Niet-christelijke godsdiensten

 

       door Klaus Opitz [Dld]

 

               Afbeeldingsresultaat voor foto heidense altaren

 
Jezus geeft ons, zoals bekend, in de Nieuwe Openbaringen geen analyses van de verschillende niet-christelijke (heidensen) godsdiensten, maar Hij spreekt ervan  hoe erg ze van de godsdienst verschillend zijn, welke Ik slechts kinderen uit de hemel van alle hemelen gaf’. 

 

1 "...De geest, die in de originele (Evangeliën) lag, (is) ook in de naschriften volledig behouden gebleven; aan de letters ligt het immers toch al niet, maar slechts aan één en dezelfde geest. Of is er tussen de Geest van God wel een verschil [d.w.z. noodzakelijk in Hem Zelf, omdat er slechts één Geest van God bestaat] als Hij zich hier op Aarde op eindeloos verschillende vormen manifesteert en dat op een Zon nog eindeloos gevarieerder doet? Zie, het is en blijft toch steeds één en dezelfde heilige Geest’!

 

‘Zo is dat ook het geval bij de afschriften van Mijn Woorden. Hoe verschillend ze er ook van buiten uitzien, ze zijn van binnen toch met één en dezelfde geest vervuld, en meer is niet nodig’!

 

‘Ten overvloede kunt u nog de religies van vreemde volken nemen, zoals bijv. van de Turken (Moslims*)), de Perzen, volken aan de rode zee, Hindoes, Chinezen en Japanners! Hoe zeer zij ook afwijken van het geloof, dat Ik alleen aan de kinderen uit de hemel der hemelen gaf, toch is ook in hen, hoewel veel dieper verborgen, dezelfde geest van God als een sturende kracht aanwezig’!

 

*) „De Koran noemt Isa (Jesus) `Zoon van Maria`, niet echter `Zoon van God` (en niet de geïncarneerde God Zelf] … Isa is gestorven, tot God verhoogd geworden (3,48). Hij is echter niet gekruizigd geworden (4,154ff). Hoe de andere profeten en afgezanten dat voor hem deden, heeft Isa (alleen) de opdracht ontvangen, om de dienst van de mensen tegenover de ene en enige God te verkondigen.“ (uit: Tworuschka, Islam Lexikon, 2002, Patmos Verlag)

Betreffende het onderwerp Islam zie ook onder www.j-lorber.de/islam

 

… ‘Dat zich in de vaak zeer dikke en verweerde schors, die jammer genoeg door velen al voor de boom zelf aangezien wordt, allerlei vervuilingen en vele soorten wormen en insecten bevinden, die leven van het slechte voedsel dat de schors hen geeft. Omdat de schors uit de levende boom, maar nooit de levende boom uit de schors groeit, heeft de schors ook iets levends van de boom in zich, en daarom is het te begrijpen, hoe in en uit haar zoveel wormen en allerlei insecten toch een hoogst uiterlijk en vergankelijk levensvoedsel vinden’.

 

‘Oorlogen, vervolgingen, verwoestingen vinden slechts plaats op de schrale en levensarme bast, terwijl het hout van de levende boom fris en gezond blijft. Daarom moet levend hout zich ook niet bekommeren om wat er eigenlijk alleen maar in de dode bast gebeurt; want de bast zal blijven liggen als het hout verzameld wordt’. (gezien als zogenaamde ‚tussenverklaring‘) [GJE.01_134:15-19]

2 Ik zeg jullie daarom: ‘kijk altijd naar het hart van een mens, en laat het jul­lie in eerste instantie niet uitmaken hoe de liefde van die mens jegens God tot uitdrukking komt’! (GEJ.11_028,05)

 

