Leerperiode Jezus

 

Tijdens de leerperiode van Jezus in het voormalige land Palestina, 2.000 jaar geleden, zei Hij, dat er een ‘nieuwe waarheidsleer’ op komst is in een verre toekomst, dat wil zeggen, dat Zijn ‘oude leer’ opnieuw ‘vernieuwd’ zal worden en dat dit ook zeer nodig zal zijn voor latere toekomstige volken. Tegenwoordig behoren wij ook toe aan deze volken en zijn er een onderdeel van.

 

Wat de oude leer betreft zei Jezus: ‘Alleen de Schrift van de joden bevat de volle waarheid, echter niet onthuld, maar verhuld in overeenkomstige beelden, en wel om de zeer wijze reden, dat de heiligheid van de daarin aanwezige waarheid door de eigenlijke, onreine kinderen van deze aarde niet verontreinigd en onthei­ligd wordt.’  [GJE5-225:2]

 

Tegen een commandant zei Jezus in Genezareth: ‘Ik onderwijs de mensen steeds overeenkomstig hun vermogen om de dingen op te nemen en overeenkomstig datgene waar ze al eerder zelf vaak over hebben nagedacht, maar waarin ze ondanks al hun inspanning niet tot enige waarheid konden komen. En zo komt het dus dat Ik overal als het ware met iets nieuws tevoor­schijn kom; toch is het eigenlijk niet iets volkomen vreemds en nieuws, maar iets wat er al is, maar door de mensen nog niet herkend en begrepen is.' [GJE10-74:10]

 

‘Niemand kan twee heren dienen, die elkaar vijandig gezind zijn; want hij moet ófwel voor de ene oftewel voor de andere kiezen en moet daarom ook een vriend of een vijand van de ene of van de andere zijn! Zo kan ook niemand de wereld en haar dode Mammon dienen, en tegelijk ook Gods levende rijk; want dat is onmogelijk.’ [GJE8-77:14 - Matth.6,24-34]

 

Het ‘definitieve vrederijk’ is het komende ‘duizendjarige rijk’, dat niet letterlijk 1.000 jaar inhoudt, maar een voortdurende periode van vrede tot aan het ‘einde; van de ‘aarde’. Maar er zal nog menige toornschalen van boven worden uitgegoten over de mensheid, om hen tot inkeer te brengen.

 

‘Ik wil nu ongelovigen de ogen openen en de Bijbeluitleggers de eigenlijke zin ervan verklaren. Maar op dit moment ligt de hele wereld op z’n kop en begraven in haar materiegenot. [Pred. v. de Heer]. Op de juiste tijd zal Mijn Woord tot alle mensen komen, die in hun harten er naar verlangen. [Hemelse Geschenken, deel 2]. Op de meer dan duizendjarige strijd [nu bijna 2.000 jaar!!!] zal er een tijd van vreugde volgen. Dan zullen de mensen weer beginnen ‘mens’ te zijn, zoals Ik ze schiep en hebben wil, en zullen ze Mijn kinderen heten!’

 

De Heer zegt: ‘Ik wil het getal van de uitvoerders van Mijn Woord heel precies in vizier nemen’,, Als er op de hele aarde nog tien zuivere mensen zijn, dan wil Ik Mijn gericht nog 1.000 jaar verschuiven. [Verb. Bijbelt., hfdst.13]

 

‘Wanneer een dergelijke bedrijvigheid door het geweld van het vuur eenmaal zijn hoogste punt bereikt zal hebben, zal de aardse lucht op zulke plaatsen op aarde ook te sterk verzadigd raken met brandbare ethersoorten, en die zullen weldra hier en daar ontbranden en zulke steden en gebieden samen met hun vele bewoners in puin en as veranderen; en dat zal dan ook een grote en effectieve loutering zijn. Maar wat het op deze manier voortgebrachte vuur niet zal bereiken, dat zullen allerlei soorten grote stormen op aarde bereiken, vanzelfsprekend daar waar het nodig zal zijn; want zonder noodzaak zal er niets verbrand en vernietigd worden.

