Genesis 20
Ook de Bijbel heeft – naast de Nieuwe Openbaringen via
Jakob Lorber – een zeer grote schat aan gegevens voor het denkhart in het vat.
Ik las onlangs uit het eerste boek van de Bijbel [de oorspronkelijke oude
tekst] en het volgende roerde mij zeer:
1 En Abraham reisde van daar naar het land van het zuiden, en woonde
tussen Kades en tussen Sur; en hij verkeerde als vreemdeling te Gerar. (NOTA
BENE: ‘Gerar’ betekent op zichzelf al ‘vreemdeling’.)
2 Als nu Abraham van Sara, zijn huisvrouw, gezegd had: Zij is mijn
zuster, zo zond Abimelech, de koning van Gerar, en nam Sara weg.
3 Maar God kwam tot Abimelech in
een droom des nachts, en Hij zei tot hem: Zie, gij zijt dood om der vrouwe wil,
die gij weggenomen hebt; want zij is met een man getrouwd.
4 Doch Abimelech was tot haar
niet genaderd; daarom zei hij: Heer! Zult Gij dan ook een rechtvaardig volk
doden?
5 Heeft hij zelf mij niet
gezegd: Zij is mijn zuster? En zij, ook zij heeft gezegd: Hij is mijn broeder.
In oprechtheid mijns harten en in reinheid mijner handen, heb ik dit gedaan.
6 En God zei tot hem in den
droom: Ik heb ook geweten, dat gij dit in oprechtheid uws harten gedaan hebt,
en Ik heb u ook belet van tegen Mij te zondigen; daarom heb Ik u niet toegelaten,
haar aan te roeren.
7 Zo geef dan nu dezes mans
huisvrouw weder; want hij is een profeet, en hij zal voor u bidden, opdat gij
leeft; maar zo gij haar niet wedergeeft, weet, dat gij voorzeker sterven zult,
gij, en al wat uwes is!
8 Toen stond Abimelech des
morgens vroeg op, en riep al zijn knechten, en sprak al deze woorden voor hun
oren. En die mannen vreesden zeer.
9 En Abimelech riep Abraham, en zei tot hem: Wat hebt
gij ons gedaan? en wat heb ik tegen u gezondigd, dat gij over mij en over mijn
koninkrijk een grote zonde gebracht hebt? gij hebt daden met mij gedaan, die
niet zouden gedaan worden.
10 Voorts zei Abimelech tot Abraham: Wat hebt gij
gezien, dat gij deze zaak gedaan hebt?.........................................................
UpToDate 2024-2025