HET ONZE VADER
ingezonden door Elke K. uit Duitsland
Elke uit Nordhorn
stuurde ons het ‘Jezus-gebed’ op en dat in drie
verschillende variaties: namelijk in ‘het Aramees’, dat van ‘Martin Luther’ en die van ‘Neil Douglas-Klotz’.
Omdat het beter en ook meer verhelderend is zich te houden aan de Bijbel en Jakob Lorber, roept het de vraag
op, hoe dit gebed te interpreteren is.
Elke schrijft: ‘‘Wat mij en misschien ook
anderen interesseert is het onderwerp: ‘Het Onze Vader! 'De vraag houd mij
steeds bezig: ‘Waarom staat er [in ieder geval in het Duits, maar ook in het
Latijn] ... ‘en leid ons niet in verzoeking ...?'
En als ik dat bid, probeer ik ‘het in
verzoeking te brengen’ altijd te af te wentelen.... ’omdat de gedachte, dat God
ons in verzoeking zou kunnen brengen mij absoluut tegenstaat.. Je kunt erover
nadenken. Ik vind alles over dit onderwerp erg interessant.
Helmut
uit Oostenrijk schrijft:
Onze
vriendin Elke piekert veel en oprecht over ‘onze Vader’. Ook de hoogstaande
mensen van de katholieke kerk hebben er al over nagedacht wat hoe het gezegde
van Jezus ‘... en leid ons niet in verzoeking’ en dat kan in harmonie gebracht
worden met een liefhebbende Vader die alleen maar wil wat het beste is voor
Zijn schepselen.
Leidt
God Zijn aanstaande kinderen dan Zelf ook in verzoeking, waarin ze vallen en
zondigen? Zou het niet veel beter moeten heten
‘... en leidt ons in de verzoeking’?
Dat
zou toch waarschijnlijker zijn van een almachtige Vader en dat zou ook meer
overeenkomen met Zijn zorg. Is God Zelf dan de Verleider en vergeeft Hij
aansluitend de in zonde gevallen mens dan zijn zwakheid?
Het
al te menselijk verstand is op zoek naar een verklaring en denkt dat hij die
woorden van Jezus moet omkeren om - naar zijn mening - ze correct te kunnen
begrijpen en te accepteren. Daarbij verzuimt hij echter bij deze geestelijke
betekenis vraagtekens te zetten.
Hoe
heeft Jezus eigenlijk werkelijk gesproken om ‘niet in de verzoeking’ of ‘in de verzoeking’ te komen? In de getrouwe
weergave van de woorden van de Heer door zijn dienaar Jakob
Lorber en de navolgende uitleg zullen we verlost
worden van alle twijfels en gewetensbezwaren.
Het Grote Evangelie van Johannes, deel
9-210:3 zegt: ‘Als jullie tot God bidden en in je hart zeggen: 'Vader in de
hemel, leid ons niet in verzoeking!', zeg, denk en wens dan DAT HIJ JULLIE NIET
RUIM VOORZIET VAN VEEL AARDSE GOEDEREN EN SCHATTEN, MAAR VRAAG HEM ALLEEN OM
HET DAGELIJKSE BROOD, DAN ZAL HIJ HET JULLIE NIET ONTHOUDEN, AANGEZIEN HIJ HET
BESTE WEET WAT JULLIE NODIG HEBBEN.
Ook
hier moeten we dus de geestelijke betekenis van Zijn woord vinden, want het
Woord is niet de zin, omdat de betekenis in het Woord verborgen ligt. 'Leid ons
niet in verzoeking' adviseert ons om niet weg te zinken in de roes van de
materiële wereld, en ons niet bloot te stellen aan de verleidingen van
materiële verlangens, maar gewoonweg het pad naar Gods koninkrijk te volgen.
Verder
een antwoord van G.
Het
thema ‘bidden’ en ‘gebed’ zijn samen met elkaar verweven. Dit onderwerp is
trouwens meerdere malen in het Jakob Lorber Bulletin al besproken. Toch blijkt hieraan een
dringende behoefte dit belangrijke punt nog eens aan te snijden. Wat mij
toentertijd persoonlijk het meest heeft geïntrigeerd, was het gepubliceerde
artikel van Sadhu Sundar Singh
(1889 tot1929] in www.zelfbeschouwing.info of in het Jakob
Lorber Bulletin [zoekprogramma ‘Sundar’.
In de Nieuwe Openbaringen van Johannes
zegt Mathael: ‘O jij kleine Jarah!
Kijk toch eens aan, die wijsheid had ik achter jouw persoontje werkelijk niet
gezocht! Het is al goed, mijn liefste Genezarethse, maar
nu zou ik wel eens van je willen weten hoe jij eigenlijk bidt!’
