Hoofdstuk 29
Plaats van de zuivere geesten en hun zaligheid
11-2-1847.
(1) In dit terugbrengen en wel in het volkomen
terugbrengen, ligt juist de toekomstige volkomen, volkomenste
en aller volkomenste graad van zaligheid. Maar er
wordt niets geëist en van de geest geen afrekening verlangd met betrekking tot
het terugbrengen van al datgene, wat tot zijn wezen behoorde; alsof hij in
zekere zin op eigen rekening zou moeten terugbrengen wat hem oorspronkelijk en
op zijn hele tocht werd gegeven.
(2) Wat zijn lichaam betreft en wat er mee gebeurd is,
over het algemeen al het specifieke, krijgt hij zonder zijn toedoen in de
juiste orde terug. Maar het is iets anders als het gaat om zijn bekwaamheid om
alles op te nemen wat eens tot zijn wezen behoorde. In zekere zin wordt hij
voor deze bekwaamheid werkelijk ter verantwoording geroepen en wel omdat elke geest
zo' n bekwaamheid vanuit de voorschriften van de zuivere religie kan en moet
verwerven. Wie niet wil handelen, zijn talent begraaft en zich liever bezighoudt
met het vleselijke dan met het geestelijke, die moet het aan zichzelf
toeschrijven als hij gericht wordt door het Woord, dat hem uit de hemel werd
gegeven als een trouwe wegwijzer, die hem aanduidt hoe hij het leven weer moet
verzamelen om het daarheen terug te brengen waar hij oorspronkelijk vandaan is
gekomen.
(3) De al zuiver geworden geesten moeten nog langere tijd
in deze regio verblijven om hun psychische specifica op te nemen, of
duidelijker gezegd, ze moeten in de derde regio zo lang wachten tot hun lichaam
vergaat en via het vergaan in de ziel wordt opgenomen; men moet dit niet als een
straf beschouwen maar als een zelfde soort noodzakelijkheid, zoals ook een
aards leven een bepaalde tijd moet duren, bij de één korter, bij de ander
langer, zodat tijdens deze levensduur de geest de tijd wint om zijn wezen
steeds meer te ontwikkelen en zich te manifesteren.
(4) Wie zou dan willen beweren dat iemand over de tijd
die hij op aarde in zijn lichaam heeft doorgebracht, rekening en verantwoording
zou moeten afleggen? Dat is immers een noodzakelijkheid en ligt buiten het
bereik van de wil van de geest, zoals ook niemand ooit rekenschap hoeft af te
leggen over hoe lang zijn haar of nagels zijn gegroeid, net zomin als over
zijn ademhaling of hartslag; want dit is alles noodzaak. De verantwoording of
beter het gericht, ligt alleen maar in de daadwerkelijke wil; al het andere
doet er niet toe en ligt helemaal in de gang van zaken besloten en komt vrij,
als de wil maar vanuit het zuivere erkennen van Mijn goddelijke wil in de
juiste ordening is gebracht.
(5) Als zulke zuivere geesten soms vele honderden jaren
in deze derde regio doorbrengen dan verliezen ze daardoor alleen niets, maar ze
kunnen slechts winnen, want voorlopig ontbreekt hun niets en zijn ze
buitengewoon gelukkig en zalig. Hun toenemende intelligentie is duidelijk een
voortdurend winnen en hoe meer ze winnen, des te volkomener
zullen ze daarheen terugkeren waar het om hun uiteindelijke bestemming gaat.
Hebben ze er alleen maar een kleine taak te verzorgen en hebben ze deze
behoorlijk en verstandig verricht, dan zullen ze eens des te beter in staat
zijn, grootse zaken te besturen, omdat ze als engelgeesten niet alleen maar
over delen van een hemellichaam, maar over hele conglomeraten van werelden en
zonnegebieden geestelijk en van daaruit ook door en door in de materie, daadkrachtig
moeten optreden. En daartoe is zeker meer nodig dan om hier alleen maar enkele
streken te bewaken, en dat onder de opperste leiding van engelgeesten die het
werd toevertrouwd deze hele aarde te bewaken vanaf het middelpunt tot aan de
zon toe.
(6) Waar jullie met je ogen weinig of niets zien, daar
gebeuren grote dingen en het is zoals een wijze eens zei: er is meer tussen
hemel en aarde dan waarvan het menselijk verstand ook maar kan dromen.
(7) Deze zuivere geesten dalen vaak tot in de tweede of
ook tot in de eerste regio af; hoofdzakelijk echter dalen ze op die plaatsen op
aarde neer, die vanwege hun grote hoogte voortdurend met sneeuwen ijs bedekt
zijn. En dat is ook de reden waarom zulke streken op bijna alle mensen een
magische, bezielende en tegelijkertijd een het menselijk gemoed opwekkende,
versterkende en rustgevende aantrekkingskracht uitoefenen. Wie treurig is en
vol onrust in zijn gemoed, die moet zich in Mijn naam op of in de buurt van
zo'n hoogte begeven en zijn gemoed wordt als met een versterkende balsem
overgoten.
(8) Terwijl het gemoed in de lagere regionen steeds
doffer, zwaarder en lijdender wordt, zoals iemand dat
heeft die in ravijnen en grotten afdaalt, zo wordt daarentegen het gevoel van
iemand die zo'n zuivere hoogte heeft beklommen steeds opgewekter en degene die
boven aankomt kan dan gevoeglijk uitroepen: "Heer, het is goed om hier te
zijn!" - Maar dan voeg Ik daaraan toe: "De tijd om hier te blijven is
voor jou nog niet gekomen!" Maar desalniettemin zeg Ik toch:
(9) Trek de bergen in! Want Ik besteeg vaak bergen, toen
Ik als mens op de aarde leefde. Op een berg werd Ik verheerlijkt; op een berg
verdreef Ik de grote verleider; op een berg sprak Ik over het rijk der hemelen;
op een berg bad Ik en op een berg werd Ik gekruisigd! Ga daarom graag de bergen
in, want niet alleen je geest maar ook je lichaam wint daarbij meer dan bij
honderd apothekers.
(10) Op deze manier hebben we ook de derde geestelijke
regio van de aarde doorlopen en er blijft verder weinig te vermelden over dan
dat de pas aangekomen zuivere geesten zich eerst daar ophouden waar ze tijdens
hun leven op de aarde hebben gewoond. Als ze echter meer volkomen zijn
geworden, dan breidt hun werkterrein zich over alle gebieden van de aarde uit;
de sterksten bewaken de poolgebieden, de zachtmoedigen, goedaardigen de
tropische gebieden en degenen die erg beweeglijk zijn bewaken de zeeën, meren
en rivieren; de beginnelingen worden grotere of kleinere gebergten ter
bewaking toevertrouwd met alles wat zich daar bevindt.
(11) De vrouwelijke geesten leiden
meestal de plantengroei en oefenen ook invloed uit op de totale vegetatie van
de aardoppervlakte. (12) Nu we ook dit weten kunnen we afdalen naar de tweede
regio, waar het al veel bonter toegaat dan in de derde vreedzame regio.