3In de loop van de tijd zullen weliswaar de eigenlijke wereldmensen van Mijn leer grotendeels hetzelfde maken wat de Egyptenaren, Grieken en Romeinen van de oerleer hebben gemaakt, die Adam en zijn eerste nakomelingen kregen. Maar naast die afgoderij zullen er toch velen zijn, die Mijn leer en Mijn macht net zo rein zullen bewaren en bezitten, als ze nu uit Mijn mond komt, en daardoor zullen zij ook steeds de macht hebben en bezitten, die hen door het levende geloof in mijn woord tijdelijk en in het hiernamaals voor eeuwig verleend wordt! Zo ben Ik dus Heer en vrees daarom geen heer en diens wetten!" (GEJ.02_107,03)

 

4De oude Indische religies zijn de oudste die jullie kennen; want [echter] de oude Egyptische religie in haar echte leer was de oudste, en de kennis daarvan is verloren gegaan. Al die leraren waren zulke sterke zielen, die voor zichzelf door het bladerdak heen braken, de weg toonden, ook het ware en echte heb­ben beschreven en uitgesproken, maar die toch niet anders konden schrijven dan voor hun tijd, waardoor er nu veel vervallen is geraakt, wat in zijn samen­hang van de dingen gemakkelijk te begrijpen is...’ (GEJ.11_075,08)

 

5Als de Oudegyptische religie geheel en al bekend zou zijn in haar oudste grondtrekken, die door de latere godencultus slechts vervaagd in de huidige tijd zijn gekomen, dan zou men zeggen: de christelijke religie is aan de oude Egyptische religie ontleend -zo sterk lijken deze op elkaar, met name wan­neer men de wezenlijke trekken van Osiris, Isis en Horus nauwkeurig in hun aanvankelijke oerbetekenis zou kennen’... (GEJ.11_075,13)

 

6Denk nu eens op die manier aan de geestelijke zon! Het licht dat van haar uitgaat wordt door het steeds golvende oppervlak van de geschapen levenszee opgenomen, en deze speelt met dat licht, en er ontstaan daardoor allerlei karikaturen, die nog wel het matte licht afstralen, maar tevens ieder spoortje van de goddelijke oervorm vernietigen. Op gelijke wijze is het hele heidendom en nu ook het Jodendom een vertekening van al het zuiver goddelijke. (GEJ.02_148,08f)

 

7En ook de heidenen, die niet geloofden en niet gedoopt zijn, zullen in het hiernamaals in hun beste sfeer zich op zo'n plaats bevinden dat zij van heel veraf Mijn hemelen zullen zien en daarover zullen oordelen zoals thans de mensen oordelen wanneer zij naar de aardse sterrenhemel kijken’.  (GEJ.04_109,10)

 

8 „…De Vader neemt onze woordvoerder bij de hand en zegt tegen hem: kijk, in die streek daar beneden wonen doorgaans mensen, die enkel door hun geloof in Mij een rechtschapen leven hebben geleid. Daaronder bevinden zich overwegend de zogenaamde protestanten en nog andere christelijke sekten. Verder op de achtergrond wonen heidenen die op Aarde volgens hun geloof een rechtschapen leven hebben geleid en pas hier het geloof in Mij hebben aangenomen. Daar, nog meer op de achtergrond, het gedeelte dat zich uitstrekt tussen middag en avond, ligt het woongebied van katholieke christenen, die zich deels rooms- deels grieks-katholiek noemen, maar zich hier zonder beschadiging van hun leven en hun vrijheid niet volledig van hun dwalingen hebben kunnen zuiveren. Zij zijn daarom geenszins ongelukkig, maar genieten eveneens een grote zaligheid. Ook zijn ze beslist niet aan hun omgeving gebonden, maar kunnen na een diepere bewustwording van de eigenlijke waarheid ook verder vooruitkomen’. (Geestelijke Zon, deel 1, hoofdstuk 59:9] 

 

9Mocht iemand vragen: waar zijn dan de hier [aan gene zijde] nieuw aangekomen heidenen? Dan zeg Ik jullie dat ook zij meestal in deze omgeving belanden, maar dat desondanks zulke plaatsen van aankomen hier streng van elkaar gescheiden zijn, zodat een heiden onder deze omstandigheden niet in de buurt kan komen van plaatsen waar gelovige christenen van welke sekte dan ook, terechtkomen.

