Huwelijk en huwelijkswetten
[via Jakob Lorber ontvangen in 1840
van de Heer]:
Van Mij kunnen jullie toch zeker niet verwachten, dat Ik
ook maar een goed woord zou over hebben voor een echtbreuk in een huwelijk uit liefde,
daar jullie zelf nota bene de doodstraf hebt gesteld op een echtbreuk in een
huwelijk uit berekening?! Is dan soms wat in het leven gebeurt niet belangrijker
dan een verbintenis ten dode?! Die echt liefheeft, bemint die met zijn hart of
met zijn hoofd? Het echte leven ligt in het hart, en vloeit vandaar door alle
menselijke ledematen: zo komt het dan ook nog in het hoofd terecht, dat van
zichzelf geen leven heeft, maar dood is!
Het is toch veel
vanzelfsprekender om de levende, eeuwige wetten van het hart ook te respecteren!
Ik ben bij jullie de Levende, Die vasthoud aan die levenswetten; Daartoe ben
Ik in de wereld gekomen, opdat door Mij alle werken en wetten des doods teniet
zullen worden gedaan, en dat daarvoor in de plaats de oude wetten des levens
weer in ere worden hersteld! In Mij is het van ouds
Eeuwige Leven tot jullie gekomen! De liefde, die moet eeuwig voortduren- Het
huwelijk moet een volledig en onverbrekelijk huwelijk zijn. Het samenwonen kan
een ergernis zijn voor blinde mensen, die alleen op het uiterlijk letten en
geen weet van het innerlijk. - Sinds
Adam was er geen volkomener huwelijk dan dat van
jullie, want Ik Zelf heb jullie verbintenis gezegend. - Opmerking: Twee duizend jaar geleden bestond het dus ook al, dat
samenwonen.
En omdat dit voor velen dat destijds een doorn in het oog
was, adviseerde Jezus om te huwen. In deze tijd is samenwonen een normale zaak.
Ook dat samenwonen moet zich houden aan bepaalde disciplines. En omdat ook dat
weer niet gebeurt, is het beter om te trouwen. Want het is niet goed voor de
brandende van begeerte zich ongeoorloofd te vergooien. Wat God verbonden heeft, mag geen mens meer scheiden, en
zo blijft een waar huwelijk voor eeuwig geldig! Een verkeerd werelds huwelijk
is echter voor God toch al geen verbond en daarom net zo ontbindbaar als de
wereldse mensen en al hun overeenkomsten, die bij voorbaat al niets anders zijn
dan pure hoererij, waardoor de kinderen van de satan in hun jammerlijke bestaan
gebracht worden.
Het kindje Jezus tegen Cyrenius:
‘'Ik ben geen Heerser over wat van deze wereld is! Wat Mij betreft zijn jullie
dus vrij in alles wat zuiver wereldlijk! Maar, heb je voor elkaar eenmaal ware liefde opgevat, dan mag je daaraan ook
weer niet zomaar ontrouw zijn! Want
de enige huwelijkswet, die voor Mij geldt, is die, dewelke met vurige letters
in jullie hart geschreven staat! Als jullie elkaar volgens die wet al op het
eerste gezicht hebt gevonden en verbonden, dan mag je niet meer van elkaar
scheiden, als je tegenover Mij niet zondigen wilt! Een werelds
huwelijkscontract geldt voor Mij niet, voor Mij geldt alleen een huwelijk uit liefde! Wie zo’n huwelijksband
breekt, die is in Mijn ogen pas een echtbreker!
Cyrenius, nu jij je
zinnen volledig op deze jonge dochter hebt gezet, mag je je
van haar niet meer afkeren! En jij, Mijn dochter, toen jij Cyrenius
voor de eerste maal zag, stond je hart al direct in vuur en vlam; voor Mij ben
je daarom al zijn vrouw, en behoef je het niet eens meer te worden! Voor Mij
zijn overwegingen van werelds voor en tegen niet van belang, voor Mij geldt slechts wat jullie hart je
ingeeft! Volgens die norm alleen
moeten jullie elkaar dus eeuwig trouw blijven, anders worden jullie tegenover
Mij werkelijk echtbrekers! Vervloekt zij hij, die op wereldse gronden de echte
liefde zou ontraden, want die echte liefde is uit Mij! Immers wat zou nu eigenlijk van meer
waarde zijn: die echte liefde, die uit Mij is, dan wel wereldse gronden, die
in feite des duivels zijn?!