Daardoor zal de lucht op aarde dan ook bevrijd worden van haar kwade dampen en natuurgeesten, wat een zegenrijke invloed zal hebben op alle andere schepselen op aarde en wat ook de natuurlijke gezondheid van de mensen ten goede zal komen, doordat al die vele kwaadaardige lichame­lijke ziekten zullen ophouden te bestaan en de mensen een gezonde, krachtige en hoge leeftijd zullen en kunnen bereiken.’ [GJE8-186:6,7]

 

‘Willen de mensen nog een keer een zondvloed, dan hoeven ze de bergen maar ijverig af te graven en te doorboren, dan zullen ze daardoor de sluizen openen voor de onderaardse wateren! Willen ze de gehele aarde in vlammen zien, dan hoeven ze maar ijverig alle bossen te vernietigen, en de natuurgeesten (elektriciteit) zullen dermate toenemen, dat de aarde opeens in een bliksemvuurzee gehuld zal worden! Ben Ik het dan soms, die de aarde door het vuur wil teisteren?! Leer daarom de mensen om wijs te zijn, omdat ze anders zelf het gericht over zich zullen oproepen! Ik weet echter dat het zal gebeuren, en toch kan en mag Ik niet belemmerend daartegen optreden door Mijn almacht, maar slechts door de leer.’ [GJE5-109:7]

 

‘Er staat reeds een ster in het oosten, die de baan van Orion zal onderbreken en het vuur van de Grote Hond zal hen allen verteren; en Ik zal in grote hoeveelheden sterren van de hemel op de aarde slingeren, opdat alle booswichten omkomen en Mijn licht overal gloort.’  [Huish. v. God, deel 1:12] [met sterren bedoelt Jezus waarschijnlijk brokstukken van asteroïden die gevaarlijk de aarde schampen met krakend geluid]

 

Het duizendjarige rijk duurt geen 1.000 jaar, maar een tijd waarin het geestelijke het materiële heeft overwonnen. Dat rijk zal komen in de harten van de mensen, die van goede wil zijn!’ [Hemelse G., deel3]

 

Lazarus van Bethanië vroeg Jezus, wat Jesaja 4 en 5 te betekenen hebben! Want dat zou op hun tijd van toepassing zijn, waarop Jezus antwoordde:  'Vriend, zoals het nu is, zal het over ongeveer tweeduizend jaar weer zijn, en de aanloop daartoe zal al veel eerder beginnen! In onze tijd is het jodendom veel erger dan het heidendom -want de heidenen gebruiken hun verstand tenminste nog, terwijl dat bij de joden met voeten wordt getreden; maar in die tijd zal Mijn leer, - dus het christendom-, erger zijn dan nu jodendom en heldendom samen. Er zal dan grote geestelijke nood onder de mensen zijn.’ [GJE6-149:1] Dat zal een verdrukkende tijd zijn.

 

‘Tegen het eind van de genoemde tijd zal Ik steeds grotere profeten opwekken, en met hen zullen ook de gerichten zich vermeerderen en uitgebreider worden. Er zullen ook zware aardbevingen komen en ver­woestende stormen, grote prijsstijgingen, oorlogen, hongersnood, epide­mieën en nog veel ander kwaad, en, zoals Ik al voorheen gezegd heb, er zal geen geloof­ behalve bij heel weinigen onder de mensen zijn, die in het ijs van hun menselijke hoogmoed helemaal zullen verkillen, en het ene volk zal tegen het andere optrekken.’ [GJE6-150:15]

 

‘Maar daarna zal de grootste openbaring plaatsvinden door Mijn tweede komst op deze aarde; deze openbaring zal echter ook voorafgegaan worden door een zeer groot en scherp gericht en gevolgd worden door een algemene schifting van de wereldse mensen door het vuur en zijn projectielen, waarna Ik dan Zelf een heel andere kweekschool voor ware mensen op deze aarde zal kunnen vestigen, die dan zal duren tot aan het einde der tijden van deze aarde.’

 

'Zoals het echter met het gericht over Jeruzalem zal gaan, zo zal het ook gaan met een toekomstig, groot gericht over de wereld, wanneer Ik een definitief einde zal maken aan de grote hoer van Babel. Dat zal dan een gericht zijn zoals ten tijde van Noach en ten tijde van Sodom en Gomorra.’  

 

‘Dan zullen er ook grote tekenen op aarde, op zee en aan de hemel plaatsvinden, en Ik zal knechten opwekken die vanuit Mijn woord het komende gericht op velerlei wijze zullen voorspellen. Maar de hoogmoed van de mensen zal er niet naar luisteren, en zo hij er al naar luistert, zal hij hun woorden toch niet geloven, maar hen uitlachen alsof het dwazen zijn. Maar juist dat zal met de grootste zekerheid aangeven dat het grote gericht, dat alle boosdoeners door het vuur zal verteren, onherroepelijk in aantocht is.’

