Liefde,
de belangrijkste sleutel[1]
(ontvangen
van de Heer door Jakob Lorber,
14
april 1842)
Zeg nu zelf,
of het jullie niet buitengewoon zou moeten verbazen dat jullie bij zoveel licht
van Mij uit toch nog zo blind zijn, dat jullie een zo gemakkelijke tekst niet
op het eerste gezicht geheel en al vatten! Wat is het ‘water’? Dat is jullie
toch al bij verschillende gelegenheden duidelijk getoond. Wat is het bloed? Ook
dat is al getoond. Wat is de geest? Ook dat is jullie al heel vaak getoond.
Maar stel
nu eens dat jullie enkel het water of het bloed of de geest getoond was; dan
zouden jullie, aangezien die drie dingen één zijn, toch het geheel moeten
begrijpen, als jullie in staat zouden zijn om op de juiste plaats, namelijk in
het hart te denken. Maar jullie zijn allemaal nog verstandsridders, en dan lukt
het natuurlijk niet met dergelijke teksten, die alleen als volledig waar en
geldig in het hart blijvend en levend verklaard kunnen worden. Kennen jullie de
belangrijkste sleutel soms nog niet, de enige waarmee alle geheimen van de
hemel altijd als volledig geldig helemaal tot op de bodem verklaard kunnen worden?
Als jullie
die nog niet zouden kennen, moet Ik hem jullie toch eens noemen. Luister dus:
die belangrijkste sleutel is en heet de liefde, d.w.z. de ware, zuivere liefde
van jullie hart voor Mij, evenals - en bij uitstek - Mijn oneindige liefde voor
jullie.
Kijk, dat
zijn de eigenlijke sleutels van Petrus, om welke
reden hem op het laatst nog drie keer door Mij gevraagd werd of hij Mij
liefhad.
O jullie
blinden, zien en merken jullie dan nog niets? Waarom groeit er op en in een
geheel droge aarde niets? Als de aarde natgemaakt wordt, zullen dan niet weldra
talloze soorten planten, ieder op zijn manier, hun volmaakte voedsel vinden?
Wat is het water dus? Is het niet de liefde, die vanuit Mij bij jullie op aarde
is en de enige voeding voor alle wezens en dingen, evenals alleen het leven
zelf? Welnu, wat voor ander, geestelijk water komt er overeen met dit
natuurlijke water? Hebben jullie dan nog nooit iets gehoord over het levende
water, waaronder Mijn evangelie wordt verstaan en heel in het bijzonder Mijn
levende woord aan jullie, als het zich meedeelt aan een hart dat Mij liefheeft?
Ik geloof
dat het echt niet nodig is nog meer over het ‘water’ te zeggen, want een
volmaakter beeld voor Mijn liefde bij jullie dan het water, waarvan iedere
druppel in natuurlijke zin en derhalve zeker ook in geestelijk opzicht reeds
voor talloze wezens voeding en leven in zich draagt, is echt niet te vinden!
Over het water hebben we het dus gehad; maar nu komt het ‘bloed’ - en wat dat
bloed nu toch is? Merken jullie nog niets op? O blinden en doven! O dat bloed,
dat bloed, dat zit het verstand natuurlijk erg in de weg; want hoe minder bloed
in het hoofd, des te helderder is het verstand; daarom zien echte geleerden er
ook niet zelden uit als ongelukkige geesten. Maar het hart moet bloed hebben,
het kan het hart niet onverschillig laten of er wel of geen bloed is, want
bloed is het leven van het hart! Wat is het bloed dus eigenlijk? Spits nu
jullie oren en luister: Het bloed is hier geheel en al hetzelfde als het water,
dus alweer de liefde, maar nu met dit verschil dat er die liefde onder wordt
verstaan die door jullie in het leven in jullie harten wordt opgenomen voor
jullie opwekking tot eeuwig leven - dus net zoals het lichaam het voedsel
opneemt, dat in zijn geheel uit het water afkomstig is en in het lichaam
omgezet wordt in bloed, dat alle lichaamsdelen voedt en tot leven brengt.
Nu hebben
we dus ook het bloed gehad, maar nu komt de ‘geest’ nog. En wat is die geest
hier dan wel? We zullen ons niet te lang op een pijnbank laten leggen, voordat
we die nieuwe dingen horen. Spits nu dus weer de oren en hoor wat voor absoluut
heel nieuws de geest is: Die is alweer niets anders dan wat het water en het
bloed waren, namelijk liefde! Maar deze keer de levende, wezenlijke liefde in jullie,
die Mijn geest is, ofwel het eeuwig helder van zichzelf bewuste,
onvergankelijke leven in jullie, dat het meest wezenlijke wezen van jullie zelf
is!
Maar wat is
dan de ‘aarde’ ofwel de drager van het water, het bloed en de geest? Pak je
eigen neus maar eens beet, dan hebben jullie de aarde al tussen je vingers!
Welk verschil is er nu tussen water, bloed en geest, aangezien ze alle drie één
en dezelfde liefde zijn? Aangezien ze één en dezelfde liefde zijn, zullen ze
toch ook wel volkomen één zijn?
Dat is nu
dus ook voor elkaar; maar nu komen ‘de drie grote getuigen des hemels, namelijk
de Vader, het Woord en de heilige Geest’, ofwel de eeuwige liefde in God, ofwel
het grote levende getuigenis dat vlees is geworden en onder jullie heeft
gewoond, en nu nog steeds in de geest - en dat is nummer drie - als de ‘heilige
geest van alle liefde en alle waarheid’ bij jullie, temidden
van jullie en - als jullie willen - ook volkomen levend in jullie woont!
Kijk, nu
hebben we alles, alleen missen de hemel nog; maar voor zo dom wil Ik jullie
niet houden, dat jullie niet zouden weten dat onder ‘hemel’ het eeuwige
liefdeleven in Mij, de heilige Vader, wordt verstaan! Kijk, nu hebben jullie
alles: water, bloed, geest; Vader, Woord en heilige Geest, en de aarde en de hemel.
En dit alles, zo zeg Ik jullie, is één en dezelfde liefde.
Houdt je
dus aan de liefde, dan hebben jullie alles! Begrijp dit allemaal goed. Amen.