Behoedt u
voor liefde op grond van wereldse gronden, - die zij vervloekt!' - Wat God
verbonden heeft, dat behoort geen mens meer te scheiden, en dus blijft een echt
huwelijk voor altijd geldig! Een verkeerd werelds huwelijk is echter toch al
voor God geen verbond en daarom net zo ontbindbaar als de wereldse mensen en al
hun overeenkomsten, die altijd al niets anders zijn dan de grofste hoererij,
waardoor de kinderen van de satan in het jammerlijke bestaan gebracht worden.
Jullie zijn nu volledig man en vrouw, en vleselijk één voor God, amen!' - Maar,
hebt ge voor elkaar eenmaal ware liefde opgevat, dan mag je daaraan ook weer
niet zomaar ontrouw zijn! Want de enige huwelijkswet, die voor Mij geldt, is
die, dewelke met vurige letters in jullie hart geschreven staat! Als jullie elkaar volgens die wet al op het
eerste gezicht hebt gevonden en verbonden, dan mag je niet meer van elkaar
scheiden, als je tegenover Mij niet zondigen wilt!
Een werelds huwelijkscontract geldt voor Mij niet, voor
Mij geldt alleen een huwelijk uit liefde! Wie zó’n
huwelijksband breekt, die is in Mijn ogen pas een echtbreker! Cyrenius, nu jij je zinnen volledig op deze jonge dochter
hebt gezet, mag je je van haar niet meer afkeren! En
jij, Mijn dochter, toen jij Cyrenius voor de eerste
maal zag, stond je hart al direct in vuur en vlam; voor Mij ben je daarom al
zijn vrouw, en behoef je het niet eens meer te worden! Voor Mij zijn overwegingen
van werelds voor en tegen niet van belang, voor Mij geldt slechts wat jullie
hart je ingeeft! Volgens die norm alleen moeten jullie elkaar dus eeuwig trouw
blijven, anders worden jullie tegenover Mij werkelijk echtbrekers!
Vervloekt zij hij, die op wereldse gronden de echte
liefde zou ontraden, want die echte liefde is uit Mij! Immers wat zou nu eigenlijk
van meer waarde zijn: die echte liefde, die uit Mij is, dan wel wereldse
gronden, die in feite des duivels zijn?! Behoedt u voor liefde op grond van
wereldse gronden, -die zij vervloekt!' Van Mij kunnen jullie toch zeker niet
verwachten, dat Ik ook maar een goed woord zou over hebben voor een echtbreuk
in een huwelijk uit liefde, daar jullie zelf nota bene de doodstraf hebt gesteld
op een echtbreuk in een huwelijk uit berekening?! Dat zou maar een vreemde
wens van jullie zijn, of is dan soms wat in het leven gebeurt niet belangrijker
dan een verbintenis ten dode?!
Ik vind dus dat jullie er blij mee moeten zijn, dat het
zo is en dat jullie er zeker niet om moeten treuren! Wie echt liefheeft,
bemint die met zijn hart of met zijn hoofd? Toch hebben jullie je huwelijkswetgeving
niet gebaseerd op wat jullie hart je ingaf, en wel op je hoofd. Het echte leven
ligt in het hart, en vloeit vandaar door alle menselijke ledematen: zo komt het
dan ook nog in het hoofd terecht, dat van zichzelf geen leven heeft, maar dood
is! En als jullie nu jullie verstandelijk tot stand gekomen wetten, die van
zichzelf even dood zijn als de hoofden waaruit zij ontspruiten, met de dood
heiligt, ... dan is het toch veel vanzelfsprekender om de levende, eeuwige
wetten van het hart ook te respecteren!
