Alfabetisch
Bijbels [ingekort] register van de letter H
Haardracht Jezus - Jezus haardracht
zou krullig zijn, toen Hij nog als zoon van Jozef werkte in het timmermansvak.
[bron: GJE2-49]
Haast - Haastige
spoed is zelden goed! In elke wereldse inspanning, die overdreven ijverig
gedaan wordt, ligt de dood op de loer! Het is daarom beter om in wereldse zaken
lui te zijn, maar des te ijveriger in geestelijke dingen, en dat geldt voor
elke gelegenheid. Zo komt het dat degenen, die zich druk maken om wereldse
zaken in hun ijver voor wereldse dingen steeds de dood hunner zielen zullen
bewerkstelligen. Maar hen, die zich minder voor wereldse zaken interesseren,
hen zal Ik in Mijn Dienst nemen, voor eeuwig! En al hebben ze dan misschien
slechts één uur van de dag gewerkt, Ik zal hun toch hetzelfde loon uitkeren,
als Ik zal doen aan hen, die heel de dag allerijverigst
gewerkt hebben! Heil wacht iedere luiaard in wat werelds is; wee degene, die al
te vlijtig is in wereldse zaken! Want de eerste zal Mijn vriend zijn, maar de
tweede veeleer Mijn vijand!' (bron: de jeugd van Jezus, hfdst.297)
Habakuk – was een profeet die ongeveer 600 v.
Chr. Leefde; dat was in de tijd dat de Babyloniërs
voor het eerst Jeruzalem veroverden. In 1947 is bij de dode Zee een boekrol
gevonden met de bijna volledige tekst van het Bijbelboek Habakuk.
[Habakuk is ook basilicum, een geurig kruid] –
Hab.1:1, 3:1; schriftprofeet van eind 7e eeuw v. Chr.
Hagar – de tweede vrouw van Abraham – deze
kreeg ruzie met Sara en vluchtte de woestijn in op weg naar haar vaderland
Egypte; in de woestijn liet God haar weten, dat ze terug moest gaan en Hij
beloofde haar een zoon, de latere Ismaël en de
stamvader der Arabieren. Later kreeg Sara een zoon en om de vrede te bewaren
stuurde Arbaham haar weg met haar zoontje. Ze
verdwaalden in de woestijn en stierven bijna van dorst; maar een engel wees hun
een waterput aan en zo werd hun leven gered. Ze gingen in de woestijn Paran wonen, ten zuiden van Palestina. Ismaël
huwde een Egyptische vrouw. [Gen. 16 en 21] – Van haar stammen de Hagrieten – Galaten 4:24 – Paulus geeft hierover een
allegorisch verhaal.
Haggaï – een priester, die hard werkte om de
verwoeste tempel te herbouwen toen hij met vele landgenoten uit de Babylonische
ballingschap terugkwam. Er moesten ook huizen gebouwd worden, zodat het met de
tempelbouw langzaam ging. Schriftprofeet in Juda t.t.v.
Zerubbabel. Hag.1:1, 2:2
Hagri = Geri = vreemdeling, vluchteling -
Haman – deze was een grootvizier [eerste
minister] aan het hof bij de Perzische koning Ahasveros,
die van 486-465 v. Chr. regeerde. Hij was een voornaam man. Mordechai
was een vroom man die niet voor Haman wilde buigen,
waaraan Haman zich ergerde en besloot daarom alle
joden te vermoorden. Hij liet een galg maken, eerst voor Mordechai
van 50 el hoog. Niet Mordechai, maar hijzelf kwam
eraan te hangen met zijn tien zonen. [Esther 3. Ev.] – Haman
betekent ‘de grote’.
