Jordaangebied
[via Jakob Lorber ontvangen in 1840 van de Heer]:
In de periode van Jezus lag het Galilese meer in het dal
van Ebal, waar eens het dorpje Genezareth klaarblijkelijk heeft gelegen. Juist
daar was eens een vertakking van een rivier. In de periode van de Kanaanieten
was dit een hoofdvertakking van de Jordaan. In vroegere oudere tijden nog een
beekje. Dit oude Jordaandal werd door aardverschuivingen zo verlegd, zodat
vandaag de dag niemand kan weten, dat daar eens de Jordaan haar bedding had.
In de periode van Jezus lag dit dal nog meer vrij en ging
er een arm van de Jordaan door dit dal; van daar ging echter elk spoor
verloren. Door de aardeverschuivingen heeft het bekken van het meer van Galilea
aan sommige plekken meer dan 200 klafters immersie ondergaan, waardoor de zee
met haar oppervlakte kleiner geworden was.
De Jordaan moest zich daar een hoofdafvloeisel creëren,
waardoor een verdere doorgang mogelijk werd van de aardeverschuivingen. In
ongeveer 1000 jaar na Jezus is het gehele Jordaandal tot zijn uitmonding in de
dode meer wel rond 100 voet ingezakt en zo ook het oude dode meer zelf.
[Himmelsgaben3-640329-20,21].
De Heer vertelt verder, dat het Galilese meer wel drie
keer zo groot was in Zijn tijd. Hier en daar zijn nog zeer hoge en steile
rotsklippen te vinden, die daar nog een getuige van zijn. Het Ebaldal is nu een
tamelijk vergestrekte zandwoestijn en nu ongeveer twee uur van het huidige meer
gelegen. [opmerking: dat is ongeveer 8 kilometer]
De
Jordaan was in Jezus tijd wel 200-300 meter breed – feitelijk een geologisch
fenomeen – van zijn bron in het Hermon-gebergte tot aan de monding van de dode
zee stijgt hij op de kortste weg over de 900 brede hoogte naar beneden. Aan de
benedenloop hebben de discipelen van Johannes de doper aan een doorwaadbare
plaats met de naam Betabar of Betanie – een trap gebouwd. De rivier de Jordaan en niet ver van de woestenij bij
Bethabara, waar deze rivier in de zee (het Galilea-meer) valt, en er dan
doorheen stroomt en zich vervolgens naar de dode zee richt. De
Jordaan in de omgeving van Bethabara staat zomers vaak droog, vooral half juni
tot in augustus. De Highway nr. 90 loopt door het dal van de Jordaan naar Bet
Shean. Beit Yosef is breed en lang en werpt zich als een eindeloos landschap op
en onderbroken door militaire straatversperringen en wegcafe’s, die goedkope
benzine en droge maisfladen verkopen. Links zijn de hoogten van de Judese
woestijn te zien. bron: GJE 1-12-1, 2-82
UpToDate 2024-2025