Weest derhalve blij,
dat Ik, die bij jullie de Levende ben, vasthoud aan die levenswetten; want als
Ik dat niet zou doen, dan zouden jullie allang slachtoffers van de eeuwige
dood zijn geweest! Daartoe ben Ik in de wereld gekomen, opdat door Mij alle
werken en wetten des doods teniet zullen worden gedaan, en dat daarvoor in de
plaats de oude wetten des levens weer in ere worden hersteld!
En als Ik jullie nu tevoren uiteenzet welke de wetten des
levens zijn en welke die des doods, wat voor reden hebben jullie dan wel om te
treuren alsof Ik jullie enig leed berokkend had; en dat jullie bang voor Mij
zijn, alsof Ik jullie in plaats van het leven de dood had gebracht? O, dwazen
die jullie zijn! In Mij is het van ouds Eeuwige Leven
tot jullie gekomen! Weest daarom blij en nóóit meer bedroefd! Als eens de dood jullie zal scheiden
naar het lichaam, dan zal het overblijvende deel weliswaar naar het uiterlijke
weer vrij zijn, maar de liefde, die moet eeuwig voortduren. Amen!' - (GJE 1-236 [19] en 36 [13, 17] - (bron: de jeugd van Jezus, hfdst. 102, 103)
Man en vrouw
De Heer zegt
tegen 50 jarige Mathaël, dat hij van boven komt (uit
de hoge bergen) en deze had behoefte aan een vrouw: ´De vrouw komt echter van
beneden (uit de lagere gelegen dalen). Daarop zei de
Heer: ‘De
eerste reden voor zo'n verschijning is dat jij van boven bent, maar de vrouw
van beneden. Jij bent vervuld met hetgeen van de levende geest der liefde van
Mij is, maar de vrouw is vervuld met hetgeen van de geest der wereld is.
Daarom ben je zacht en teder van binnen, terwijl de vrouw dat alleen van buiten
is. Jij bent een basisschepsel uit Mijn diepte, maar de vrouw is slechts een
naschepsel, een samenvatting van Mijn uitstraling.
Jij bent gemaakt uit de kern van de zon, de vrouw slechts uit de vluchtige
stralen van de zon. In jou is de volle waarheid, in de vrouw slechts de schijn
van waarheid. Jij bent een wezen uit Mij, - de vrouw slechts een verschijning
uit Mij.’ (Hui3-29:10-17)
Vervolgens: ´Wanneer een man in de vrouw hardheid
aantreft, dan is dat zeker alleen zijn eigen hardheid; heeft hij die verzacht,
dan zal hij zeker alleen maar het heerlijkste tegendeel in de vrouw vinden! Dat
´leem´ Mijn liefde en de ´rib´ Mijn genade en erbarming
betekent.’ [Hui3-30:5]
‚Maar aangezien jullie allemaal weten
dat het "leem" Mijn liefde aanduidt en de "rib" Mijn genade
en barmhartigheid, aangezien Mijn genade en barmhartigheid jullie leven
omvatten zoals het leven van het lichaam zijn vaste skelet omvat en in stand
houdt, moeten jullie jezelf als verblind erkennen als je een ontroostbaar
verschil vindt waar je alleen een ontroostbaar verschil zou moeten vinden!‘ (Hui3-30:12)
De Heer geeft wijze raad aan Muthaël. ' Zie, de pure gedachte in je hoofd over dingen die de donkere toekomst nog voor je geest
verborgen houdt, is net zo te beoordelen als wilde een man een levende vrucht
verwekken bij een man, zoals hij dat kan doen bij een vrouw, hetgeen tevens ook
de grootste en zondigste hoererij zou zijn.’ [Hui3-31:13] De Heer sprak (920 n.Adam.) zelfs toen over de periode van 2000 n. Chr.)