Hand - De linkerhand komt overeen met de
liefde (hartkant), de rechterhand correspondeert met wereldse bezigheden. Zoals de ene hand de andere wast, zo is het ook
hier; de ene dienst is de andere waard! De Heer geeft dat altijd zelfs weer
dwars en dubbel terug! bron: GJE1-34 - (GJE
1-44-2)
Hanani – een profeet in Israël die de koning
Asa waarschuwde de koning Benhadad
van Damacus niet om te kopen met goud en zilver, om
een oorlog te winnen. Dat viel in het verkeerde keelgat van koning Asa en deze wierp Hanani in de
gevangenis. [2 Kron.16]
Handel - Waar handel wordt gedreven, daar
hebben geloof en liefde afgedaan en daar waar deze beide verdwenen zijn, daar
kan de Heer weinig of niets doen. (GJE
1-12-5)
Handelwijze - Wees tegen iedereen of
hij ons nu rechtvaardig of onrechtvaardig behandelt, vol barmhartigheid zijn,
opdat wij in de ogen van de Heer waardiger geacht worden voor de grote
goddelijke barmhartigheid. (GJE
1-45-3) - Zolang het woord
alleen maar in je hersens blijft hangen heeft het niet meer waarde dan het lege
gebalk van een ezel, dat anderen kunnen horen. Alleen als het woord tot het
hart doordringt wordt het levend, wordt het meester van de wil die het
zwaartepunt van de liefde is, en zet van daaruit de gehele mens aan tot de
daad. Door zo te handelen verandert de oude mens in een nieuwe mens en Mijn
woord wordt dan werkelijk nieuw vlees en bloed. [bron: GJE1-140] - Zalig allen
die Mijn woorden horen, ze in hun hart bewaren en er naar leven, zegt Jezus.
[bron: GJE1-66] - IK zeg: "Blijf in Mij, door naar Mijn woord te
luisteren, door het te behouden en daarnaar te leven, dan zal Mijn kracht en
Mijn liefde daardoor in jullie zijn en jullie beschermen tegen iedere verdere
harde beproeving! GJE3-36-8
Hanna – de begenadigde – moeder van Samuel
-
Hanna, de profetes in de Tempel - Ze was een dochter
van Phanuel uit de stam Aser
en was reeds zeer oud, en ze was zo vroom, dat ze zich, na reeds in haar jeugd
aan een man te zijn verloofd, in haar huwelijk gedurende zeven jaren niet voor
hem ontblootte, en ter liefde Gods haar maagdschap bewaarde. Zij getuigde over
het kindje Jezus! Ze werd weduwe toen ze tachtig jaar was, waarna ze in
de tempel trad en die nooit meer verliet. Door bidden en vasten, diende ze nog
uitsluitend de Heer, 's nachts zowel als overdag, in volledige vrijheid en op
eigen initiatief. Toen deze gelegenheid zich voordeed was ze reeds vier jaren
aldus doende in de tempel. Zij kwam eveneens naderbij, prees God de Heer, en
voor een ieder die de Verlosser verwachtte, sprak ze uit wat de Geest Gods haar
te spreken ingaf. Toen ze haar profetieën ditmaal beëindigd had, vroeg ook zij
het Kindje te mogen vasthouden, liefkoosde Het, en loofde en prees de Heer.
Daarna gaf ze het Kindje aan Maria terug en zei tot haar: 'Gelukkig en gezegend
zijt gij, jonkvrouwe, omdat
u de moeder bent van mijn Heer. Schept u er echter geen ijdel behagen in om
uzelf daarom te laten prijzen, want uitsluitend Hij, die zuigt aan uw borst, is
waardig om door ons allen te worden geloofd, geprezen en aanbeden!' Na deze
woorden verwijderde de profetes zich weer en gingen Jozef en Maria, na drie
uur in de Tempel te hebben doorgebracht, (15.00-8.00 uur) naar buiten. Ze
probeerden bij een familielid logies te krijgen.
Hanun – deze wird koning toen
zijn vader stierf rond 1000 v. Chr. David sturrde
mannen naar hem toe om deze koning te condoleren met het verlies van zijn
vader. Hanun nu wird
achterdochtig en dacht dat deze afgezanten misschien wel kwamen om te
spioneren. Hij knite de helft van van
kleren af en ook de helft van hun baard. David wird
woedend en veroverde het land van hem – een rijkje, dat vlak bij Jericho lag. [2 Sam. 10 en 1 Kron.19]
[H]armageddon, - centrum van de Apocalyps – 4 km
lang gaat het omhoog – de Serpentines – smal en stijl – zie ook Open.1:17 – Richteren 4:14 en 5:1 – berg van Megiddo
– 2 Kon. 23:29 en 2 Kron. 35:22
Haran – of Charan,
een broer van Abraham, de vader van Lot. Zijn dochter Milka
huwde met haar oom Nahor en deze Milka
werd de grootmoeder van Rebekka.