JARAH zegt: "Ik verplaats mij met
al mijn gedachten en gevoelens in het diepst van mijn hart, waar Gods liefde
woont. Daardoor wordt deze heilige liefde net zo gevoed als wanneer men op een
zwakke vuurgloed die niet meer vlamt, goed, dor en zeer licht brandbaar hout
legt. Het hout zal de zwakke gloed heel vlug zover brengen dat het kleine
vlammetjes zal doen ontstaan. Deze vlammetjes zullen dan weldra op het hout
overspringen en dan ontvlamt het geheel tot een helder vuur en het hart wordt
helder verlicht en helemaal warm van leven. Dan pas spreekt de daardoor
gewekte, op God gelijkende geest in het hart:
'O heilige Vader in de hemelen! Uw
naam worde geheiligd! Dat Uw Vaderliefde kome naar
ons arme zondaars, die vol dood en nacht zijn! Uw enig heilige wil geschiede
hier op deze aarde zoals in al Uw hemelen! Als wij tegen Uw eeuwige, heilige
orde gezondigd hebben, vergeef ons dan die dwaasheid en wees geduldig en
begrijpend voor ons, zoals ook wij voor diegenen geduld en begrip tonen, die
ons op de een of andere wijze onrecht hebben aangedaan! Laat niet toe, dat
onze lichamelijke zwakheid hoe dan ook boven ons vermogen door de wereld en
door de duivel wordt verzocht, maar verlos ons door Uw grote genade, liefde
en mededogen van de duizendvoudige soorten kwaad waardoor onze liefde tot U, o
heilige, grote, goede Vader, vertroebeld en verzwakt zou kunnen worden! Maar
als wij hongerig zijn en dorstig, zowel geestelijk als lichamelijk, geef ons
dan, goede, lieve Vader, datgene wat U vindt dat wij dagelijks nodig hebben! U
alleen zij al mijn liefde, alle eer en alle lof eeuwig, eeuwig!'
Kijk, dat noem ik bidden. Maar dit
bidden heeft voor God zeker slechts dan pas waarde, als eerst in het diepst van
het hart op de hiervoor beschreven wijze de liefde tot God helder en vurig is
gaan branden door de eenwording van alle gedachten en gevoelens in het
goddelijke centrum van het hart. Als dat vooraf niet gebeurt, is ieder gebed
van nog zulke mooie woorden, voor God een gruwel en het wordt niet aangezien en
niet aangehoord.
Want God Zelf is een geest en moet
daarom in de geest der liefde en in het helderste vlammenlicht der waarheid
aanbeden worden. -Begrijp je nu wat waarachtig bidden is naar mijn gevoel en
mijn begrip?"
MATHAËL zegt: "O lieftallig
meisje! Wie zou er nu ooit bij jou zo'n diepe wijsheid gezocht hebben!?
Werkelijk waar, ik zou nog best jouw leerling kunnen zijn, en ik schaam me niet
in het minst om dat hier voor iedereen hardop en openlijk te bekennen! Ja, nu
begrijp ik pas jouw onweerstaanbare aanhankelijkheid aan de Heer en vice versa (omgekeerd), zoals de Romeinen zeggen! Jij
schijnt net als ik ook heel snel door de Heer te zijn gewekt?!"
JARAH zegt: "Wie God de Heer
boven alles liefheeft, wordt weldra en gemakkelijk gewekt, wie Hem echter met
het verstand zoekt, om Hem te gaan liefhebben als hij Hem met het verstand
bewijsbaar heeft gevonden, die heeft een groot en vergeefs werk op zich genomen
waarmee hij nooit op deze wereld aan het gewenste doel zal komen. Daarom hebt u
ook zo snel Gods krachtigste genadelicht bereikt, want in het hart van uw ziel
moeten de vlammen toch steeds hoog opgelaaid zijn, ofschoon u lichamelijk een
hele tijd belegerd was door de kwade, helse geesten!"
MATHAËL zegt: "Ja, goddelijk
kind, daar kon je wel eens groot gelijk in hebben! Ik had God reeds vanaf mijn
kinderjaren boven alles lief en daarom lieten mijn ouders mij ook wijden voor
de dienst in de tempel, waar mijn lichaam eerst omgevormd werd tot een ware
helse machine, maar waar mijn ziel ondanks dat toch bleef wat zij vanaf het
oerbegin van haar bestaan was. Maar daar wil ik verder met geen woord meer over
spreken, want dat roep ik niet graag in mijn gedachten terug. -En zeg jij nu
eens, liefste Helena, hoe dit wijze meisje jou bevalt! Is het niet
verbazingwekkend dat dit kind zo wijs is?" [GEJ.03_123,01-09]
Elke,
misschien is hier de vraag niet helemaal expliciet beantwoord, maar toch ook
wel weer. Als we de tijd hebben, zullen we een uitgebreid artikel over ‘bidden’
en gebed’ hieraan zeker wijden. Nog een randbemerking: ‚We zullen de
beproevingen van het leven toch moeten doorstaan, willen we echt kinderen van
God worden’. Het hele leven is een examen en we hebben genoeg in huis om de
‘door God geschonken’ attributen te doorstaan.
Karl uit Oostenrijk schrijft: ‘Je bent waarschijnlijk wel bekend
met deze versie van "Onze Vader" uit de Didache,
de leer van de Twaalf Apostelen’:
"Onze
Vader in de hemel, laten wij en anderen Uw naam eren en heiligen. Laten wij en
anderen Uw heerschappij erkennen en Uw wil doen, zodat wat er al in de hemel
gebeurt, ook werkelijkheid kan worden op aarde. Geef ons vandaag brood voor
morgen. En vergeef ons onze schulden, net zoals wij degenen vergeven die ons
iets schuldig waren, en leidt ons voorbij de verzoekingen, verlos ons van het
kwade. Want U is de macht en glorie voor altijd"
‘Je
zou zo drie keer per dag moeten bidden.’ Dit komt uit: ‘Het Nieuwe Testament en
de vroegchristelijke geschriften. Complete verzameling van alle oudste
geschriften uit het vroege christendom - vertaald door Klaus
Berger en Christiane Nord.
Frankfurt / M .: Insel Verlag, 2017.
Gerard
schrijft, zie ook deze link: https://gloria.tv/language/zyxX19VVBLuLJg7TUd3u8oRc6/video/RfWvLzSdAuRSK9afsMhN94U85
UpToDate 2023-2024