Dat onderscheid wordt zelfs in de hel gemaakt en nergens wordt, zoals jullie misschien denken, alles zonder enige orde door elkaar geworpen. Zo’n onderscheid is namelijk absoluut noodzakelijk, want zouden zulke geesten bij elkaar gelaten worden, dan zouden ze elkaar tengevolge van hun innerlijke kwaadaardigheid dermate te gronde richten, dat ze langs geen enkele weg, behalve langs die van totale vernietiging, meer te bereiken zouden zijn.

 

Jullie moeten je dat als volgt voorstellen: zoals er op Aarde verschillende elementen bestaan die elkaar voortdurend vijandig bejegenen en vernietigen, zo bestaan er in de geestelijke sferen eveneens zulke basiselementen die niet met elkaar in aanraking mogen komen. Zouden ze wel met elkaar in aanraking komen, dan zouden er in de geestelijke sferen soortgelijke effecten tevoorschijn komen als men op Aarde zou krijgen wanneer men vuur en droog stro of vuur en buskruit bij elkaar zou brengen of wanneer men water over een uit leem opgetrokken gebouw zou laten stromen. Daarom is in de geestenwereld, waar voor geen geest enige terughoudenheid meer mogelijk is, zo’n onderscheid strikt noodzakelijk.

 

Wanneer iemand zou vragen: hoe ziet het er dan eigenlijk op die aankomstplaats van heidense geesten uit? Dan moge hem gezegd zijn dat het voor een christelijke geest niet veilig is om met wat voor geest dan ook zulke plaatsen te bezoeken.

 

Alleen de Heer Zelf zou iemand moeten brengen en begeiden, anders zou het voor iedereen eerder gevaarlijk dan nuttig zijn om zulke plaatsen te bezoeken. [Geestelijke Zon, deel 1, hoofdstuk 40: 2-6]

 

10Want een blind, fanatiek geloof, op waarheid of op leugen berustend, heeft nu eenmaal voor het leven geen innerlijke waarde, en is naderhand moeilijk ooit nog bij een volk dat daarin gevangen zit, weg te nemen.

 

En zolang een volk fanatiek gelooft, bevindt het zich geestelijk in het gericht en zodoende in de diepste slavernij van de ziel, en het is alleen maar te helpen, zowel hier als in het hiernamaals, door een langdurig onderricht door woorden en daden, en door een zeer grondige en tevens zeer begrijpelijke uitleg van al het wonderbaarlijke dat in wezen de zielen van het volk gevangen hield’. (GEJ.04_249:2)

 

11 ‘Zeg het aan de kinderen en zeg het tegen allen van welke godsdienst ze ook mogen zijn – Roomsen, Protestanten, Joden, Turken [Mohammedanen, Moslims], Brahmanen of duistere heidenen -, kortom aan allen zij het gezegd: op Aarde is er sechts één ware kerk en dat is de liefde tot Mij in Mijn Zoon, die echter de Heilige Geest in jullie is en zich openbaart door Mijn levende woord, en dat woord is de Zoon en de Zoon is Mijn liefde en Hij is in Mij en Ik doordring Hem geheel en Wij zijn één en zo ben Ik in jullie, en jullie ziel, wier hart Mijn woonstede is, is de enige ware kerk op Aarde. In haar alleen is eeuwig leven en zij is de enig zaligmakende’. [Huishouding van God, hoofdstuk 4:9]

 

12Dat er echter ondanks al jullie trouw toch valse leraren en profeten zullen opstaan die heel veel mensen zullen misleiden, zullen jullie wel niet kunnen verhinderen en dat zal jullie ook niet als schuld aangerekend worden, evenmin als het een boer, die zuivere tarwe op zijn akker zaaide, waartussen zijn vijand 's nachts onkruid strooide, tot zonde gerekend kan worden als op zijn akker tussen de tarwe het onkruid woekert en het goede graan verzwakt’. (GEJ.08_027:)

 