Hartentaal
- De taal van het hart - In dit verhaal zegt Petrus nu alweer negen
maanden bij Jezus te zijn. Hij vraagt zich af waarom hij en de anderen niet zo
kunnen spreken als hun vriend Philopold uit Kana bij Kis. Jezus moet dan voor de zoveelste keer Petrus erop
wijzen, hoe lang Hij hun nog verdragen moet, aleer zij diep in hun harten
daarvan iets begrijpen. Zij moeten meer in hun hart denken en niet zoveel in
hun hoofd om de volle waarheid te bereiken. Op deze wijze kan hen dit werkelijk
vrij maken. Maar Heer, zegt Petrus, dit proberen we al zo vaak. Het lukt maar niet met
dat denken in het hart. Zo nu en dan voel ik wel wat woorden in mijn hart, maar
dat kan ik toch geen gedachten noemen. Het komt mij voor, nadat deze in het
hoofd gedacht worden, eerst dan in mijn hart tevoorschijn komen. Jezus zegt:
‘Dat is een begin!’ Oefen daarin en jullie zullen dan zover komen, dat je in je
hart tot de diepste en meest vrije gedachten komt! Jullie zullen vooral
verder komen na Mijn thuiskeer!’ Dat begrepen de leerlingen niet. Daarop
antwoordde de Heer: ‘Ik zal wel tot aan
het eind der aarde die mensen blijven helpen die van goede wil zijn en ook
wonderen blijven doen, maar niet in dit lichaam tot aan het eind der aarde
onder de mensen wandelen. Ik zal Mij aan allen openbaren, die Mijn geboden
onderhouden, maar niet in dit lichaam!’ (GJE3-184)
Hebreeër – die van de overkant [van de Eufraat] – door de bevolking van Mesopotamië.
– Gen. 10:21 Eber, zoon van Sem wordt beschouwd als
stamvader. De naam wordt het eerst voor Abraham gebruikt. Gen. 40:15. Jozef
vertelt dat hij ontvoerd is uit het land der Hebreeën.Jona
1:9 zegt, dat hij een Hebreeër is. Ook Paulus noemt zich in 2 Kor.11:22 een
Hebreeër [Aramees]. Open. 16:16 betreft deze taal.
Hebzucht
- Neem je voor alles in acht voor de
toorn en de hebzucht, want anders zul je een kind van de eeuwige dood worden!
Want het berouw en de boetedoening aan gene zijde van het graf hebben weinig
waarde en kunnen een onreine, zwarte ziel weinig helpen. Hebzucht maakt steeds
hebberiger. GJE2-75, 201
Heersers
- Heersers en
veldheren moeten er wel zijn; maar begrijp goed, dat deze door God daarvoor
uitgekozen en geroepen en voorts rechtstreekse afstammelingen van vroeger gezalfde
koningen moeten zijn.
Hegai – werkte aan het hof van de koning Ahasveros en moest zorgen voor de mooiste meisjes uit het
land die samen waren gebracht in de burcht Susan. Uit deze meisjes zou de
koning een vrouw kiezen. Ondanks alle schoonheidsmiddelen en het eten en
drinken dat ze van Hegai kregen, moesten ze mooi
worden, maar het joodse meisje Esther werd zonder al die dingen koningin, omdat
zij de mooiste was. [Esther 2]
Heldenmoed - ‘Geloof toch niet, dat u zo’n geweldige heldenmoed bezit, zoals het u
vaak toeschijnt! Kijk naar Mijn apostel Petrus! In de
hof van Gethsemane verdedigde hij Mij met het zwaard
en korte tijd daarna verloochende hij Mij. Wanneer dus een Petrus
falen kan, dan kunt u zich indenken, hoe het op een beslissend moment met uw
moed zal staan. Daarom moeten er dikwijls dergelijke omstandigheden voorkomen,
die u sterken en vaster doen geloven in Mij. Als degene die Mij persoonlijk
kende, Mij verloochende, wat moet men dan van u verwachten, die Mij nog nooit
heeft gezien, maar Mij alleen kent van de zachte stem in uw hart. Daarom moet Ik u vaak verlaten, moet Ik u
alleen laten, moet Ik u met de omstandigheden en de wereld laten worstelen,
opdat u zult kunnen meten, wat u hebt verworven en wat u nog ontbreekt.
