Terugkeer naar het
hemelse huis
(- JAKOB LORBER - )
Twee dagen voordat Jakob Lorber
overleed, bezocht hij in de privésfeer iemand die een gerecht voor hem maakte,
dat zijn lievelingskost was. Hij genoot ervan en zei toen tegen de huisvrouw:
´Dat was heel goed, maar over twee dagen leef ik niet meer´. Zij probeerden dit
uit zijn hoofd te zetten, maar hij bleef bij zijn bewering, die inderdaad
uitkwam. Ook zijn vrienden waren hiervan op de hoogte gesteld.
De volgende dag, toen hij na zijn
maaltijd weer naar huis liep, moest hij op straat plotseling bloed opgeven,
maar hij schonk er weinig aandacht aan en ging 's avonds naar zijn
gebruikelijke gezelschap.
Maar al op weg naar huis werd hij
opnieuw overvallen door hevig bloed opgeven, dat dit keer niet ophield, temeer
daar hij, om de nachtrust van zijn omgeving niet te verstoren, bij thuiskomst
geen hulp inriep.
Iemand stuurde haastig een bode naar
de dichtstbijzijnde parochie, waar al snel een priester aan het bed van de
ernstig zieke man verscheen, maar omdat Lorber daar al onbewogen lag, vroeg de
priester aan een familielid, die aanwezig was om hem te verzorgen of Lorber wel
een kerk had bezocht. De vrouw antwoordde dat dit toch wel bekend moest zijn,
omdat Lorber zelf vaak belangeloos had deelgenomen aan hoogmissen, zelfs in het
muziekkoor.
De priester vroeg toen ernstig aan
dit familielid of zij het op haar geweten zou willen hebben als hij de
sacramenten zou toedienen aan de stervende man.
Nadat zij bevestigend had
geantwoord, verrichtte de priester zonder meer zijn kerkelijke taken en vertrok
weer.
Intussen waren de meest intieme
vrienden van Lorber op de hoogte gebracht van het plotselinge gevaar van zijn
naderende dood; maar een hevige storm, die zojuist met al zijn onstuimigheid
was losgebarsten, vertraagde de komst van de opgeroepen vrienden.
Lorber, die zich weer enigszins had
opgericht, liet zijn positie in bed nu wat veranderen, in die zin dat hij die
tien jaar lang met zijn voeten naar het westen had gerust, zich zo in bed liet
leggen dat de bovenkant van zijn hoofd naar het deel van het westen (de wereld)
was gekeerd, maar zijn gezicht naar het opkomen van de zon.
Intussen waren zijn vrienden in de
stromende regen daarheen gesneld, waaronder zijn bevriende huisarts, maar
Lorber was niet meer in staat het bestelde middel in te nemen. Hij lag al enige
tijd in pijn, toen plotseling, als een soldaat die zich opricht, zich heftig
begon uit te rekken, en een kaarsrechte rughouding aannam en zijn gezicht naar
de zonsopgang toewendde, terwijl buiten het tumult met bliksem en donderslagen
verder woedde, maar hij volkomen kalm bleef.
Nu zette zich de doodsstrijd in, en
na ongeveer een kwartier was de dienaar van God zachtjes ingeslapen en was zijn
geest, die lang tot een hogere wereld had behoord, teruggekeerd was naar de
eeuwige heimat. (24 augustus 1864)
[Bron: ANIMA: Jakob Lorber
Biographie von Karl Gottfried Ritter von Leitner (cordisanima.blogspot.com)]
Up-To-Date
2024-2025