Storm met
ongekende krachten
[via
Jakob Lorber ontvangen in
1840 van de Heer]: Het Kindje Jezus dat bij het wiegen
leek te slapen sloeg Zijn ogen op en zei: 'Blijven jullie vannacht allemaal
hier en houdt jullie slaapkamer vrij voor vreemden die vandaag nog hierheen
zullen komen. Straks zal er een
verschrikkelijke storm opsteken, zoals er in deze streken nog niet eerder is
geweest. Aan [de Egyptische] Ostracine lag de nabij gelegen zee en er werden
meters hoge golven door een orkaan opgejaagd en tot in de stad stroomde. (bron:
de jeugd van Jezus, hfdst.65)
Aan een storm
gaan altijd waarschuwende tekenen vooraf, die goed te herkennen zijn. bron:
GJE2-166 - Stormen zijn
nu eenmaal nodig om het door de hel uitgebroede kwaad te verjagen.
JVJ-66-10-11. Maar hen die bij Mij behoren, komen ze niet te na, want ook de
stormen weten wie hun Heer is, ze waaien echt niet willekeurig. Stormen zijn nodig om het kwaad te
verjagen. Stormen zijn nu eenmaal nodig om het door de hel uitgebroede kwaad
te verjagen. Maar hen die bij Mij behoren, komen ze niet te na, want ook de
stormen weten wie hun Heer is, ze waaien echt niet willekeurig: Want Hij,
Die liefdevol, wijs en almachtig is, houdt hun teugels vast in de hand! Wees
dus niet bang hier bij Mij, mijn Cyrenius, je kunt er
zeker van zijn, dat hier niemand ook maar een haar wordt gekrenkt! Deze
stormen weten immers heel precies Wie hier onderdak heeft.
Mensen
hebben vanavond nog hulde van vuurwerk gebracht aan jou, die slechts een mens
bent! Nu brengen stormen eer aan iemand, die meer is dan alleen maar een mens!
Zou dat dan niet billijk zijn?! Dit is
een loflied van de natuur die haar Heer en Schepper prijst, zou dat niet
billijk zijn? De lucht, die tegen je aanwaait,
Cyrenius, begrijpt Degene, Die haar schiep; zij kan
Hem dus ook prijzen!' (bron: jeugd van Jezus, hfdst.
66)
'Blijf jij nu maar bij mij, en laat de doden hun doden begraven!' zei Jezus (Matth. 8,22). En de leerling zag
meteen van zijn verzoek af en volgde Mij op het schip; want hij begreep dat het
beter is om voor het leven, dan voor de dood te zorgen, ‑dit laatste is
namelijk een zorg, die geen waarde heeft en waar de doden zich het beste mee
bezig kunnen houden. Want allen, die begrafenisvertoon belangrijk vinden, zijn
min of meer dood zolang zij eer aan een dode bewijzen en zelf het eerbetoon aan
de dood belangrijk vinden.
De mens sterft pas echt door zelfzucht, die zich uit in
de hoogmoed, die vóór alles hunkert naar eer; en in dat licht bezien is dan een eervolle
begrafenis van een dode, niets anders dan een laatste vorm van hoogmoed van de
geestelijk reeds lang dode mens.
Toen wij ongeveer een paar uur uit de kust waren, woedde
de storm het hevigst, en de golven begonnen over het dek van het schip te slaan.
(Matth. 8,24) - Petrus zei tegen de bezoekers op het
schip: 'Vraag niet zo veel, maar help liever al dat water uit het schip te
scheppen, anders zijn wij nog verloren als er soms een staartje van de storm
komt, wat vaak genoeg gebeurt als hij zo ineens afbreekt zoals nu!'
bron: GJE1-103
UpToDate 2023-2024