Gedenk steeds de woorden: ‘De wil is sterk, maar het vlees is zwak!’ Zij zijn
belangrijk en beschrijven de gehele menselijke natuur. Op momenten van
geestdrift meent u een olifant op de schouders te kunnen laden en op het
ogenblik van de wereldlijke uitvoering is u vaak een vlieg nog te lastig.
Onderzoek daarom ijverig in uw hart hoeveel liefde, hoeveel vertrouwen u bezit,
opdat, wanneer u af en toe Mijn schijnbare afwezigheid voelt, u moed houdt en
getroost de wederkomst van uw Leider en Vader tegemoet ziet!’ (Predikingen van de Heer)
Hemellichamen
- De hoogmoedige mens
werd tijdelijk in een vast gericht geplaatst, waardoor de vorming van
hemellichamen kwam. Ik zeg je: Deze aarde en deze hele eigenlijk lichamelijke
hemel met haar. zonnen, manen en alle werelden, zullen eenmaal vergaan, als al
de daarin door het oordeel gevangen gehouden geesten via de vleselijke weg
zuivere geesten zijn geworden; maar de zuivere geesten blijven voor altijd, en
zullen en kunnen, net als Ik en Mijn woord, in der eeuwigheid niet ophouden te
bestaan. -Zeg nu eens, of je dit goed begrepen hebt!' GJE1-165 [10] en (GJE
1-4-4)
Hemelse
loon - Mattheüs 19:27
Petrus vraagt de Heer naar het hemelse loon – Petrus zei tot Hem: ‘Zie, wij hebben alles verlaten en zijn
U gevolgd, wat zal ons dan geworden?’ Markus 10:28 En Petrus begon Hem te zeggen: ‘Zie, wij hebben alles
verlaten, en zijn U gevolgd!’ Lukas 18:28 En Petrus
zei: ‘Zie, wij hebben alles verlaten, en zijn U gevolgd!’ Petrus
vraagt de Heer naar zijn loon, ook namens de anderen en wat dit loon zal zijn,
nu zij alles hebben verlaten en de Heer trouw zijn gevolgd? Hierop zegt Jezus
(zie ook Mattheüs 19:28), dat zij in het
hiernamaals naast Hem zullen zitten op twaalf stoelen en de twaalf stammen van Israël richten. Dat wil zeggen, dat
zij als beschermgeesten de mensen zullen bewaken, sturen en leiden. Want wie
alles om Mij zal verlaten (dus al je bezit, grondstuk, familie, geld, enz.) zal
het in Mijn rijk honderdvoudig terugkrijgen (Mattheüs
19:29 en volgend). Petrus vraagt Jezus direct op de
man af, wat Hij dan bedoelt met ‘de eersten zullen de laatsten
zijn en andersom!’ Want het zou niet mooi zijn, dat zij nu als eersten in Gods
rijk de laatsten zullen zijn. Jezus zegt, dat Hij dat
niet wat hen betreft zo bedoelt. Maar als iemand denkt beter te zijn, omdat Ik
hem het eerst heb uitverkoren heb, zou hij hoogmoedig kunnen worden en dan ook
nooit tot de eersten behoren in Mijn rijk. Als Ik over duizend jaar iemand
opwek, dan zou hij, wat deze uitverkiezing betreft, zeker een van de laatsten zijn. En als hij ook trouw blijft in zijn roeping
tot Mij, zou zo’n geroepene dan niet tot de eersten behoren in Mijn hemelrijk? Jezus zegt tegen Petrus,
dat Hij het niet mooi vindt van hem om te vragen naar het loon voor later.
Ik heb jullie toch een grote weldaad bewezen, dat Ik jullie heb uitverkoren? We
zullen nu naar een verborgen plaats lopen en daar enige rust nemen. Daar zullen
jullie Mijn engelen waarachtig zien opstijgen en neerdalen. (GJE5-259)
Helena - Deze
naam betekent de stralende, de lichtgevende; zij, die licht geeft of die licht
uitstraalt.
