Melchizedek
[via Jakob
Lorber ontvangen in 1840 van de Heer]: Het Kindje zei tegen de vicekeizer
Cyrenius: ‘Maar de vijgenboom, die Ik reeds in Abrahams tijd heb geplant in
Salem, een stad, die Ik met eigen handen in [de persoon] van Melchizedek heb
gebouwd, die vijgenboom zal Ik vervloeken, omdat die niets dan deze bladeren
voortbrengt. Tegen Cyrenius zei het Kindje Jezus in Egypte: “De zoon van jouw broeder (de zoon van keizer
Augustus) zal tegen Salem het zwaard opnemen!’ [JvJ-152-14-19]
Het Kindje Jezus zei tegen zijn pleegvader: ‘U weet vast niet, wie
Melchizédek, de koning van Salem was? Nee hé?
Nu dat weet Ik wel, en Ik zal het u zeggen: de koning van Salem was de
Heer Zelf, maar niemand behalve Abraham had daar notie van. Daarom boog Abraham
zich voor Hem tot op de grond en bood Hem vrijwillig van alles tienden aan.
Jozef, Diezelfde Melchizédek ben Ik, en u bent zoiets als Abraham’. [Jeugd van
Jezus 169-11-14]
En Hij vervolgde: ‘Wie was van Noach tot Mozes de
Hogepriester te Salem, die Melchizedek heette, en die als een echte koning in
Salem woonde? Wie was vervolgens de Geest in de ark des verbonds? en omdat de
Geest uit de ark in Mij overging, - vraag ik: Wie ben Ik dan?’
bron: GJE2-66
Melchizedek zag er niet oud uit, hij
leek slank, grote gestalte, ernstig kijkend en zacht. Hij had destijds een wit
kleed aan. Hij verscheen als lichtgevend. Zijn haren waren lang en lichtblond,
zoals van zijde. Hij had een kleine gescheiden spitsige baad en zijn gezicht
glansde. Zie 2 Kron.20 – hij offerde in het dal van Josafat op een heuvel. De
naam betekent ‘koning der gerechtigheid’, hij was zonder vader en moeder en ook
zonder geslachtsregister; hij was en is priester der eeuwigheid. [Hebr.7:1-3]
Sinds Noach tot de dood van de
residentie van Mozes in Salim gedurende 1043 jaar lang – resideerde Hij van
2700 na Adam of 1451 v. Chr. [let wel Hij zou dan weer terugkomen in 4151 – met
opvallend precies dezelfde jaargetallen!] Melchizedek = mijn, me, mei – lichi =
aanschijn en sedek = zetel.
UpToDate 2024-2025