Hoofdstuk 36
Toverbergen
23-2-1847
(1) Dat in vroeger tijd in de bergen helderziende mensen
hebben gewoond die met geesten omgingen, daarvan getuigen nog heden de
eigenaardige namen die men aan de bergen heeft gegeven, maar er bestaan niet
veel verdere getuigen meer.
(2) In jullie land (d.i. Stiermarken) zijn veel van zulke
bergen, die nog datgene wat vroeger gebeurde in hun naam verbergen. In Kärnten, in Tirol en in Zwitzerland, in Savoye of de
Duitse bergen en overal elders waar bergen zijn, vindt men veel bergen aan wier
naam men gemakkelijk kan zien, wat daar eens geschiedde. Zo is bijvoorbeeld de
'Schockel' zo'n berg die zijn naam daaraan ontleent.
Het woord 'Schockeln' betekent volgens een oud
streekdialect 'weer maken'. Een mens die wat kunstjes kon vertonen zoals de
tegenwoordige goochelaars, werd schögler genoemd. Ook
van koorddansers en mensen die geweldige sprongen maakten zei men dat ze schögler waren. Dit woord schögler
is een oud-aziatisch woord, waarnaar de tovenaars in
de streek jongleurs, jogles genoemd werden.
(3) In de Duitse taal bestaat nog een wat verouderd woord. dat hiervan
afstamt, namelijk 'schock', bijvoorbeeld een schock mensen of een schock
schoven. Men noemde een bepaald groepje mensen daarom een schock,
omdat men dacht dat zich onder hen wel iemand bevond, die meer wist dan de
anderen, die dus zeker een schögler moest zijn en dat
groepje kreeg dus door hen de naam schock. Ook zag
men gewoonlijk de mensen op de bergen schockwijze
samen, wat in de bergen heel natuurlijk is, omdat het niet aan te raden is dat
men hier alleen gaat werken, omdat daarvoor ten eerste één mens niet voldoende
kracht zou hebben en ten tweede als zijn kracht al voldoende zou zijn, hij toch
gemakkelijk een ongeluk kon krijgen en er dan niemand zou zijn om te helpen.
Maar de mensen uit die tijd die in het dal woonden, dachten dadelijk als ze
zo'n groepje mensen op de berg zagen en ze toevallig een wolkje boven de berg
waarnamen, dat deze mensen zich met tovenarij bezighielden of in elk geval
bezig waren het weer te beïnvloeden, Zo ging het vroeger en ook nu nog op
jullie schöckel toe, behalve wat betreft het weer
maken.
(4) Deze berg was veel eerder bewoond dan de dalen en
zijn eerste naam was 'Freitauwer'. Toen later de
dalen bewoond werden door verslapte mensen, begonnen deze dalbewoners de
bergbewoners van tovenarij te verdenken en de naam 'Freitauwer'
werd weldra veranderd in de naam: 'Schockel' of 'Zauberberg'. Nog honderd jaar geleden was de berg zo
berucht, dat geen mens die ook maar enig katholiek christelijke inslag had, het
waagde de top van de berg te bestijgen, omdat iedereen van de kerk uit dringend
werd gewaarschuwd voor de Schöckelheks. Daarom heeft
men zijn hoogste top ontbost, om aan de Schockelheks
haar schuilplaats te ontnemen, zodat ze zich niet kon verbergen als van alle
kanten met gewijd buskruit op haar werd geschoten. Het weergat is nog te zien;
dat daar echter nooit het weer uit voortkwam en er ook nog nooit een heks op de
Schockel heeft gewoond begrijpt men wel. Maar dat de
berg vroeger en ook nu nog door heel veel zogenaamde berggeesten wordt bewoond,
en dat de oude bergbewoners vaak heel natuurlijk met hen omgingen en daarom
veel wijzer waren dan de bewoners uit het dal, kan men zeker aannemen en ook
dat deze berg eens een vuurspuwende berg was en zijn weergaten niets anders dan
dode kraters zijn.
(5) Evenals de 'Schockel' hebben nog veel Stiermarkse
bergen hun geheimzinnige namen, maar om van alle de herkomst te vertellen zou
de ruimte niet toelaten. De 'Razalpe' is van gelijke
oorsprong; want het woord 'Rax' is een verkorting van
rakker, wat zo ongeveer een halve duivel is. De naam 'Tote
Weib' behelst al duidelijk wat deze berg eens was,
namelijk een oord vol heksen; een vrouw die door hen werd gevangen, maar zich
niet aan hen wilde onderwerpen, werd daar eens in een steen veranderd. Door
deze verandering was ze natuurlijk ook dood.
(6) In latere tijd heeft men dal inwaarts een hermitage
geplaatst, waarin ook eens een dode vrouw werd gevonden en zo worden er meer
van dergelijke sagen met deze berg verbonden, die natuurlijk evenveel waarheid
bevatten als de leugen zelf. Maar de verdachtmaking en de slechte naam van zo'
n berg heeft dezelfde oorzaak als datgene, wat in de loop van deze voorgaande
gedenkwaardige verhaaltjes al is aangegeven.
(7) Zo is ook de 'Hohe Schwab' erg bekend als een toverberg. Zijn naam is
afkomstig van een nazaat van een immigrant uit Schwabenland,
die als een van de beroemdste tovenaars in deze streek woonde en er allerlei
onheil veroorzaakte, totdat het nabijgelegen pelgrimsoord (Mariazell)
daar een eind aan maakte. Zo bestaat er ook nog een 'Teufelstein';
dit nader uit te leggen is overbodig. De 'Predigerstuhl'
is van gelijke oorsprong, daar zou eens de duivel zelf de gedragsregels hebben
gepreekt aan de heksenmeesters.
(8) Zo staat de 'Grimmig' ook in dezelfde kwade roep.
Maar bijzonder verdacht was het naar alle kanten zich uitstrekkende 'Tragelgebergte', dat de grens vormt tussen Stiermarken,
Oostenrijk en Salzburg; dit Tragelgebergte was in
zekere zin de hogeschool voor alle tovenaars en heksenmeesters van heel
Stiermarken, Oostenrijk en Salzburg. Zelfs tegenwoordig is de naam nog erg
verdacht en er is nog geen inwoner van Altaussee of van
Ramsau gemakkelijk ertoe te bewegen deze berg te
beklimmen, vooral die mensen niet, die meer tot het zogenaamde lagere volk
horen. Alleen de stropers, die wijselijk niet meer in heksen geloven, maar des
te meer in de vette gemzen, die op deze uitgestrekte bergmassieven eigenlijk
helemaal thuishoren, bestijgen deze berg.
(9) We zouden nog wel enkele honderden van zulke bergen
in Stiermarken kunnen opsommen, maar we willen ons beperken tot de genoemde en
daarna nog wat verhalen over een paar bergen in Karintië,
Tirol en ook een in Zwitzerland
op dezelfde geschiedkundige manier. Deze bergen speelden zo'n honderdtwintig jaar geleden nog een heel uitzonderlijke,
mystieke rol.