Heli
- De zwager van Zacharias uit Hebron (een jaar
ervoor werd in zijn huis (in Hebron) de dood van
Johannes bekend gemaakt). Zijn zoon, was een vriend van Lukas (ook een Leviet).
Henoch – Henok –
nakomeling van Seth, een vroom man – Hij wandelde met God, die hem op
365-jarige leeftijd wegnam. Zijn naam betekent toegewijd, leraar
Herodes – deze regeerde van 37 v. Chr. Tot 4.
v. Chr. Hij was erg streng en wreed. Hij had tien vrouwen en ging over lijken –
Van hem is bekend de kindermoord uit Bethlehem [kinderen van 0-2 jaar] – Hij
stierf een verschrikkelijke dood met een luizenziekte als straf op zijn wrede
handelingen.
Herders aanbaden Jezus - De herders mochten onder leiding
van een paar engelen, het kindje Jezus zien, voor wie hun lofzangen bestemd
waren. De herders traden de grot binnen
en knielden neer en aanbaden het; en ook de engelen kwamen in scharen en
aanbaden het kindje. Jozef vroeg zich af, hoe het dan nu zit met de tempel en
met het Allerheiligste, daar God nu Zelf in hun midden is. De engel zei: ‘Stel
geen vragen, want de Heer heeft de Aarde uitverkoren tot de plaats van Zijn
ontferming – en heeft nu Zijn volk bezocht, zoals Hij heeft voorspeld door de
mond van Zijn kinderen, zijn knechten en profeten. Toen de zon opkwam,
verdwenen de engelen. (bron: de jeugd van Jezus, hfdst.
18)
Hersenen - IK
zeg: "Dat is een heel natuurlijk gevolg van je steeds meer en meer levend
wordende geest in je hart, die de liefde tot Mij en, door Mij, voor alle mensen
is.Maar bij mensen waarbij die liefde nog niet
ontwaakt is, ontwikkelen de gedachten zich weliswaar ook in het hart, maar zij
worden daar, omdat het hart te materieel is, niet waargenomen. Pas in de
hersenen, waar de gedachten uit het hart stoffelijker worden, worden ze door de
handelingsimpuls omgezet in beelden en deze vermengen zich daar met de
beelden, die zich, komende uit de buitenwereld, via de uitwendige zintuigen in
de hersenvlakjes ingegrift hebben. In deze vorm zijn
ze voor de ogen der ziel materieel en slecht en zij moeten dan ook gezien
worden als de oorzaak van de slechte handelingen van de mensen. Daarom moet
ieder mens eerst in het hart geestelijk wedergeboren worden, omdat hij anders
niet in kan gaan in het rijk van God!" bron: GJE2-62
Hilkia – priester – hij leefde in de tijd van
koning Josia [639-609 v. Chr.] – in de tempel
ontdekte hij een oud wetboek van Mozes terug en zag, dat er ook verschillende
godsdienstige gebruiken waren verwaarloosd; dit toen meteen veranderd.
Hizkia – Ezekias –
hij was van 720-690 v. Chr. koning van Juda. Een vrome koning, heel anders dan
zijn goddeloze vader Achab, die zelfs een kind aan de
heidense goden had geofferd. Toen een Assyrische
koning het land veroverde trachtte Hizkia de stad
Jeruzalem te redden door de Assyrische koning een
enorm bedrag aan te bieden, maar tevergeefs. Toen riep Hiskia
in de tempel zijn God aan, die hem verhoorde, want in die nacht stierven er
185.000 vijandelijke soldaten. De levensdagen van Hiskia
worden verlengd
Hofni – zoon van de hogepriester Eli, die
ook richter was in ca. 1000 v. Chr. Hij en zijn broer Pinehas
in Silo waren daar zo oneerbiedig bij godsdienstige plechtigheden, dat zij
later in een oorlog met de Filistijnen sneuvelden, zoals was voorspeld.
Honing en
melk - Elders zou men
deze ochtendmaaltijd niet zeer kostelijk genoemd hebben, maar in het land, dat
spreekwoordelijk overvloeide van melk en honing was het wel een kostelijke
maaltijd, vooral omdat de honing van het beloofde land zeker de beste ter
wereld was en nu nog is, terwijl dat ook gold voor de melk, die nergens ter wereld overtroffen werd.