Het is weliswaar de wens van Mijn liefde dat alle mensen van deze aarde de lichte weg van de waarheid zullen betreden en zo het eeuwige leven tegemoet zullen gaan; maar omdat Ik, om redenen die Ik jullie al genoemd heb, Mijn almacht volledig moet terugtrekken, en zo is ieder mens volkomen vrij en kan hij uiteindelijk geloven en doen wat hij zelf wil. (GEJ.08_027:8)

 

’Werken die de mens verricht onder van buitenaf opgelegde dwang hebben voor de ziel geen waarde, aangezien die de ziel niet opwekken maar terneerdrukken, omdat ze niet vrijwillig met vreugde uit innerlijke overtuiging volbracht worden, maar alleen uit angst voor de straf waanneer gedreigd wordt, terwijl men heimelijk ergernis, gramschap en woede voelt’. (GEJ.08_027:10)

 

13 ‘Want bij Mij bestaan er geen Romeinen, Grieken,joden, Perzen of andere volkeren. Er bestaan alleen mensen, die allemaal deel zullen krijgen aan het Godsrijk in het hart en ook op Aarde’… 

 

14  ’Maar de mensen, die in het geheel niet met Mijn leer in aanraking komen, krijgen aan de andere zijde gidsen, die hen naar deze brug zullen brengen. Als de met Mijn leer onbekende geesten de gidsen volgen, zullen ze ook over de brug tot het ware eeuwige leven komen; als ze echter hardnekkig bij hun eigen leer blijven, dan zullen ze overeenkomstig hun leer als schepsel slechts naar hun levenswandel geoordeeld worden en nooit het kindschap van God bereiken! -Kijk, zo zit het in elkaar! (GEJ.01_081,11)

 

Moge Jezus alle mensen tot Zijn Leer leiden, de eeuwig geldende Religie der Liefde!

 

De volledige versie van deze tekst is te vinden onder www.JESUS2030.de „Religionen / Kirchen (1)“ Thema „Zu Christentum und anderen Religionen (1. een juiste criterium over Godsdienst en Openbaring, 2. God is de Liefde, 3. betreffende de christelijke kerken 4. de niet-christelijke religies, 5. over het samenleven van de Godsdiensten, 6. over de Godsdienst der toekomst.

 

Aanvulling [K.O.]

   

Toevoeging tot de tekst „tot de niet-christelijke-godsdiensten“

 

Hier: Aanwijzing van Wilhelm E. betreffend bijvoegsel over „Aarde en Maan“, dat niet in het genoemde boek is opgenomen en een beschrijving van de niet-christelijke-religies moet weergeven.

 

Ik denk, dat deze genoemde bijlage, welke na de tweede wereldoorlog door de uitgeverij van Jakob Lorber niet meer werd gedrukt en uitgegeven vanwege mogelijke onbillijke vijandigheden, dit niet veel tot boven genoemde thema had bijgedragen. Zo zegt Jezus zelf in de desbetreffende tekst:

 

„Dat over naties van andere godsdiensten het tot nu toe besprokene niet zo zeer wegens jullie, maar veel meer wegens de wereld, de geestelijke vertolking van de Aarde aanknoopt, weliswaar daarom, zoals het reeds behandelde onderwerp over hooi en stro. Het behoort eigenlijk niet toe aan de afhandeling van de geestelijke Aarde, aangezien het grotendeels alleen maar louter materiële gesteldheden van de niet-christelijke volkeren vertolkt, en waar alleen aan het einde van alle tijden het geestelijk lot van zulke volkeren zal geraakt en getoond worden.

 

Dat betekent, dat de boven genoemde bijlage nauwelijks tekstaanwijzingen oplevert voor een inhoudelijke uiteenzetting met bijvoorbeeld de Koran of andere religieuze boeken en godsdiensten. Bovendien is in de beschrijvingen de materiële gesteldheid van de toenmalige tijd, dus rond 1847, weergegeven, die met de huidige tijd nog nauwelijks is te vergelijken!

 

Bron: Up-To-Date 2024-2025

 

UpToDate 2023-2024