 

‘Zo zullen in diezelfde tijd ook vele jongelingen visioenen hebben, en vele jonge vrouwen zullen voorspellen over de dingen die komen zullen. ­Gezegend degenen die zich daardoor verbeteren en zich waarachtig zullen bekeren!’

Wie niet zal doen wat de grote hoer van Babel wil, zal het heel moeilijk krijgen.’

 

‘Al deze dingen moeten eerst gebeuren, ongeveer zevenhonderd jaar voor het gericht, zodat achteraf niemand kan zeggen dat hij niet voldoende gewaarschuwd was. Maar vanaf nu zullen er nog geen volle twee duizend jaar voorbijgaan tot het grote gericht op aarde zal plaatsvinden; en dat zal dan een duidelijk jongste, maar tevens ook laatste gericht op deze aarde zijn.’`[Dit zei Jezus al in 23-24 n. Chr.]

Dat Jezus al vanaf 1300 de mensheid bezocht heeft met allerlei gerichten tot nu toe, kennen we uit de vaderlandse en wereldgeschiedenis. Deze gerichten zullen, naarmate de mensen zich verharden, steeds heftiger en groter worden en zal haar toppunt in onze tijd [2020-2030] bereiken.

 

‘Pas daarna zal het paradijs op aarde komen, en wolf en lam zullen vreedzaam in één stal wonen en met elkaar uit één schotel eten. Als het gericht nadert, zal ook het teken van de Mensenzoon aan de hemel te zien zijn, hetgeen betekent dat de hemel in de mens Mij als de enige Heer van hemel en aarde zal erkennen, en de ziel van de mens zal Mij zal prijzen en de hoogste lof geven.’ [GJE6-174:1-9]

 

Niet de Heer zal de mens richten, maar Zijn Woord [GJE6-174:12] zoals het gericht ooit over Jeruzalem kwam [70 n. Chr.]. Zo zal dat ook zeker binnen nu en 10 jaar onze aarde en haar wereld komen. [Matth.24:37-39, Luk.17:26-30].

 

‘Al deze dingen moeten eerst gebeuren, ongeveer zevenhonderd jaar voor het gericht, zodat achteraf niemand kan zeggen dat hij niet voldoende gewaarschuwd was. Maar vanaf nu [circs 23-24 n. Chr.] zullen er nog geen volle twee duizend jaar voorbijgaan tot het grote gericht op aarde zal plaatsvinden; en dat zal dan een duidelijk jongste, maar tevens ook laatste gericht op deze aarde zijn.’ [GE6-174:7]

 

Johannes schreef het Bijbelboek ‘De Openbaringen’ op honderdjarige leeftijd, want al zijn geschriften bevatten alleen maar innerlijke geestelijke zaken. Wat Johannes geschreven heeft, dat geldt voor de gehele oneindigheid, dus niet alleen voor onze aarde, voor heel het oneindige universum, zegt Jezus. [GJE1-113:10]

 

Vervolgens zegt de Heer: ‘Wat Matthéus schrijft, heeft alleen maar voor deze aarde een bijzondere waarde, maar wat jij [Johannes] schrijft, dat heeft waarde voor de gehele eeuwige oneindigheid! Want in alles wat jij schrijft, verbergt zich het puur goddelijke besturen van eeuwigheid tot eeuwigheid door alle reeds bestaande scheppingen en ook door die, welke in toekomstige eeuwigheden van de nu bestaande daarvoor in de plaats zullen komen! En ook al zou je het in vele duizenden boeken opschrijven, wat Ik jou en jullie allen daarover nog zal onthullen, dan zou de wereld al die boeken met geen mogelijkheid kunnen begrijpen, en zulke boeken zouden daarom voor de wereld geen nut hebben.’ (zie Joh. 21:25)

 

‘Wie leeft volgens de traditionele leer en gelooft in de Zoon, die wordt toch al in de geest wedergeboren en de geest zal hem in alle diepten der eeuwige waarheid leiden. Nu weet je de reden waarom Ik jou niet alles laat opschrijven; vraag het Mij daarom voortaan niet meer! Want het mag de wereld nooit te duidelijk gezegd worden, opdat ze niet onder een nog zwaarder gericht terecht komt dan ze nu al onder het oude noodzakelijke gericht staat.’

 

‘Ik wil Mijn leer echter zo geven, dat niemand slechts door het evangelie te lezen of door er naar te luisteren de kern van de levende waarheld bereiken kan, maar deze alleen kan bereiken door Mijn leer toe te passen, en door de toepassing zal Mijn licht in iedere mens steeds helderder gaan schijnen!' (Joh.7:17, GJE1-113:10-13]

 

UpToDate 2024-2025