GJE1-39 [1]
Hooglied
van Salomo - IK (Jezus) zeg: "Mijn
vriend, het heeft, hoewel zeer verborgen, een diepe betekenis! Salomo schreef
het op zoals het hem door de geest werd gedicteerd maar zelf begreep hij er
eigenlijk ook niet veel meer van dan jij nu. Want hij had wel de gave om wijs
te spreken, maar hij had niet tevens de gave om het te begrijpen. Ook voor hem
was veel onbegrijpelijk, want wat hij schreef waren woorden voor deze tijd,
gevat in passende beelden. GJE3-19 [8]
Hoogste inzet - De mens van deze
Aarde is niet minder geroepen om volmaakt te worden zoals de Vader in de hemel
volmaakt is. Dat was weliswaar tot op heden niet mogelijk, omdat de dood op deze
aarde de scepter zwaaide; maar van nu af aan is het mogelijk voor iedereen, die
er ernst mee maakt om volgens Mijn leer te leven. Ik denk dat als God dit voor
zo iets gerings,namelijk voor het gemakkelijk handelen volgens Mijn leer, wil
geven, dat dan de mens toch ook geen moeite of werk uit de weg moet gaan om dit
hoogste te verkrijgen. De opperpriester: Ja Heer, voor het hoogste moet de mens
ook het hoogste inzetten. Bron: GJE1-39
Hor, de berg – op deze berg [op de grens van Edom] stierf Aäron, toen hij er
met zijn volk langs kwam op weg van Egypte naar Kanaän.
[éen van de laatste legerplaatsen op de Uittocht].
Hosea
– Hosjea – een
der laatste koningen van Israël, – de Assyriërs voerden hem weg in 724 v. Chr. in ballingschap.
Hosea
– profeet die 750 v.
Chr. Leefde en een Bijbelboek schreef, waarin hij voortdurend zegt, dat God
ondanks alles van de mensen blijft houden.
Huizen bouwen, duur uitziende – De Heer: ‘Maar Ik zeg je: Bouw in de toekomst
geen duur uitziende huizen, maar ga in armelijke hutjes wonen, en dan zal er
niemand van jullie belasting eisen behalve de koning van Rome, die daar alleen
het recht toe heeft; en hij vraagt slechts twee tot drie honderdsten. Als je
dan wat hebt, dan kun je het geven, en heb je niets, dan ben je vrij. Maar later
zullen we nog meer daarover zeggen. Ga nu echter in je huizen zonder dak; daar
zul je eten en kleding vinden! Voed en kleed je en kom dan terug, en Ik zal dan
nadere bijzonderheden met jullie afspreken!' GJE1-132 [9,10]
Hulpbehoevend - We moeten ijverig rondzien onder onze
hulpbehoevende broeders, of er niet een is die in een bepaald opzicht hulp
nodig heeft. En heeft hij er niet een gevonden dan moet hij zijn hulp
aanbieden. Wie echter zijn naaste pas helpt nadat deze hem om hulp heeft gevraagd
- oh, wat is zo'n helper dan nog ver verwijderd van het volle evenbeeld, laat
staan degene, die zich laat bevelen om te helpen. God heeft ons niet nodig,
maar wij hebben Hem nodig. Kijk, als Ik het
weten wil, kan Ik natuurlijk al altijd al alles weten wat er van een mens
terecht komt. Maar de mens moet als hij volwassen wordt geheel vrij en
zelfstandig beslissen. Daarom trek Ik Mij op een bepaald moment terug van de
mens en kijk niet naar wat hij met zijn vrijheid doet, behalve wanneer hij Mij
dringend vraagt hem te helpen bij zijn vrije strijd tegen de wereld. Dan kijk
Ik naar hem, help hem op de goede weg en geef hem bij de strijd tegen de wereld
nieuwe kracht. bron: GJE1-45 en GJE2-79, 137
Hut van Jezus – deze lag tamelijk ver in de woestijn – de hut was uit leem en biezen –
een onherbergzame plek – in de hut kon je net in staan – ook niet ver van de
plek waar Johannes de doper predikte.
[Het Bijbels Namenboek Jurriaan Wijchers
en Simon Kat, Bijbels woordenboek Lize Stilma & De Nieuwe Openbaringen – Jakob
Lorber – 1840]
UpToDate 2023-2024