelijke kwelling. Er
bestaat geen niet-zijn, alleen een onverlost-zijn. De weg naar de verlossing is
voor ieder wezen begaanbaar en er wordt hem alle mogelijke hulp verleend. Alleen
moet de vereniging met God worden nagestreefd, maar niet de verwijdering van
God. God trekt de wezens tot zich omhoog in Zijn oneindige liefde, indien ze
maar de ogen opslaan naar Hem. Maar als Hij weerstand vindt in de wil van de
mens en Zijn liefde wordt niet aangenomen, dan houdt ook het geven van genade
op, maar de krachttoevoer uit God wordt hem net als voorheen verleend, zolang
de weg over de aarde nog niet is afgelegd.
Pas in het hiernamaals zal het wezen, dat weerstand bood, het gebrek aan
goddelijke kracht gaan merken. Het is dan in zekere zin aan zichzelf
overgelaten. Het heeft ook dan nog de mogelijkheid de kloof te overbruggen,
echter ligt ook het gevaar voor de hand, in eindeloze diepten omlaag te
storten, als de verstoktheid zo groot is, dat het ook dan nog elke hulp
afwijst. En dan is de weg naar omlaag ingeslagen, die weer in gevangenschap
eindigt, dat het wezen weer wordt ingelijfd in de vaste vorm en de gang van
zijn positieve ontwikkeling weer eeuwigheden moet doormaken, tot eindelijk de scheiding
van het schepsel van de eeuwige Schepper is overwonnen.
‘Eeuwige verdoemenis’ - Licht -
De wil van Lucifer?
B.D. Nr. 6420, 9. december 1955
In Mijn rijk wordt onophoudelijk
licht in ontvangst genomen en licht uitgestraald. De stroom van licht vloeit
ononderbroken en stemt alle wezens gelukkig, die ontvankelijk zijn voor licht.
Hun voortdurend zich vergrotende gelukzaligheid doet ook voortdurend hun
overvloed aan liefde toenemen en zo moeten deze lichtwezens ook ononderbroken
werkzaam zijn, omdat de liefde hen daartoe drijft. En hun werkzaamheid bestaat
in het verder stralen van het licht, dat ze van Mij ontvangen, omdat ze de
kwelling van de duisternis kennen en alle zielen willen helpen deze te
ontvluchten, ze verspreiden ook licht in de donkere sferen, alleen moeten ze
daar zielen vinden, die tot ontvangen bereid zijn, die het licht begeren.
Iedere gewillige ziel ontvangt licht. Ik stel geen andere voorwaarden dan die,
dat de ziel wil dat haar licht ten deel valt, om haar dan ook rijkelijk van licht
te voorzien, rechtstreeks of door licht- en liefdeboden, die in Mijn opdracht
werkzaam zijn. En al vertoeft een ziel in de diepste duisternis, aan haar
verlangen naar licht wordt steeds gevolg gegeven en dit betekent al verlossing
uit de duisternis, want Mijn voortdurende zorg is toch gericht op de bevrijding
van de ziel uit de diepte, op het terugbrengen in Mijn rijk, waar licht en
gelukzaligheid is.
Gelooft u dus, dat Ik een gewillige ziel onopgemerkt in de duisternis zou
laten? Gelooft u, dat Ik haar zou laten smachten, dat Ik me niet om haar
bekommer, als ze verlangt de duisternis te ontvluchten? U, mensen, wordt
geleerd van ‘eeuwige verdoemenis’. En deze uitdrukking is hetzelfde als een
gerechtelijk vonnis van een toornige en straffende god, die Ik niet ben.
Ik ben een God van liefde en rechtvaardigheid. Omdat Mijn rechtvaardigheid u uw
deel moet geven naar de toestand van uw ziel, die vaak zo vreselijk is, dat
alleen de diepste diepte uw verblijfplaats kan zijn, doet Mijn liefde alles om
u voor dit lot te behoeden. En Mijn liefde haalt u ook uit deze duisternis,
wanneer u Mij maar geen weerstand biedt. Het is de weerstand, die Mij
verhindert, dat Mijn liefde dichter bij de zielen komt, want Ik dwing ze niet
zalig te worden. Maar waar de weerstand afneemt of geheel is opgegeven, daar
kan nu ook de straal van Mijn liefde zijn werking uitoefenen, daar kan in alle
volheid licht binnenstromen en een toestand vol kwelling zal voor eeuwig
beëindigd zijn.
En nu weet u ook, dat Ik geen eeuwige verdoeming wil, dat Ik iedere ziel
bevrijd, die naar bevrijding verlangt. Want daarvoor stierf Ik aan het kruis,
dat deze verlossing - deze bevrijding uit de macht van de satan - kon
plaatsvinden, omdat volgens goddelijke rechtvaardigheid de zonde u in de diepte
geketend zou moeten houden en er eeuwig geen bevrijding daaruit zou kunnen
zijn, wanneer de zondeschuld niet teniet zou zijn gedaan, juist door het
kruisoffer. En dit kruisoffer werd voor allen gebracht. Geen wezen is daarvan
uitgesloten en daarom kan er ook uit de hel een verlossing zijn voor de ziel,
die deze wil ontvluchten.
En kunt u geloven, dat Mijn tegenstander van deze verlossing zou zijn
uitgesloten? Gelooft u, dat niet ook hij de zegen van mijn kruisoffer zou
kunnen verwerven, wanneer dit zijn wil zou zijn?
Maar dat hij nog steeds tegen Mij woedt, dat hij alle middelen aanwendt, om Mij
van u, mensen, te vervreemden, dat hij de mensheid zo beïnvloedt, dat ze in een
geestestoestand is beland, die een ontbinding van de scheppingen der aarde
noodzakelijk maakt, is een teken, dat zijn wil nog niet veranderd is. Het is
een teken, dat hij nog de heftigste vijandschap voelt tegenover Mij, dat hem er
niets aan gelegen is naar Mij terug te keren. Maar hij is vol bedrog en wat hij
onderneemt doet hij steeds alleen maar met de bedoeling zielen te winnen, die
hij denkt te verliezen. Want waarlijk, de verandering van zijn wil zou door Mij
worden gesteund door ongewone instraling van liefde en het reddingswerk bij dit
eerste gevallen wezen zou zijn gelukt. Maar dit tijdstip is nog eindeloos ver.
Maar eens zal Ik ook hem winnen, omdat mijn liefde geen wezen voor eeuwig
verdoemt. Amen
Respons van G.
Een mooi citaat van jou vond ik
bijvoorbeeld: ‘De geschriften van Bertha Dudde zijn veel gemakkelijker te
lezen. Ze vullen elkaar allemaal aan. Het kleine verschil zal na verloop
van tijd wel duidelijk zijn en gecorrigeerd worden. Steeds weer heb je geduld
nodig.’
Ik heb het hier even maar met zwart
onderstreept. Ja, het kleine verschil met de citaten van Jakob Lorber en Dudde
bedoel je. Nogmaals ja, de tijd zal het leren, wat genuanceerder lijkt voor de
ziel. Zo hebben we – ieder individueel – ons pad naar de Heer te gaan, ieder
naar zijn geestelijke rijpheid. G.
UpToDate 2024-2025