Atoom en universum
[via Jakob Lorber ontvangen in 1840
van de Heer]:
Aan de schepping van
het atoom moest een gedachte voorafgaan dat, voordat het een ‘atoom’ werd uit
en nog kleinere bestanddelen is samengesteld, in de vorm van gas, lucht of geest’.
Over de levensduur van de elementaire deeltjes zegt Jakob
Lorber, schrijver van de Nieuwe Openbaringen [1840]
en voorzegd door de Heer Zelf: ‘Hun levensduur is het triljoenste deel van een
seconde’. Licht ontstaat door het trillen van atomen, de kleuren ontstaan
eveneens door biljoenen trillingen van de materie, en naar gelang het aantal
van deze trillingen kunnen de ogen de kleuren waarnemen’.
Ook met betrekking tot
de astronomie heeft Lorber uitspraken gedaan, die
voorheen voor klinkklare onzin werden gehouden, maar die intussen wel door de
astronomen zijn bevestigd. Wat Lorber toen schreef,
was onbekend. Over wat de wetenschappers in het begin van de jaren twintig
beweerden, kunnen we nu nog slechts glimlachen. Volgens hun inzichten bestond
er maar één melkwegstelsel. Als een astronoom het vermoeden uitte, dat er
misschien nog een andere Melkweg zou bestaan, werd dat eertijds slecht
ontvangen.
Lorber schreef dat het getal
miljard veel te klein is om een goede voorstelling te krijgen van de werkelijke
grootte van het heelal en het aantal melkwegstelsels.
Prof. Pascual Jordan
schatte dit in met 10 miljard. Maar het heelal gaat verder dan onze telescopen
reiken. Lorber wees erop, dat de mens nooit in staat
zal zijn meer dan een klein gedeelte van het heelal te ontdekken. Prof. Heckmann verklaarde, dat de mens nooit in staat zal zijn
het gehele heelal te begrijpen, en dat hij altijd slechts een gedeelte ervan
zal kunnen ontdekken.
Wat de omvang van het
heelal betreft, moesten de astronomen in de jaren zestig en zeventig toegeven,
dat ze een verkeerde voorstelling van de grootte van zonnen hadden. Volgens de
astrofysische theorie kon er geen Zon bestaan, zoals Lorber
die beschreven heeft. Lorber heeft het over zonnen
die een biljoenvoudige lichtsterkte hebben van onze
zon. Deze zonnen werden in de jaren zestig voor het eerst door een
radiotelescoop ontdekt.
Behalve ons eigen zeer
uitgestrekte zonnestelsels zijn er nog vele miljoenen soortgelijke
zonnestelsels met planeten en manen. Voor deze ruimte, met haar miljoenen
zonnestelsels schiet ons bevattingsvermogen te kort. De optelsom van deze
zonnestelsels noemen we een ‘zonnengebied’, dat zich
met miljoenen zonnestelsels rond ‘Sirius’ als
centrale zon beweegt. Opdat het hele zonnegebied in de vastgestelde banen voor
alle planetaire zonnen, waartoe ook onze Zon behoort, onderling met elkaar in
samenhang blijft, is ‘Sirius’ zo groot, dat ze een
miljoen maal groter is dan alle planetaire zonnen in dat gebied. Deze omvang
kunnen wij ons niet voorstellen – maar we zien Sirius
in het sterrenbeeld de ‘Grote Hond’ aan de zuidelijke sterrenhemel slechts als
een ster. Zó groot is die afstand, dat we haar maar zó klein zien. Zoals dit ‘zonnengebied’, dat we tegenwoordig kunnen verklaren, zo
bestaan er nog vele miljoenen, die zich allemaal met een onvoorstelbare
snelheid om hun eigen çentrale Zon’ bewegen. Deze ‘gebieds-centrale-Zon’ is overeenkomstig haar functie vele
malen groter dan alle Zonnengebieden, die bij haar
horen.
Dit hele complex van Zonnengebieden is een ‘Zonnenheelal’.
En van deze Zonnenheelallen zijn er weer vele
duizenden. Ze cirkelen allemaal om hun centrale Zon. En deze centrale Zon is
weer ongeveer een quintiljoen aardse mijlen groter
dan alle ‘Zonnenheelallen’, die om hem heen cirkelen.
Zeven miljoen van dergelijke stelsels bewegen zich in een baan met een
ontzaglijke snelheid om hun ‘oorspronkelijke centrale Zon’. Dit hele complex is
onvoorstelbaar groot – en van deze complexen zijn er ook weer ontelbare vele –
dat een lichtstraal meer dan een triljoen jaren nodig heeft, om de afstand van
pool tot pool af te leggen. Het frappante is nu, dat we deze ‘oorspronkelijke
centrale Zon’ als de ster ‘Regulus’ in het
sterrenbeeld de ‘Grote Leeuw’ zien. Regulus moet een
onvoorstelbaar aantal lichtjaren verwijderd zijn, dat wij hem slechts als een
ster kunnen waarnemen.
UpToDate 2022