De Heer zegt tegen Lamech: ‚Ik schiep voor Adam slechts een vrouw en
nog tot op dit uur geef Ik voor een mannelijk wezen slechts één vrouwelijk
wezen; en daaruit kun je gemakkelijk opmaken dat van Mij uit voor de mens slechts een vrouw bestemd is, ondanks
zijn rijkelijk vermogen tot voortplanting.‘
‚En zo kan een
man met een vrouw weliswaar minder, maar wel des te krachtiger kinderen
verwekken, terwijl bij veelwijverij slechts grote, onrijpe zwakkelingen
tevoorschijn kunnen komen.‘ ‚Laat daarom het bij één vrouw blijven, en deze
doet genoeg, wanneer zij iedere drie jaar slechts een vrucht tot rijpheid
brengt.‘ (3-63:11,12,15)
Over het verlangen van de man maar het bezit van vele
mooie vrouwen zegt de Heer: ‘Wanneer de man een wellusteling is en zijn zaad in de stegen en straten
verstrooit, zeg Me, zal zo’n tot in de grond verzwakte man met zijn door en
door verwaterde voortplantingsvermogen nog ooit in staat zijn zelfs met een
goed vruchtbare vrouw een goede vrucht te wekken?’ ‘Zoals de
vruchten van de aarde alleen in het licht van de zon rijpen, rijpen ook
de geestelijke krachten van de mens alleen in Mijn licht.’ (Hui3-64:13,17)
De Heer zei in verband met de
bigamie in de grote stad Hanoch: ´Laat daarom iedereen zo
veel mogelijk van het vlees der vrouwen onthouden, als hij het eeuwige leven
wil oogsten; laat de vrouw niemand verleiden als zij niet verdoemd, maar zalig
wil worden!´ (Hui3-129:12)
Vrouw en man
[via
Jakob Lorber ontvangen in
1840 van de Heer]:
[…] Zo is
het, en zo zou de Schrift gelezen en begrepen moeten worden, dan zou er met alle
mensen goed gesproken en uit de hemel voor hun bestwil iets gedaan kunnen
worden. Maar de mensen, en wel de vrouwen het eerst, zijn door hun vrije wil
voor de tweede maal te misbruiken in totale zinnelijkheid ondergegaan. Zij zijn
begonnen om hun oorspronkelijk van satan overgeërfde mooiere lichaam zoveel
mogelijk op te poetsen en zijn ongenaakbaar, trots en onwillig geworden door
hun zelfzucht, en zij dwongen daarmee de zachtere man te doen wat zij wilden,
en hij moest ter wille van de vrouwen zo bereidwillig mogelijk en haast
onderdanig naar haar heerszuchtige pijpen dansen, en uiteindelijk vond hij het
zelfs bijzonder prettig om in de echte helse list van de vrouwen totaal
verstrikt te raken. Maar daardoor viel hij dan ook uit alle in hem ontwakende hemelen,
en hij werd daardoor somber, geil, zelfzuchtig, ijdel en heerszuchtig en werd
zo samen met de vrouw puur duivels! Wel werd de man zo nu en dan door zijn
geest zachtjes door het opwekken van liefde voor het leven gemaand om de
Schrift te lezen en aandacht te hebben voor Gods grote werken! Dat deden er ook
velen, nadat ze zich eerst meer of minder uit de netten van de vrouwen bevrijd
hadden. Maar dat hielp niet zo veel; want ze begrepen de Schrift niet meer, en
omdat ze zelf vrouwelijk materialistisch waren geworden, namen ze de
materialistische betekenis der letters voor waar aan en maakten zo het woord
van God tot een gedrocht en de tempel van God tot een ware moordkuil! GJE1-166
[7-9]
Deze pure
wereldse en vleselijke mensen zien er uiterlijk weliswaar vaak heel mooi en
aantrekkelijk uit, vooral het vrouwelijk geslacht, hetgeen heel begrijpelijk is
door de steeds grotere eenwording van hun ziel met het vlees. Maar zulke mensen
worden daardoor ook zwak en heel ontvankelijk voor alle slechte, fysieke
indrukken. Hun lichamen worden gemakkelijk ziek en het geringste contact met
een besmettelijke ziekte is dodelijk voor hen, terwijl mensen die een vrije
ziel en daarin een vrije geest hebben, alle vergiften van de aarde over zich
heen kunnen laten komen zonder ook maar de geringste schade te lijden. Want een
vrije ziel en daarin een vrije geest hebben kracht en middelen in overvloed om
iedere zwakke vijand krachtdadig te bestrijden, terwijl een ziel die in alle
levensuitingen aan haar vervloekte lichaam zit vastgeketend, op een aan handen
en voeten gebonden reus lijkt die zich zelfs niet tegen een lastige vlieg
teweer kan stellen en moet dulden dat een zwakke dwerg hem heel op z'n gemak,
maar des te pijnlijker, met een mes het hoofd van de romp scheidt." GJE3-11
[6]
"Let
op! Als je in een plaats komt met fraai gevormde en sierlijk uitgedoste mensen
van beiderlei kunne, ga dan direkt verder want daar
krijgt het rijk van God geen voet aan de grond omdat daar op z'n minst het
halve Sodom en Gomorra te
vinden is! Van zo'n plaats is het strafgericht van God ook nooit ver
verwijderd, want zulke met het lichaam verstrengelde zielen, die tijdens het,
grootste deel van hun bestaan bijna alle bewustzijn hebben begraven in hun
lichaam, zijn te ingrijpend gebonden. En als hun schone lichaam ook maar heel
even door de slechte, ruwe en nog helemaal onbeschaafde natuurgeesten van de
lucht wordt beslopen, kunnen zulke gebonden zielen zich niet verweren en
bezwijken ze spoedig samen met hun lichaam, dat door de innige verstrengeling
met de ziel veel vatbaarder en gevoeliger is dan het vlees van een lichaam met
een vrije ziel. Pak zelf eens zo'n teergebouwd stadsmeisje stevig bij de arm of
een ander lichaamsdeel en zij zal een kreet slaken van pijn. Ga echter naar
buiten naar een werkende boer, die naast zijn werk ook nog oprecht zorgt voor
zijn ziel en de zielen van zijn kinderen, dan kun je de handen van de boer en
zijn kinderen zo stevig als je maar wilt, beetpakken en schudden en zij zullen
echt niet zulke kreten van pijn slaken! GJE3-12 [1-2]
Huwelijksuitzonderingen
[via Jakob Lorber
ontvangen in 1840 van de Heer]:
De leerlingen lijken naar aanleiding
van wat Jezus hen heeft gezegd, er voor te zijn, om niet meer te huwen (Mattheüs 19:10). Want sommige vrouwen doen onpassend
tegenover hun echtgenoot.
Als er onder hen één is, die ontucht
bedrijft, dan is er vaak ruzie en twist tot ergernis van de buren. Dan lijkt de
scheidbrief van Mozes meer dan gerechtvaardigd.
Maar Jezus zei, dat Hij dit vooral
voor de Farizeeën gesproken had (Mattheüs 19:11).
Inderdaad was de scheidbrief noodzakelijk, anders zou de Heer dit nooit
ingesteld hebben. Intussen stichtten de Farizeeën stiekem onvrede tussen
echtparen, want de scheidbrieven levert hen veel geld op. Onder de mensen zijn
er zeker een aantal die niet geschikt zijn voor een huwelijk (Mattheüs 19:12).
Een huwelijk met een ontmande man
sluiten is ongeldig en men kan zich daarvan laten scheiden. Degene die niet
onvruchtbaar is gemaakt, kan zonder echtbreuk te plegen opnieuw gaan trouwen.
Is je vrouw onvruchtbaar, dan kun je
met de juiste instelling datgene doen om nazaat te verwekken – zoals bij de
ouden – en je zult hiervoor niet gerechtelijk gedaagd worden.
Op Petrus
vraag om zich van een vrouw te laten scheiden, die hoererij bedrijft, zegt
Jezus, dat zolang zij leeft je geen ander vrouw mag huwen. Je kunt nooit weten
of je vrouw zich in de toekomst zal bekeren en vol berouw terugkeert naar je
huis.
Maar stel, dat je dan toch een
andere vrouw tot je genomen hebt, dan zou je eerste vrouw niet meer kunnen
terugkomen. Dat zou voor jullie allemaal slecht zijn.
Wees in je hart God trouw en hoed je
voor ontucht. Zij die hoererij en echtbreuk plegen, zullen Gods Rijk niet
binnengaan. Dit werd Petrus allemaal geheel duidelijk
(GJE5-256).
UpToDate 2024-2025